- 11 - Dhr. Martens zegt met die 100.000,garantie verklaart de gemeente dus dat de rente en aflossing van de Alberingstichting gegarandeerd wordt plus een eventueel verdere exploitatietekort. De voorzitter zegt het verdere exploitatietekort is al gedekt vanaf 1976 toen heeft de raad een verklaring afgegeven waarin staat dat het nadelig exploitatie tekort voor rekening van de gemeente zal komen. De Alberingstichting heeft nu 6 jaar gedraaid en heeft nog niet één keer in die 6 jaar om subsidie gekomen. Hij vindt dat een compliment waard. Dhr. Martens vraagt of het zo is dat de Alberingstichting er van overtuigd is dat ze deze rente en aflossing ook op kan brengen. De voorzitter zegt zo als het er nu bij staat en als de uitbreiding gerealiseerd is, omdat men ook met ruimtegebrek zit, heeft hij de indruk dat men zich daar geen zorgen over hoeft te maken. Dhr, van Kuijck zegt dat hij de heer Martens gerust kan stellen. De Albering stichting heeft zelfs een reserve opgebouwd. De Alberingstichting zit echt niet zonder geld. Dhr, van Aert geeft alle lof voor de Alberingstichting aangaande de exploitatie die ze al jaren hebben. Hij dacht altijd dat de Koutershof ten dienste was voor de gemeente Rijsbergen. Maar hij heeft wel begrepen dat er op dit moment instellingen inzitten die toch wel in een ander horecabedrijf gevestigd hadden kunnen worden bijv. de autorijschool, dat is een particuliere instelling die hoeft daar niet te zitten. De voorzitter zegt dat dat een kwestie van kiezen is. Dhr, van Aert zegt dat men dan ten nadele van de eigen horecabedrijven gaat werken want dan wordt het een concurrent t.o.v. de horecabedrijven. De voorzitter zegt dat dat helemaal geen concurrent wordt want op de Koutershof zit een volledige vergunning. Dhr, van Aert zegt het is toch de bedoeling Rijsbergen leefbaar te houden. Straks zitten alle verenigingen in de Koutershof en kunnen de café's sluiten. De voorzitter zegt dat zal dan een oorzaak hebben. Dhr. Goos zegt dat hij van het regiewerk niet veel meer in de stukken terugziet. Dat is niet begroot. Hij weet niet of men toch met het regiewerk door moet gaan. De voorzitter antwoordt dat dat een plaatselijke aannemer wordt. Dhr. Goos vraagt of de voorzitter kan vertellen onder welke vorm dat gaat gebeuren. De voorzitter zegt dat hij daar niets over kan vertellen. Die onderhandelingen moeten nog beginnen. DhrGoos zegt over het regie werk heeft hij toch wel wat bedenkingen. Onder regie wordt nl. meestal zeer langzaam gewerkt. Het is meestal de sluitpost op de begroting. Een andere vraag is (het zijn 3 timmerlieden en 4 metselaars)hoe ziet men een timmerman in vaste dienst. De voorzitter zegt dat de heer Goos nu zaken aankaart die hier helemaal niet thuishoren want dan is men aan de uitvoering toe.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1982 | | pagina 11