- 9 -
Dhr. Utens zegt dat de dagelijks besturen wel de wens te kennen geven
maar hij vraagt hoe het staat met de vijf andere bedreigde gemeenten?
Spreken de raden van deze gemeenten zich ook op deze wijze uit als wij hier
in Rijsbergen?
Dhr, van den Bemd zegt op de vraagstelling van mevrouw van den Bemd
dat elke raad een autonome beslissing neemt. Elke raad zal zelfstandig dat
verzoek doen naar Gedeputeerde Staten. Ter ondersteuning hebben de burge
meesters van de 6 bedreigde gemeenten een schrijven richting Gedeputeerde
Staten gedaan. Op de vraag van dhr. Utens zegt hij dat inderdaad in alle
6 bedreigde gemeenten het stuk de raad gepasseerd heeft of het wordt in de
juni-vergadering behandeld, zodat alle gemeenten ongeveer op hetzelfde tijd
stip bij Gedeputeerde Staten nogmaals op de deur kloppen om die zaak zo te
handhaven zoals het nu is.
De raad gaat akkoord met het voorstel van burgemeester en wethouders.
8. VOORSTEL TOT HET NIET STICHTEN VAN OPENBARE BASISSCHOLEN.
(BIJLAGE 204)
Dhr. Boot zegt dat met bestudering van dit agendapunt uit de verklaring
welke bij de stukken ter inzage lag gebleken is dat er geen kinderen zitten
op de openbare scholen. Dit is naar onze mening toch een teken voor de
huidige school dat er goed onderwijs wordt gegeven. Nu de gemeente toch
iedere week in het plaatselijk weekblad advertenties moet zetten, is het
naar onze mening ook eens te overwegen om in de toekomst in het weekblad een
advertentie te plaatsen. Mochten er ooit serieuze kandidaten komen, dan kan
men dit dan schriftelijk melden bij de gemeenten.
Dhr, van den Bemd begrijpt dat dhr. Boot de bevolking danig wilt
informeren. Die informatie krijgt de bevolking via de pers wekelijks in
allerlei rubrieken. In een vergadering d.d. 31 december 1962 hebben wij
aangaande het openbaar onderwijs een regeling getroffen met de gemeente
Breda. Die regeling is nog steeds van kracht.
De voorzitter zegt dat de regeling inhoudt dat als er kandidaten uit de
gemeente Rijsbergen zich melden, dat die dan naar Breda verwezen worden voor
het bezoeken van de openbare school en dat de vervoerskosten ten laste van
de gemeente Rijsbergen komen.
Dhr. Vogelsmerkt op dat hij aanneemt dat er geen advertentie komt.
DhrvdBemd zegt dat er bij het schoolbestuur, zowel bij het
gemeentebestuur geen verzoeken binnengekomen zijn.
Dhr. Verpaalen zegt dat bij de regeling met de gemeente Breda er geen
cijfers genoemd worden ten aanzien van een aantal kosten enz want die zijn
voor de gemeente Rijsbergen. Tenzij er overwegende redenen zijn dat die
