/idximi 3d i.3a 3ed in dwiiO*! x a s n o j j£i j Dn x 9b xIA .aögtixi OS 9dfl93iTir xood i a 3 1 JX D~IO h r X19jÖl£lDi adnnqadrio \il3D ^Xn £19 [iUXnoOXU 33l£XX9Xi'l -Ü-' 19VO- >xri xloxx :no ndpjvt It*! XW.. >1J iXidöU. 9J"iJ mxsailaod ^vai £X9o dam bnodadno loxcxwd aix »pIoviöV ispIovxoV nswx/Êirfoci x jM&ti ob xoob bp5 O I Ju Jn(] i. ;0> >P )T 'OW it XI&& libbw iisiiio .'ij. J qo «ixxc xd aoihj xiaiiiuiOfi tr>fc. 'ijin jloo j.n; tbniv x. ~»kp. i pQOx 3£i-jlc xjbv aoxvbü99 ib löüauaxm gooionxx i ab msb D I VOp 3J DïüüWISSW n 3 HO i toagoioflö; i Sod alidad asm i0 xül :;süqsp dxoon aai dab ïr>t;a rxabxow po O L) J OQ .opib-"Uiov 9d d üio xiagL^ivt >xs x a q 9W ciaudsn xaab dnuqisO!. j 'jp-^c i.i - i J* zt9x.it >d J* ;b iow %r j 3 .ii pil iu jtaxói lav oj bn i>j»ws t£ib ïdvö caaxtsusioo o .u i-iiy 12 Ruimtelijke Ordening bijeen te roepen, dus het voorstel aanhouden. Intussen de betrokkene de gelegenheid geven om een weerwoord te plegen, dat weerwoord mee te nemen in de commissie ruimtelijke Ordening en vervolgens vandaag over veertien dagen te besluiten, dan blijven we nog binnen de gestelde termijn. Dhr. Goos vindt dat aanvrager volledige kans moet krijgen om zijn standpunt te verdedigen. Die ruimte is er niet geweest. Daarom is hij er voor om die zaak aan te houden dat ook de aanvrager de kans krijgt om zijn standpunten nog een keer naar voren te brengen. De voorzitter zegt met betrekking tot de procedurele kant van de zaak dat hij de volgende opmerking heeft: dhr. Verpaalen en dhr. Goos stellen dat hier sprake zou zijn van een nagekomen agendapunt. Dat is niet helemaal juist. De agenda heeft het voorstel als zodanig heel duidelijk aangegeven, omdat nagekomen stukken afzonderlijk worden toegestuurd met een aanvullend agendapunt. Dat is het verschil met betrekking tot zaken die op de agenda vermeld staan en nagekomen stukken. Bij de toezending is ook duidelijk gemaakt dat met betrekking tot het nog nader gedetailleerd uit te brengen advies het stuk nader zal worden toegezonden. Het betreft hier eigenlijk een zaak die op zich niet nieuw, is maar die al enige maanden in onze besluitvorming de aandacht vraagt. Hij meent te mogen stellen dat deze zaak meer dan de normale aandacht heeft gekregen. Hij denkt dat het ook terecht is, gelet op de gecompliceerdheid die hiermee aan de orde is. In zoverre deelt het college de opvatting van de heer Verpaalen dat hier inderdaad sprake is van een gecompliceerdheid. Die gecompliceerdheid is alleen maar terug te brengen tot de interpretatie waar we spreken over de aanbouw. Het verschil ligt namelijk hier in, dat de aanbouw op grond van de bepaling van het bestemmingsplan zich beperkt tot de achtergevel. Daar gaat de discussie over. We hebben geen tijd meer om uit te stellen, we moeten belissen omdat anders van rechtswege een vergunning wordt afgegeven, en dat is een zaak die zich niet verdraagt met de bepalingen van het bestemmingsplan. Dus er is sprake van gecompliceerdheid, maar die gecompliceerdheid spitst zich alleen maar toe tot de interpretatie van het begrip aanbouw en waar die aanbouw moet komen. Waar in de bepalingen nogmaals duidelijk staat dat dat alleen maar aan de achtergevel is, is het op grond van die omschrijving niet mogelijk die op een andere plaats aan de bestaande bouw neer te zetten. Bovendien hebt u ook kunnen waarnemen dat de situering op het perceel dusdanig is dat er sprake is dat er gebouwd wordt op de perceelsgrensen ook dat is strijdig met de bepaling van het bestemmingsplan. 4 J .ij J J 911 j 3L; 3H i 3 i J O x i,S9J Cj »Oi)V

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1986 | | pagina 83