.q3|
6
De voorzitter zegt dat dhr. Vogels een orde-voorstel heeft
ingediend om vanavond het krediet, zoals het in het voorstel
verwoord staat, wel te voteren en daaraan gekoppeld de
betrokken partijen in de gelegenheid te stellen in
onderhandeling te gaan m.b.t. de technische uitvoering. Hij
denkt dat het te ver voert om vanavond hier in details te
treden van technische aard. Als daar niet mee akkoord gegaan
moet worden dan denkt hij dat we eerst dat orde voorstel
moeten bespreken. Dat is nlbepalend of we al of niet de
tweede ronde ingaan. Hij vraagt of de raad zich kan vinden in
het orde-voorstel van de heer Vogels waarin hij voorstelt om
het krediet beschikbaar te stellen en de zaak binnen
redelijke termijn kunnen laten afronden. Als daar geen steun
voor gekregen wordt dan zal het college zich even moet beraden
hoe het nu verder moet.
Hij vraagt wie tegen het orde-voorstel van de heer Vogels is.
Het orde-voorstel van dhr. Vogels wordt verworpen met 7
stemmen tegen.
Hierna schorst de voorzitter de vergadering voor
college-beraad
Na de schorsing deelt de voorzitter mede dat het college
heeft besloten het agendapunt van de agenda af te halen.
6. VASTSTELLING BETREFFENDE DE ORGANISATIE EN HET BEHEER VAN
DE GEMEENTELIJKE BRANDWEER (BIJLAGE 110)
Dhr. Utens zegt dat dit voorstel handelt over de organisatie
en het beheer van de gemeentelijke brandweer, het uitvoerend
karakter. Dat is een goede zaak. We hebben in Rijsbergen een
erg goede brandweer. Dit gaat zuiver over de structuur om die
verder te optimaliseren. Een ding moet hem van het hart, en
dat heeft hij vandaag ook in de krant gelezen, we kunnen nog
zo'n goede brandweer hebben maar zij moet ook wel overal
kunnen komen. Hij zou daarom aan de desbetreffende wethouder
willen vragen.
De voorzitter zegt dat dhr. Utens buiten de orde is.
Dhr. Utens zegt dat hij het toch twee zaken vindt die iets
met elkaar te maken hebben.
De voorzitter zegt dat het voorstel is zoals het voorligt en
dhr. Utens wil met de ingang van dit voorstel over iets
anders gaan praten en dat is buiten de orde. Hij zegt dat hij