4 - De voorzitter zal dit bezien. Dit lokt de heer van den Bemd de opmerking uit dat niet alleen bezien moet worden maar ook trachten uit te voeren en wel zo snel mogelijk. Daar heeft de voorzitter geen bezwaar tegen indien dit in overleg met alle partijen kan. Maar indien er toch weer geschillen blijven dan wil hij toch de inspraak houden. De heer van den Bemd wil hebben dat men dan volgende week met de partijen aan tafel gaat zitten en dan beslissen. De heer Goos interrumpeert dat de hoorzitting reeds in augustus is. De voorzitter stelt dat Adviesbureau Arnhem nu voor de gemeente werkt. Het lijkt hem goed dat dit bureau ook het onderhavige probleem erbij betrekt. De heer Vogels vindt dat dit punt wat lichtvaardig op de agenda is geplaatst. Hij geeft het college in overweging wat zorgvuldiger te zijn in het opstellen van de agenda. Men besteedt hier een hoop tijd aan en door het afvoeren geeft dit een onbevredigend gevoel. De voorzitter antwoordt dat de brief van de Winkeliersvereniging is binnengekomen na de samenstelling van de agenda. De argumenten van de vereniging zijn minstens het overwegen waard. Mevrouw van den Bemd vraagt waarom de brief van de bewoners van de Lage- straat indertijd niet in het verkeerscirculatieplan kon worden opgenomen. De voorzitter antwoordt dat dit in de commissie ruimtelijke ordening toen niet aan de orde is geweest. Het college blijft bij het standpunt om dit in te brengen in het verkeers circulatieplan om de partijen de gelegenheid te geven om inspraak te hebben. De heer Goos kent de brief, maar bij hem blijft de vraag openstaan of de twee ondertekenaars de mening van de hele straat verwoorden. Derhalve vindt hij het een goede zaak om het op te nemen in het verkeers circulatieplan. De voorzitter zegt dat het college iets te voorbarig is geweest met het plaatsen op de agenda. Hij vindt dat het college enigszins terecht door de Winkeliersvereniging op devingers is getikt. De heer Daemen vindt het helemaal niet voorbarig. Het getuigt van moed om het terug te nemen. De reacties zijn nu binnengekomen en anders had men nog moeten afwachten. De voorzitter is het hier niet mee eens. De partijen, Lagestraat en winkeliers vereniging, moeten de kans krijgen hun inbreng te leveren. Wethouder van Kuijck zegt dat er nog een derde partij, n.l. bewoners van de Risten, bijgekomen is, die zich op het laatst heeft gemeld. Dit alles overziende was voor het college aanleiding het punt terug te nemen. De heer Martens vraagt of nu al een punt van overweging is om er totaal eenrichtingsverkeer van te maken. De voorzitter antwoordt dat momenteel het college niets doet. Allereerst wordt het advies en de inspraakronde afgewacht, daarna worden er conclusies getrokken.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1980 | | pagina 78