Wat de fietspaden betreft, aldus wethouder Nooren de subsidie heeft betrekking op doorgaande fietspaden, welke in combinatie met andere gemeenten, zoals in de Baronie van Breda, worden aangelegd. Het is de moeite van het vragen waard. Overigens denkt hij dat men zal zeggen dat in Rijsbergen reeds zoveel wegen zijn, welke zijn verhard, waarover men kan fietsen, dat de urgentie niet erg groot is. De heer Goos heeft mevrouw van den Bemd enkele wegen horen noemen waar zij fiets paden wil aanleggen. Dit betekent indien er fietspaden liggen dat men verdere ver harding wel kan vergeten. De heer Vogels voelt zich een beetje als een titel van een V.P.R.O.-programma. Het is n.l. niet de eerste keer dat hij een beetje voor "Piet Snot" een investeringsplan bestudeert. Hij weet dat de excuses terecht zijn, maar het is typisch dat het ongeveer elk jaar gebeurt. Hij vraagt zich af met welk doel hij de cijfertjes heeft geplaatst bij de onderdelen nu er weer enkele gegevens op tafel liggen, waarover men weer moet buigen. Het betekent dus dat de vaststelling van de volgorde niet deze avond gebeurt maar een volgende vergadering over twee of vier maanden. Hij vindt dit een zeer onbevredigende situatie. Hij wil daarom in overweging geven om de behandeling van een investerings plan in deze vorm voortaan maar achterwege te laten. Hij vindt het zonde van de tijd. Het bevreemdt hem dat hij geen antwoord heeft ontvangen of binnen de begroting ruimte gevonden is voor deze plannen. Daar is geen antwoord op gekomen en nu blijkt ineens dat volgens de mededelingen 125.000,00 voor een sporthal haalbaar zou moeten zijn. Dit vindt hij een vreemde gang van zaken wanneer hij vorige maand vraagt of er ruimte is dan krijgt hij geen antwoord en nu is de ruimte er ineens wel. Men wordt weer overdonderd en moet weer van voren af aan beginnen. Dat is een zeer onbevredigende situatie. Wat hem ook verbaast is dat de voorzitter met geen woord rept over belastingverhoging, terwijl zowel in de aanbiedingsbrief bij de begroting als in het begeleidend schrijven van het investeringsplan zegt als er een sporthalmoet komen dan moet er belastingverhoging komen. Hij hoort hier helemaal niets van. Bovendien betreurt hij het dat diverse toelichtingen welke nu gegeven zijn niet voorkomen in het investeringsplan. Hij vindt dat om een zaak juist te beoordelen er geen gegevens genoeg kunnen worden gegeven. Wat de sporthal betreft wil hij ook op de consequenties wijzen wat dit voor het sportpark zal hebben. Het veld dat er nu ligt zal moeten verdwijnen. Ten aanzien van de overkapping van de Sint Bavoschool zal ook gedacht moeten worden hoe men aan vervangende speelruimte zal kunnen komen. Immers er gaat een groot gedeelte van de speelplaats verdwijnen en zeker wanneer heel het schoolgebeuren rond dit gebouw wordt geconcentreerd. Hij is dan bang dat er te weinig vierkante meters speelplaats overblijft. Hij zou nog gaarne van wethouder Nooren vernemen wat betekent bij de verlichting in het buitengebied de zinsnede "we zullen dit nader bezien" Hij is het niet eens met de voorzitter dat er geen urgente dingen meer zijn. Hij vindt dat de persleiding wel zeker een urgente zaak is. De voorzitter antwoordt dat de gemeente met het gegeven zit dat men al of niet subsidie kan krijgen en het is geheel ter beoordeling van de raad om dit eventueel te accepteren. Daar blijft spreker buiten, maar het is een gegeven dat nu de subsidie te verwachten is. Hij heeft medegedeeld dat hij spoedshalve, omdat er niet gewacht kon worden voor deze raadsvergadering of men er wel of niet gebruik hier van wenst te maken, de werken heeft aangemeld. Hij heeft de D.A.C.W. medegedeeld dat hij morgen een telefoontje zou geven of men wel of niet gebruik wenst te maken van deze subsidie. Men kan stellen dat hij het investeringsplan in de war gooit. Dat mag dan waar zijn, maar als hij zelf geen gegevens heeft kan hij ze ook niet vertellen. Dit komt als een donderslag bij heldere hemel. Hoe de heer Vogels erover denkt moet hij zelf weten, maar het is zijn plicht indien er subsidie te verwachten is, dat hij dit mededeelt.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1979 | | pagina 70