- 18 - aan twee termijnen, dus als U in tweede termijn zaken inbrengt, volgens het reglement van orde, dan wordt U geacht in tweede termijn gesproken te hebben. Daar wil hij de raad bij voorbaat even op wijzen, vandaar dat hij de heer Utens nog even de kans geeft dat wanneer hij nog iets in eerste termijn wil inbrengen dat dhr. Utens dat nu moet doen want anders krijgt dhr. Utens wel problemen. Hij wijst nu even naar het reglement van orde wat zegt"iemand die spreekt in tweede termijn wordt geacht ook de tweede termijn gesproken te hebben". Dhr. Utens merkt op dat hij de voorzitter in het begin van de raadsvergadering verteld heeft dat zijn fractie in de problemen is gekomen met de voorbereiding betreffende de behandeling van de stukken. Hij denkt dat het nu moeilijker is om over ieder stuk afzonderlijk een verhaaltje te houden De voorzitter denkt dat dat heel goed kan. Hij denkt dat het heel passend is bij de discussie die we nu voeren in eerste termijn om opmerkingen die men heeft bij één van de agendapunten 13 t/m 18 om die nu ook als eerste termijn in te brengen. Hij zou dhr. Utens daar met klem om willen vragen, want anders als dhr. Utens de eerste termijn zonder iets te zeggen voorbij laat gaan, dan wordt het al of niet toestaan van een derde termijn wat problematisch. Dhr. Utens zegt dat hij juist dat verzoek aan de raad gericht heeft om een behandeling in derde termijn mogelijk te maken gezien de problematiek waar zijn fractie thans in verkeert. De voorzitter zegt dat ook daar het reglement van orde in voorziet, dat als blijkt na twee termijnen dat we op dat moment moeten bepalen of we een derde termijn alsnog accepteren. Dat doen we ook overigens met z'n allen, maar hij denkt dat het voor de zuiverheid toch goed is om de raad er op te wijzen dat op dat moment een beroep doen op behoefte van een derde termijn een beetje zwak wordt, als men niet in eerste termijn opmerkingen heeft ingebracht. Dhr. Utens zegt dat zijn fractie dan voor het probleem geplaatst wordt, dat zijn fractie een onsamenhangend verhaaltje moeten gaan produreren omdat wij, geënd op de diverse afzonderlijke raadsstukken, te werk dachten te kunnen gaan. Dhr. Vogels interrumpeert en vraagt wat dhr. Utens weerhoudt om alle opmerkingen die hij heeft willen maken t.a.v. punt 13 t/m 17 om die nu te maken? Dat kan dhr. Utens toch gewoon doen. Dhr. Utens zegt dat hij dat geen behandeling van de raadsvoorstellen vindt De voorzitterzegt dat dat wel correct is, want hij heeft nadrukkelijk aan het begin van de discussie gezegd dat de discussie over de onderwerpen

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1987 | | pagina 57