6 -
met de bidkappellendan zijn we in ieder geval aan de gang. Dan ontlopen
we weer niet de kans dat er dadelijk pandjes weggaan of veranderen zonder
dat er rekening is gehouden met de beeldbepaling van zo'n pand.
Dhr. Jochems denkt dat de heer Godrie daar de kern van de zaak raakt
want de gemeente kan bepalen dat dat een beeldbepalend monument is. We
zetten het op papier maar wat doen we daar verder mee. Hij denkt dat dat
financieel en technisch heel goed bekeken moet worden en dat we dat dan
keurig netjes op papier zetten. We hebben nu een voorbeeld van Breda.
Beeldbepalende monumenten in Breda zijn ook beeldbepalende monumenten in
Rijsbergen. De financiële consequenties van de gemeente zal nog al groot
zijn. Hij is is dan ook niet zo geneigd te zeggen om f 30.000,00 te storten
voor het fonds monumenten.
Dhr. Boot krijgt de indruk dat het er misschien wel nooit meer komt.
We hebben in oktober 1986 dit voor het eerst aangekaart. Dat is dus ruim
anderhalf jaar geleden.
Dhr. Utens zou toch wel erg voorzichtig willen zijn met het
vaststellen van die lijst. Hij zou daar vooraf toch wel de norm van willen
kennen
Hij heeft zich op de hoogte gebracht wat de gevolgen kunnen zijn en die
kunnen vrij ingrijpend zijn. Hij voelt best wel voor het samenstellen van
een lijst, maar dan wil hij eerst graag de randvoorwaarden kennen.
Dhr. Godrie zegt dat hij daarom ook gezegd heeft "eerst de panden die
niemand raken".
Dhr. Jochems dat hij dhr. Utens hierin kan volgen. En dat hij
dhr. Boot hierin gerust kan stellen, datgene dat we beloofd hebben dat
proberen we uit te werken. We proberen dit jaar de randvoorwaarden aan te
geven waarbinnen dit kan gebeuren. Het is alleen niet zo men binnen nu en
twee jaar een lijst heeft van beeldbepalende monumenten met een financieel
plaatje er bij.
Hij wil in ieder geval best die randvoorwaarden opstellen.
De raad gaat akkoord met het voorstel van burgemeester en wethouders.
8. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET VOOR DE AFBOUW
C.Q. WOONRIJPMAKEN VAN PLAN HOOIBERG le FASE, ALSMEDE 10e WIJZ. BEGR.
A.D. EN 3e WIJZ. BEGR. GRONDBEDRIJF 1988.
Dhr. Snepvangers merkt op dat in de kop van het voorstel wordt gesproken
over afbouw. Hij vraagt of het nu ook de bedoeling is dat bij de afbouw
inclusief de inrichting van speelweiden is.
Dhr. Jochems antwoordt dat dit inderdaad in dit bedrag in zit.