14 Mevr. van den Bemd zegt dat zij zich kan voorstellen dat de Vo^TzTtte r niet staande de vergadering meteen een pasklaar antwoord kan geven omtrent de b.t.w. waar zij om gevraagd heeft. Zij zou toch graag willen dat dit toch een keer op papier gezet wordt, ofwel dat dit toegestuurd wordt hoe het hier mee zit. Er staat nl. uitdrukkelijk bij dat de bouwkosten geraamd worden op een bedrag exclusief b.t.w.. Dhr, van den Bemd zegt dat hij als lid van het algemeen bestuur, de volgende keer tijdig voor de bijeenkomst een verzoek zal indienen om dit punt ter vergadering te brengen omde termijn van 6 weken op te schuiven. Men heeft om een aantal redenen toen, na overleg met betrokken gemeenten, die termijn van 6 weken genomen. Men heeft dat niet voor niets gedaan Wat de opmerking van mevrouw van den Bemd aangaande de b.t.w. betreft, zegt hij, als lid van het algemeen bestuur, de begrotingswijziging bij hem heeft liggen. Die begrotings wijziging kan misschien duidelijkheid verschaffen of er wel of geen b.t.w. verschuldigd zal zijn op het krediet wat gevraagd wordt De raad gaat akkoord met het voorstel van burgemeester en wethouders 7 VOORSTEL TOT HET VASTSTELLEN VAN HET MEERJAREN-PROGRAMMA RESTAURATIE MONUMENTEN VOOR DE PERIODE 1988-1992. Dhr. Boot zegt dat hij in de raadsvergadering van 21 augustus 1986 ook gevraagd heeft om in de toekomst de bidkappelen onder de monumenten te laten opnemen. Er is toen door de voorzitter geantwoord dat men vanuit een soort van conservering kan beginnen met het op de gemeentelijst te zetten, en tezijnertijd over te hevelen naar de provinciaal c.q. rijksmonumentenlijst, (zie blad 12 van de notulen). Dit is ook opgenomen onder de aandachtspunten in de raadsvergadering van 21 augustus. In de commissie welzijn van 24 februari 1987 is besloten om een onderzoek te doen welke gebouwen op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst kunnen worden. Zijn vraag is nu, op welke termijn denkt men dat dit onderzoek gestart kan worden, en wanneer is het eindresultaat te verwachten? Gevallen, zoals zich in het afgelopen jaar hebben voorgedaan op de Pannenhoef, behoren dan tot het verleden Dhr, van den Bemd antwoordt op de opmerking van dhr. Boot dat het college twee vergaderingen terug een besluit genomen heeft dat een bepaalde afdeling opdracht krijgt om die zaak te gaan inventariseren, en dan met een voorstel naar het college

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1987 | | pagina 64