6 besluit nemen, graag willen weten of we aan f 1500,00 of aan f 3000,00 totaal moeten denken, inclusief alle kosten. Wij begrijpen dat de commissie financiën over de toekenning van het krediet moet beschikken. Toch willen wij graag een indicatie hebben van de kosten van de cultuurprijs. Verder hebben wij nog enkele kanttekeningen bij het voorstel nl. dat onze voorkeur naar een oorkonde in plaats van een beeldje, dat kost waarschijnlijk minder en het is waarschijnlijk prettiger om aan vrienden en kennissen te kunnen laten lezen en dat de jury voor 4 kalenderjaren wordt bepaald met tussentijdse uittredingen. De fractie Dorpsbelangen verzoekt, mede omdat de commissie unaniem besloot, dit voorstel op deze manier aan te passen De voorzitter zegt dat dhr. Godrie nu iets mondeling vraagt. Conform het reglement van orde is het wel zo, wanneer men een wijziging van het voorstel wil, dat men dat schriftelijk in moet dienen, mede ondertekend om het in behandeling te kunnen krijgen. Als men dit als een voorstel wil indienen dan verwijst hij toch even naar het reglement van orde. Mevrvan den Bemd denkt dat een cultuurprijs instellen een goede zaak is. Het moet in ieder geval een stimulans zijn voor degene die de prijs krijgt om door te gaan met hetgeen hij of zij mee bezig is. In het kader van de aangekondigde bezuinigen op het gebied van sociaal cultureel werk van rijksoverheid, denkt zij dat het inderdaad goed is duidelijk vast te leggen om voor wat voor bedragen het inderdaad gaat. Het kan haar niet zo zeer schelen of een beeldje nu f 50,00 of f 500,-- kost. Of dat de prijs f 500,00 of f 1000,00 is. Het gaat haar om het totaal bedrag. Werknemersbelangen had graag gezien dat men in artikel 10 het totaalbedrag had vermeld waarom het uiteindelijk gaat. Zij denkt dat het goed is om aan een bedrag te denken van f 2500,00 In de verordening dient dat wel vermeld te worden. DhrVerpaalen denkt dat het woord cultuurprijs een beetje een beladen woord is. Misschien dat dat ook geleid heeft tot het feit dat in het raadsvoorstel de zinsnede opgenomen is omtrent wat er in de commissie gezegd is nl. dat het afbreuk zou doen aan het aanzien en de waarde. Hij denkt dat dat erg overtrokken bewoordingen zijn. Hij is het daar niet mee eens. Hij denkt niet dat de opmerkingen, die in de commissie gemaakt zijn, afbreuk doen aan het aanzien van de gemeente Rijsbergen, en zeker niet aan de waarde van een in te stellen cultuurprijs. Hij denkt dat men misschien wel een maximum grens kan koppelen aan de cultuurprijs. Op zich denkt hij dat er individueel variaties in zouden kunnen worden aangebracht. Een tweede belangrijke opmerking is dat onzerzijds het voorstel gedaan wordt om niet de jury te benoemen door het college van B&W maar door de raad op voorstel van B&W. Hij

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1986 | | pagina 89