8 zal hoeven te zijn. Als er onder de vloer van het gebouw iets zal moeten gebeuren, dan kan dat met boringen door de vloer heen gebeuren. De rest ligt allemaal buiten het gebouw. Dat neemt niet weg dat tijdens de sanering er maatregelen getroffen zullen moeten worden om te voorkomen dat het gebouw schade oploopt. Dat is ook technisch bekeken, en we zijn nu zover dat we, in samenspraak met de koper, zijn juridisch adviseur, de adviseurs van provincie, en de juridisch adviseur van de gemeente, dat we nu kunnen zeggen: het is verantwoord om nu de zaak over te dragen. Het bedrijf wat zich daar wil gaan vestigen heeft ons lange tijd erg intensief benaderd om de overdracht zo snel mogelijk te kunnen doen laten plaatsvinden, omdat dat bedrijf op zijn huidige lokatie helemaal klem zit. Vandaar ook dat bij de opbouw van de prijs met al die facetten rekening is gehouden. Er is rekening gehouden met het feit dat we vervuilde grond verkopen met alle risico's en alle ellende die er mee gepaard gaat op het moment dat er gereinigd wordt. Die elementen zijn meegenomen bij de bepaling van de prijs. Met betrekking tot artikel 11 heb ik U voldoende duidelijk gemaakt dat als er sprake zou zijn dat de gemeente zou moeten opdraaien voor kosten van afbraak of herstel, dan zijn dat kosten die in de subsidieregeling zijn meegenomen. En nogmaals, we zijn er vanuit gegaan dat ons dat in de meest negatieve zin die 10%, of maximaal 6 ton kan komen te staan. De voorzitter meent dat hij voldoende duidelijk heeft gemaakt wat er aan achtergronden heeft gespeeld om tot deze overeenkomst te komen. De heer Vogels vraagt of de herbouwkosten ook in het kostenplaatje opgenomen zijn, omdat er steeds wordt gesproken over sloop en reiniging, en nergens over herbouw. Hij leest nergens, behalve in het kontrakt tussen koper en verkoper, dat de gemeente Rijsbergen opdraait voor herbouwkosten. De voorzitter antwoordt dat de heer Vogels dat stukje informatie mist wat is voorafgegaan aan de totstandkoming van deze overeenkomst. De opstallen worden gesloopt, behoudens het gebouw aangeduid met D. De rest wordt gesloopt en niet meer herbouwd. Het huis blijft ook staan. Er kan dus nog alleen sprake zijn van alsnog sloop, maar dan zit er ook de verplichting van herbouw bij, omdat aan de hand van de onderzoeken die hebben plaatsgevonden de huidige schuur, aangemerkt als D, niet zou hoeven te verdwijnen. Als onverhoopt straks dat wel zou gebeuren, dan zijn ook de kosten van herbouw in deze regeling opgenomen, maar het valt niet te verwachten.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1986 | | pagina 79