- 17 - Mevr. van den Bemd vindt het een beetje vreemd dat de vorige maand in een soortgelijke discussie de voorzitter de zaak behandeld heeft en dat het nu de portefeuiielhouder moet afhandelen. De portefeuillehouder heeft zojuist gezegd dat het in de financiële commissie is behandeld maar zij voelt dit toch meer als een mededeling want er was financieel niets te behandelen. Het snel afwikkelen dat gelooft zij heel erg graag, want het uitvoeringswerk is al meest gebeurd. Dat de raad de verenigingen een warm hart toedragen en dat het college dat doet dat is bekend, maar dat doet niets af aan het feit dat men de zaak eerst op een gezonde manier in de desbetreffende commissie zou moeten behandelen. Dat dit het laatste project is waarvoor dit geld daarover heeft zij haar twijfels want ongetwijfeld zullen andere verenigingen die hier gehoor van vinden ook weieens op deze gedachten kunnen komen. Maar dat zou zij dan graag goed geregeld willen zien, en dat is dan ook eigenlijk de reden dat zij gezegd heeft dat ze het liever eerst in de commissie had zien behandeld. Maar omdat zij ook een beetje de mening toegedaan is dat niet heel de zaak op een doodspoor gezet moet worden, zou zij toch af willen dwingen dat in het vervolg welke projecten dan ook aan de orde komen eerst in de betreffende vakcommissie aan de orde gesteld worden en de maand daarop in de raad. Als dat allemaal volgens plan gebeurd, dan hoeft dat helemaal geen oponthoud te betekenen. De voorzitter vraagt of mevrouw van den Bemd het nu naar de commissie terug wil hebben. Het college is bereid om het voorstel aan te houden en het volgende maand terug te brengen. Mevr, van den Bemd dacht dat zij duidelijk was. Haar verzoek vanaf hetbegin is er op gericht om alle betreffende punten waarvoor het nodig is in de betreffende commissie te behandelen. De voorzitter heeft er kennis aangegeven door het in het raadsvoorstel toch aan de orde te stellen. Zij laat duidelijk horen dat zij niet gelukkig is met het voorstel. Terwille van de voortgang hier is zij bereid daartoe een heel eind te gaan om het door te laten gaan, maar laat men in het vervolg wat zorgvuldiger te werk gaan door in de toekomst anders te handelen. Dhr, van den Bemd zegt dat dhr. Godrie er op wijst dat punt c niet veel gevolgen zou hebben voor de toekomst maar dan komt hij toch weer terecht bij de portefeuillehouder financiën dat met name in de toekomst die financiële gevolgen in de praktijk toegerekend gaan worden naar gebruikers toe. Dat onderdeel via de subsidieverordening komt dit jaar in de commissie. De raad zal straks zelf de gegevens bepalen, in hoeverre aan vervanging en onderhoud een bijdrage gerekend gaat worden naar de gebruikers van de accommodaties. Dhr. Utens vraagt of hij goed leest dat in het verleden de lichtinstallatie van V.V.R. ook overgedragen is. En dat die in de toekomst ook extra kosten moeten gaan betalen. Dhr, van den Bemd. zegt dat dat juist is. De raad gaat akkoord met het voorstel van burgemeester en wethouders. 15. BENOEMING LID VAN DE RAAD IN DE COMMISSIE BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1988 | | pagina 68