- 14 - De voorzitter zegt dat het niet de bedoeling is dat het adviesbureau meer gaat doen dan nodig is. De informaties moeten plaatselijk geschieden. De heer van den Bemd is het met de heer Vogels eens dat er plaatselijk ook een onderzoekscommissie komt. Deze kan desnoods in overleg met IKON en de plaatselijke commissie wat verder gaat uitspitten. De heer Vogels merkt op dat ook de opzet van Rijserf en het oplossen van de problemen daar is gebeurd. Als dit niet door een adviesbureau maar een plaatselijke orgaan is gebeurd lijkt hem dat de juiste instantie om ingeschakeld te worden. Speciaal om de koppeling te leggen tussen het open en gesloten bejaardenwerk. De voorzitter denkt dat hier meer haken en ogen aan zitten dan aan het dienstencentrum. In het voorstel van burgemeester en wethouders wordt een commissie van vier personen voorgesteld. Deze commissie gaat iedere instelling die er bij betrokken is solitair horen. Maar nu wordt voorgesteld laat dit een plaatselijke commissie doen en laat iedereen zoveel mogelijk daarin meespreken. Dat is een mogelijkheid. De heer Vogels vindt dat de commissie met de adviseurs niet te groot moet zijn. De voorzitter heeft gemerkt dat men nu twee commissies wenst. De vraag is dan wie doet wat. De heer Vogels vindt dat dit afhankelijk moet zijn wat er gebeuren moet. De voorzitter moet eerlijk bekennen dat hij op het eerste gezicht hiermede geen raad weet. Maar dat kan bekeken worden. De heer Vogels zegt als het zo'n ingewikkelde materie is dan kan men zich afvragen of de commissie zwaar genoeg is als deze bestaat uit een burgemeester en een ambtenaar. Die vraagt durft hij in alle eerlijkheid te stellen en aan de zwaarte kan hij nog aan twijfelen ook. Dat betekent dat die twee mensen namens de gemeente zitten toch ergens hun informatie vandaan moeten halen. Dat is dan die commissie die hij voorstaat. De voorzitter zegt dat dit de ene benadering is. De andere benadering is dat men alle instanties apart erbij haalt en zegt wat men voor verlangens heeft. De heer Verpaalen zegt dat alle diciplines die bij het open bejaardenwerk betrokken zijn, zoals de kruisvereniging de medische staf en misschien de indicatiecommissie in de commissie horen. Hij vindt dat men een basis commissie moet formeren die getrokken wordt door een vrij zwaar persoon, kwa in breng, die deskundige persoon aangevuld met twee raadsleden, als mevr. v.d. Bemd die zich sterk beweegt ten aanzien van het open bejaardenwerk, en de heer Goosdie zich ook erg graag daarvoor wil inzetten, moet men toevoegen aan de club van vier personen, die door B&W worden voorgesteld. Dan denkt hij dat men een optimale wisselwerking krijgt om uiteindelijk te komen van wat de raad voor ogen staat. De voorzitter vraagt of dit de mening is van de raad. Hij kan dit zo niet overzien. Hij moet zich hierover nog beraden. De heer Verpaalen merkt nog op dat als het zo'n complexe zaak is als wordt aangegeven dat IKON op geen stukken na toekomt met 21 adviesdagen en dat dit wordt uitgebreid. Dat was een van de reden om te vragen laat men

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1981 | | pagina 73