I - 5 - bestuur de handen aan vol. Het hoeft echt nog niet meer taken erbij te hebben dan strikt nodig is. Men moet met terughoudendheid opereren. Juist omdat de bemiddelende taak van deze bestuurslaag in Nederland zo geweldig belangrijk is. Het belang dat er gediend is als provincie werkelijk bemiddelend te kunnen optreden tussen gemeenten onderling maar ook tussen de bovenlaag, die zich in Den Haag manifesteert, en de underdog die de gemeente is. Dan denkt hij dat de provincie niet die taak oneigenlijk moet gaan vervullen door allerlei directe uitvoerende taken op zich te nemen. Wat de provinciale opvattingen betreft verwijst hij gaarne naar het memorandum over de reorganisatie van het binnenlands bestuur dat hij al reeds genoemd heeft en over het memorandum dat inmiddels ook is geproduceerd over de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. Gedeputeerde Staten hebben een nota in voorbereiding met betrekking tot het te voeren beleid inzake gemeentelijke herindeling en grens wijziging tussen gemeenten. De nota tendeert ten dele ook wederom tot grote terughoudendheid op dit gebied. Dhr. Vogels zou graag nog een vraag willen stellen. Als inderdaad een verschuiving plaats vindt van taken van provincie naar stadsgewest en dergelijke instellingen dan is hij bang dat men heel spoedig te maken zal krijgen met een vierde bestuurslaag die men geen van allen wil. Hij denkt dat wat dat betreft de structuur van het stadsgewest en al wat er mee samen hangt op z'n minst een herbezinning noodzakelijk maakt. Men zegt dat een stadsgewest zogenaamd dichter bij de mensen brengt van bestuurlijke taken, maar daar komt helemaal niets maar dan ook niets van terecht. Het leeft amper bij de mensen die er in zitten amper bij de raadsleden en zeker niet bij de mensen die inwoner zijn van dat gebied. De commissaris zegt dat hij behoort totde weinige mensen die niet zo bang zijn voor een vierde bestuurslaag in de funktionele bestuursopdracht. Hij denkt dat er best een vierde laag tussen al die lagen die we toch al hebben zou kunnen zitten. Als het maar duidelijk is wat die lagen precies doen. Als die laag maar geen andere dingen gaat doen dan andere al doen. De opvatting of gedachtengang van gedeputeerde staten is dat intergemeentelijke samen werking uitsluitend mag zijn voor verlengd lokaal bestuur dus datgene samendoen wat een gemeente alleen niet kan. En als men daar dan verder op bouwt dan komt men wat minder in de gevarenzone terecht. 2. IN RIJSBERGEN WORDT AL JAREN GETRACHT EEN TERREIN TE VINDEN VOOR EEN BEDRIJVENTERREIN. BINNEN HET KERNRANDGEBIED ZIJN DE GRONDEN PRAKTISCH NIET TE VERWERVEN. ER ZIJN WEL GRONDEN BESCHIKBAAR JUIST OVER DE GOUDBERGSE LEI GELEGEN. STEEDS VINDEN DE RAAD EN DE BETROKKEN ONDERNEMERS DE P.P.C. OF DE P.P.D. OP HUN WEG. HOE KAN MEN OP OP DEZE WIJZE TOCH NOG TOT HET REALISEREN VAN EEN BEDRIJVENTERREIN KOMEN? Mevrouw van den Bemd houdt de volgende beschouwing. Wij willen graag even met U van gedachten wisselen omtrent het volgende: Zoals ongetwijfeld bij U bekend, was Rijsbergen tot voor enkele decennia een overwegend agrarische gemeenschap; met werkgelegenheid hoofdzakelijk in de agrarische sector. Weliswaar was er zo links en rechts een winkelier, en hier en daar een aanverwant bedrijf, en als je daar dan ook de horeca binnen onze gemeente bij telde dan was het wel zo'n beetje bekeken. i

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1982 | | pagina 5