- 14 -
Hij is verheugd met deze oplossing.
De heer Vogels stelt voor om de inrichting van het terrein aan de Kap.1.de
Nijsstraat door een commissie te laten bezien.
De voorzitter zegt dit toe om hiervoor de commissie ruimtelijke ordening
in te schakelen.
De heer van Aert wenst schorsing van beraad.
De heer Verpaalen vindt het een positieve zaak voor Embregts B.V., het is een
positieve zaak voor de Kap.1.de Nijsstraat. Het is een positieve zaak voor de
verkeersveiligheid in de Gommersstraat en in het dorp. Het is ook voor
anderen nog een positieve zaak. Het is voor een kleine minderheid een
minder positieve zaak. Maar dat zal wel bij alle zaken zo zijn.
Een positieve zaak mag wat geld kosten. Hij hoopt dat het uiteindelijk mee
zal vallen, maar het bedrag dat er nu staat daar zegt hij van dat men het
er voor over moet hebben.
De heer Huijbregts merkt op dat de bewoners in de Noordhoeksestraat
helemaal niet zijn gehoord zoals mensen van het Bungalowpark. Hij dacht dat deze
mensen ook gehoord mogen worden van hoe staan zij er tegenover.
De voorzitter merkt op dat het conform het bestemmingsplan isAls er iemand
recht van klagen heeft dan zijn het de bewoners van de Kap.1.de Nijsstraat.
Van de ene bocht tot de andere bocht ligt alles open. De gemeente doet er niets
aan omdat het geen zin heeft. Men kan er niet in of uit. De mensen die daar wonen
en jaren geconfronteerd zijn met dit bedrijf die hebben recht van spreken.
De anderen hebben nog maar alleen veronderstellingen. Men komt nog aan de
beurt bij eventuele vergunningen.
De voorzitter schorst de vergadering vijf minuten.
Na de schorsing zegt de heer van Aert dat hij bij zijn standpunt blijft.
De aankoop mag van hém doorgaan, maar hij zou punt 10 van het concept
koopcontract eruit willen hebben.
De heer Verpaalen zet de visie nader uiteen. Op dit moment dient punt 10 eruit
gelicht te worden. Verwijzen naar de commissie openbare werken en aan de hand
van dit advies verder te werken.
De heer van den Bemd wil het voorstel ongewijzigd overnemen.
De voorzitter merkt op dat hij dit heden nog opgenomen heeft met Embregts B.v.
Dit punt 10 maakt deel uit van de onderhandelingen. Hij kan helaas punt 10
niet eruit laten. Daar moet de raad maar de consequenties uit trekken.
De voorzitter brengt het collegevoorstel in stemming.
Wethouder Nooren, die als eerste zijn stem moet uitbrengen, wil een stemverklaring
afleggen. Hij zegt dat de voorzitter weet hoe dit voorstel tot stand is gekomen
en hoe de onderhandelingen zijn gevoerd. Dit is in een sneltempo gebeurd.
Er zou misschien enige verwarring ontstaan dat hij een andere mening zou hebben
dan hier staat. Het is de bedoeling van hem om met het voorstel van de heer
van Aert mee te gaan. Dat houdt in dat hij tegen het voorstel dat nu ter
tafel ligt stemt.
De heer Vogels merkt op dat men nu neen gaat zeggen, waar men ja tegen zou
willen zeggen. Het is een onderdeel van de onderhandelingen geweest. Er is een
