- 6 - weer van voren af aan beginnen. Dat is natuurlijk toch wel een probleem. Waarvoor dient de commissie Ruimtelijke Ordening. In eerste plaats is dat een adviescommissie dus in dit geval heeft het college dat advies niet gevolgd. Het college heeft toch wel rekening gehouden met het advies want uit het advies van de ruimtelijke ordening was wel te proeven dat het een bepaalde richting uit zou gaan. Het college is er niet voor om planwijziging toe te passen. In zover zit het college dan op de lijn van de heer Verpaalen. Als er dan geprobeerd moet worden om de heer Jansen te helpen doe het dan via een artikel 19 van de R.O. en 50 van de W.W.Op de eerste plaats gaat dat veel vlugger. Immers een aanvrage om een verklaring van geen bezwaar duurt 3 a 4 maanden tot een half jaar, maar dan is er ook een beslissing. Als men een bestemmingsplanwijziging toepast dan spreekt men over jaren. Het effect is precies hetzelfde. Het wordt wel of het wordt niet bouwen. En ook de bezwaren die tegen een aanvrage ing. art 19 WRO jo 50 W.W. ingebracht kunnen worden, kunnen ook worden ingebracht tegen de wijziging van een bestemmingsplan. Mevrouw van den Bemd zegt ervan op het bedrijven terrein kan hij niet terecht, maar daar heeft de heer Jansen ook geen belangstelling voor dat heeft hij zelf gezegd. Zijn adviseur heeft hem gecorrigeerd en heeft gezegd voor een gedeelte heeft de heer Jansen geen belangstelling. Dus wat het bedrijventerrein betreft daar hoeft men niet te hard op te hopen. De heer van Aert zegt als een procedure ing. art.19 WRO jo. 50 W.W. wordt toegepast kan er van dit jaar nog gebouwd worden. Dat is volgens de voorzitter uitgesloten. Die termijn is zo kort dat dat niet meer kan want er moet een bouwaanvraag komen die moet naar welstand, die moet gepubliceerd worden en dan moet die bouwaanvrage naar s-Hertogenbosch Het is nu eenmaal een gevoelig gebied dus men zal dit toch wel grondig bekijken. Als men zegt dat men de heer Jansen wil helpen wat ook de mening van het college is dan is dit de kortste weg. Maar het succes is niet gegarandeerd. Maar bij de planwijziging is men minstens een paar jaar kwijt en ook dan kunnen er bezwaren ingediend worden en ook tegen die planwijziging kan de P.P.C. en de P.P.D. bezwaren maken dus dan gaat het ook niet door. Dhr. Vogels heeft toch een paar vragen. Hij snapt niet helemaal waarom het nou jaren moet duren als je zo'n plan in moet dienen. Hij vindt het argument van B&W waarin staat dat het een aantasting van het landschappelijk gebied is wel een mooi argument maar als men straks een paar honderd meter verder gebouwen aan de grens krijgt wat ook een landschappelijk gebied is met hoog landschappelijke waarden dan neemt hij aan dat dan ook geen jaren duurt om daar toestemming voor te krijgen. Dan krijgt toch een bepaalde inwoner van Rijsbergen het gevoel dat dan hier met twee maten wordt gemeten. Kijk maar naar de sporthal. Dit is ook niet zo'n fraai geval, maar de heer Jacobs krijgt 100 meter verder geen vergunning. Dat zijn toch zaken die het voor het publiek een beetje moeilijk maken om de beslissingen van de heren in Den Bosch aannemelijk te maken. Hij vraagt waarom tijdens de zitting het beroep van de heer Jansen is ingetrokken. Hoe is het mogelijk dat wanneer in 1974 de heer Jansen is gestopt met zijn agrarisch bedrijf, in het bestemmings plan de heer Jansen als agrariër wordt aangemerkt. Als het tenminste juist is dat hij in 1974 is gestopt dan vindt hij het vreemd dat hij een agrarisch bouwblok krijgt toegewezen. Als dhr. Jansen daar woont en hij is geen agrariër dan is het op z'n minst bevreemdend dat hij een agrarisch bouwblok toegewezen krijgt. Eerst wil de heer Vogels op deze vragen antwoord alvorens hij zijn definitief standpunt bepaalt. De heer Goos zegt dat hij de vorige maal heeft tegen gestemd omdat toen toch wel een reële kans was op een bedrijventerrein. Nu is hij voor omdat het een vaststaand feit is dat niet meer weg te denken is. Het is nou de 4

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1981 | | pagina 6