- 3 - Hij vindt wel dat Rijsbergen zijn bijdrage moet leveren. Het gaat tenslotte maar om een kleine bijdrage. Hij dacht dat het 30,was. DhrDaemen verwijst naar punt 1 van de ingekomen stukken en mededelingen "door Gedeputeerde Staten vastgestelde jaarrekening 1982 van het grondbedrijf, het woningbedrijf en de algemene dienst". Hij zegt dat hieruit blijkt dat de gemeente Rijsbergen meer centen uitgegeven heeft dan dat men ontvangen heeft. Zou het mogelijk zijn om te vermelden wat de gemeente Rijsbergen rijker geworden is aan bezittingen. De voorzitterantwoordt op de vraag van de heer Daemen dat daar erg veel werk voor verzet moet gaan worden. Met de nieuwe begrotingsopzet in 1985 krijgt men een balans. De gemeente heeft in ieder geval op zijn lopende dienst overschotten. Hoe het met de kapitaaldienst staatdaarover kan de voorzitter zo geen antwoord geven. Hij zegt dat het bovendien over 1982 allemaal nakaarten is. Hij denkt dat men vooruit moet kijken en dat men bij de balans van 1985 in de gaten moet houden of men armer of rijker wordt. DhrDaemen zegt dat men met terugkijken wel veel kan leren voor de toekomst. De voorzitter zegt dat hij ooit eens gehoord heeft van "doe wel en zie niet om" Dit kan hij in ieder geval nog niet toezeggen want er is te veel werk aan. Bovendien is dit destijds de commissie financiën, de raad en Gedeputeerde Staten gepasseerd. Het is een fijne constateringstraks misschien maar daar blijft het bij Dhr. Vogels verwijst naar punt 6 van de ingekomen stukken en mededelingen "Stichting Herdenking Brabants Gesneuvelden, Waalre: verzoek financiële bijdrage voor monument gevallenen". Hij vindt dat dergelijke zaken een taak is voor de provincie. Hij vindt het minderwaardig om gesneuvelden te eren als men moet gaan vragen om een paar centen. Hij zou een brief van de raad aan de provincie willen sturen met de opmerking of de provincie nu zo slecht bij kas zit dat ze,als ze dit doel onderschrijven,dit monument niet kunnen betalen. De voorzitter vraagt of iedereen van de raad het met het voorstel van de heer Vogels eens kan zijn. Dhr. Goos kan het daar niet mee eens zijn. De voorzitter gaat eerst verder met het beantwoorden van de vragen van de overige raadsleden. Hij kan er wel mee instemmen dat Samen Sterk terug gaat naar de commissie welzijn en dat men daar samen met de betreffende wethouder en het bestuur van die vereniging nog eens een keer aan de tafel gaat zitten om te proberen de problemen alsnog op te lossen. Verder zegt de voorzitter wat betreft punt 4 dat bodemsanering een zaak is van de provincie vanaf 1 januari. Dus daarom heeft men ook terecht die brief daar naar toe gestuurd. Wat het pre-advies voor de raad van de raadsvergadering van 25 oktober 1984 betreft kan hij zeggen,dat de raad hopelijk na afloop van deze raadsvergadering dit meekrijgt^en dat vanaf maandag de stukken ter inzage liggen bij de secretaris. Dhr. Goos had het over agendapunt 6 dat er 30, gevraagd wordt om dat als subsidie beschikbaar te stellen. Dhr. Vogels heeft een voorstel gedaan om een brief naar de Provincie hierover te sturen. Hij vindt het beter dat ook dit even in de commissie welzijn besproken wordt.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1984 | | pagina 30