- 5 -
vijftien april 1988 het bouw- en sloopafvalplandoor Gedeputeerde Staten
is vastgesteld is er geen enkele reden aanwezig om dit bedrijf in
Rijsbergen te weren.
Mevr, van den Bemd dacht dat zij ook gevraagd had of het college erbij
stil gestaan heeft dat het financiële consequenties kan hebben op het gebied
van de milieu-naleving. Daar heeft zij geen antwoord over gekregen. Daarbij
zou zij graag willen weten of de tekening juist is, want er staat achter het
bedrijf een weggetje wat genoemd wordt Oude Postbaan.
Plus heeft zij geen antwoord gekregen op het verzoek de tekst in het
raadsbesluit zodanig te wijzigen dat het goed afgebakend wordt.
Dhr. Godrie zegt dat hij ook nog voorgesteld had om geen puinbreker
toe te staan. Daar heeft dhr. Jochems antwoordt op gegeven. Maar ook dat
het verboden zal worden voor het verwerken of opslaan van huishoudelijke,
industriële, landbouw en of chemisch afval. Hij heeft ook nog een
aantekening gemaakt over de afrastering van die 75 cm die er in staat.
Dhr. Utens zegt dat het al iets duidelijker is. We gaan uit van een
situatie die jarenlang toegestaan is. Het plan spreekt volgens dhr.
Jochems niet over bestaande situaties. Volgens dhr. Utens spreekt dat
plan er wel over, met. name over overgangsregelingen. Het plan geeft ook
duidelijk aan dat daar oplossingen voor zijn.
We zijn inderdaad voor de vierde keer al bezig.
Mevr. van den Bemd zegt dat zij weliswaar gezegd heeft wanneer er een
alternatief is, maar dat is er niet. Dat is heel iets anders dan hetgeen
dhr. Utens stelt.
Dhr. Utens merkt op dat er over een jaar misschien wel een alternatief
is en dan staat er al een gebouw en dan worden de kosten nog duurder, maar
dan is men toe aan het vaststellen van een definitief bestemmingsplan.
Dhr. Jochems zegt wanneer een terrein voor hande was dan heeft
dhr. Utens gelijk. Hij denkt dat wanneer de man of vrouw van zo'n
bedrijf gezamenlijk met de provincie de procedure in gaat bij de Raad van
State, dat de gemeente het dan heel moeilijk gaat krijgen omdat wij zo'n
lange tijd dit bedrijf hebben toegestaan. Dat neemt niet weg en Mevrouw van
den Bemdheeft er in eerste instantie ook al op gewezen dat men er toch
alert op moet zijn dat binnen onze huidige bestemmingsplan Buitengebied er
niet elke raadsvergadering een voorbereidingsbesluit moet worden genomen.
Daar is hij het volledig mee eens. Het betekent wel dat buiten de kom van de
gemeente Rijsbergen al veel bedrijven zoveel jaren zitten, dat hij binnen
het college heeft gezegd dat hij het eigenlijk wel eens gelegaliseerd zou
willen zien. We hebben dat gezien met dezelfde situatie als het Oekels
Bos. Dit kunnen we op dezelfde manier zien.
Mevrouw van den Bemd vraagt concreet naar de financiële gevolgen van de
uitvoering van de milieuwetgeving. Op dit moment is het zo dat de controle
daarop gebeurt door de Provincie. Dat is ook met afgravingen zo. Bij
ontgrondingen zullen onze eigen ambtenaren wanneer zij dit constateren,
dit doorgeven aan de provincie. Daarom wordt ook dringend om medewerking
gevraagd. Men zal alles in z'n werk stellen om de komende vijf jaar te
proberen om hiervoor personeel te krijgen.