- 9 - en dan zal moeten worden bekeken welke prioriteit de bibliotheek heeft. Hij denkt dat dit een noodzakelijke aanvulling is op het plan wat de bibliotheek heeft samengesteld. Wethouder van Kuijck is verheugd dat men positief reageert op het beleidsplan, want het is een goede zaak dat de bibliotheek in de toekomst kan uitbreiden. Duidelijk is ook in het verslag van de commissie welzij n naar voren gebracht en de raad zal het daar ook mee eens zijn, dat men in het licht van de financiële mogelijkheden dit zal moeten bekijken. Het moet niet zo zijn dat in een jaar de gemeente zich financieel zo plaatst dat men geen kant meer uit kan. Deze zaken zullen grondig moeten worden bestudeerd en de vinger zal aan de pols moeten worden gehouden. Voorts is hij het er mee eens dat men op korte termijn met de betrokkenen rond de tafel moet gaan zitten om na te gaan wat men wil. Maar ook de bibliotheek moet weten wat de gemeente wil. Men is formeel niet gebonden aan dit plan, doch het zou niet sportief zijn om in de toekomst te stellen dat de gemeente niet mee doet met de uitbreiding. Vandaar dat men dit als de inleiding dient te zien van de toekomstige uitbreiding. Het moet echter wel financieel haalbaar zijn voor de gemeente. De heer Martens merkt op dat het misschien goed zou zijn bij het indienen van het plan aan gedeputeerde staten om te vermelden dat de schuld van de te late inzending niet alleen bij de gemeente ligt maar ook bij de stichting. Wethouder van Kuijck zou niet graag over schuld willen praten. Hij dacht dat het meer een vergissing was. De gemeente komt wel te laat, maar de raad is zo welwillend om dit toch met voorrang te behandelen. Ook het college heeft het laat ontvangen. Hij heeft overigens gemerkt dat de stichting de bouw stenen ook erg laat heeft ontvangen. De voorzitter voegt hier nog aan toe dat gedeputeerde staten over deze aangelegenheid zijn ingelicht. Zij weten dat het vandaag door de raad wordt behandeld. Het beleidsplan wordt vervolgens ongewijzigd vastgesteld. 12. SCHRIFTELIJKE VRAGEN INGEVOLGE HET REGLEMENT VAN ORDE. Er zijn schriftelijke vragen ingediend door mevrouw van den Bemd. Wethouder Nooren behandelt deze vragen. De eerste vraag gaat over het "klappen van een verwarmingsketel in de bejaardenwoningen in de Laguiten. De tweede vraag gaat over de ongerustheid bij de bewoners nu de ketels van dit merk een korte levensduur hebben. De derde vraag handelt om de ketels grondig te inspecteren zodat de ongerustheid kan worden weggenomen. De wethouder antwoordt, dat bij de bejaardenwoning Frisostraat 12 inderdaad een C.V.-ketel is "geklapt", zoals dit in vaktermen heet. Dit klappen ontstaat als gevolg van het niet kunnen opnemen van de spanningen die vrijkomen bij het opwarmen van de ketel, wat meestal 's morgens gebeurt. Dit klappen heeft als gevolg dat in het gietijzeren gedeelte van de ketel een scheurtje ontstaat waardoor water naar buiten stroomt. Dit water wordt door de temperatuur van de ketel meteen omgezet in stoom, waardoor de ruimte waarin zich de ketel bevindt ook meteen onder stoom komt. Door het uitstromen van het water valt de druk meteen weg- en de gasvlam wordt automatisch gedoofd. Hoewel de stoom misschien hinderlijk kan zijn is het klappen van een ketel dus totaal ongevaarlijk zodat ongerustheid hierover niet nodig is.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1981 | | pagina 21