3INGEKOMEN STUKKEN_EN_MEDEDELINGEN De heer Martens merkt ten aanzien van punt 8 op dat de verslagen van de commissie ruimtelijke ordening ter inzage zijn gelegd. Ingevolge het reglement van orde dienen deze aan de leden te worden toegezonden. Dit is niet gebeurd. De voorzitter antwoordt dat dit inderdaad dient te gebeuren. De heer van den Bemd merkt ten aanzien van punt 7 op dat de aanhef van de brief van de Geschiedkundige Kring de Oranjeboom luidt "Edelachtbare Heren"Dit is niet juist. Verder staan wat mededelingen omtrent de personeelsformatie. Hij doet een beroep op het college om aan de werkzaamheden van de buitendienst meer aandacht te besteden. Er zijn twee mensen afgevloeid, waarvoor niemand is teruggekomen. Verder is er reeds geruime tijd een persoon ziek. Wel is er een veegmachine teruggekomen, maar dit geeft weinig soelaas. Hij wil deze tak van het personeel uitbreiden om de taken te verlichten. De werkzaamheden nemen nog steeds toe. De voorzitter zegt toe dit te bekijken. Vervolgens worden de stukken voor kennisgeving aangenomen. 4. BEHANDELING NOTA_"DE_BAKENS_VERZET"_VAN_STADSGEWEST_BREDA_1 De heer Goos kan zich vinden in het voorstel van het college. In feite geen afwijking van nota~Stadsgewest op koers. Er moet geen vierde bestuurslaag komen. Vandaar dat er geen plaats is voor politieke fractievorming. Hij is niet voor uitbreiding van het personeel. Daarmede samenhangend mag er ook geen uitbreiding van taken komen. Uitbreiding heeft in het kader van verlengd lokaal bestuur alleen zin indien dit komt vanuit de deelnemende gemeenten. De heer Martens zegt dat het accent thans verlegd wordt. Hij is het eens met het voorstel van het college. Wel wil hij de nadruk leggen op punt c van het voorstel. Inzake de gezondheidsdienst is hij van oordeel dat men niet uit de band moet springen. Er wordt hier en daar aan de ambulance getrokken. Hij vindt dit één van de zaken welke wel een belangrijke taak inhoudt. Bij de financiën komt het personeelsbestand om de hoek kijken. Hij vraagt zich af of het secretariaat wel degelijk is bekeken. Hij vindt de top al zwaar genoeg. De heer Vogels is van mening dat over het Stadsgewest veel wordt gepraat. Hij vindt het een gunstig verschijnsel dat het Stadsgewest gekomen is met de nota Bakens verzet" Ten aanzien van de brandweer op pagina 7 merkt hij op dat het adviseren over aanvalsplannen hem een foutieve instelling lijkt. Even verder spreekt men over rampenbestrijding. Hij kan dit niet met elkaar rijmen. Met betrekking tot de uitbreiding wordt gesteld dat een centrale meldkamer nodig is. Hij zou toch willen voorstellen dit te combineren met 0011. Dit is kostenbesparend. Wat het onderwijs betreft, daar vindt hij voor het stadsgewest geen taak meer weggelegd. Inzake taak en doel meent hij dat alleen zinvolle taken, welke door de gemeenten worden aangedragen, ter hand dienen te worden genomen. Dus alleen die taken aanpakken welke op voorstel van de gemeenten worden genomen. Gelukkig wordt het aantal leden verminderd. Voor de commissievergaderingen bestaat weinig animo. Hij vindt het gunstig dat men het aantal commissies terugbrengt van 10 naar 2. De gemeenteraden wijzen de vertegenwoordigers aan als plaatsvervanger. Maar de raad moet de bevoegdheid hebben om bij specialistische gevallen iemand anders aan te wijzen. Daardoor komt het verlengd bestuur beter naar voren en zal de des kundigheid bevorderen. - 2 -

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1981 | | pagina 89