- 32 -
De voorzitter stelt hierna aan de orde de begroting van het grondbedrijf en
de begroting van het woningbedrijf.
Deze worden ongewijzigd vastgesteld.
Vervolgens neemt de voorzitter de begroting van de algemene dienst per hoofdstuk in
behandeling.
Hoofdstuk I: vroegere dienstjaren: geen opmerkingen
Hoofdstuk II: Algemeen beheer.
De heer van den Bemd stelt post 1 van dit hoofdstuk aan de orde. Een verhoging van
vergoeding voor het gebruik van de ambtswoning per jaar van 5 a 6% vindt hij
niet voldoende. Hij meent dat men gebruik moet maken van de 12% regeling.
De minister heeft daarvan afgeweken, maar gezien de huren van de op te leveren
woningwetwoningen, is hij van oordeel, dat het een normale zaak is dat de
huur van de ambtswoning met al zijn genot en voldoening, toch naar dat bedrag
van 12% van het inkomen wordt opgetrokken.
De voorzitter antwoordt dat men hierover zo mag denken. Hij krijgt nog ieder
jaar de beschikking van de minister, waarbij de huur wordt vastgesteld.
De heer van den Bemd wil het voorstel aan de raad doen om dit te wijzigen.
De voorzitter vraagt of dit voorstel wordt gesteund.
De heer Vogels steunt dit voorstel.
De heer van den Bemd wenst stemming.
De heer Goos zou liever de commissie financiën hierover een rapport laten samen
stellen en inlichtingen in andere gemeenten hierover inwinnen.
De heer van den Bemd verduidelijkt nog zijn verzoek. De huur behoeft niet ineens
naar 12%, maar gezien de huur van de woningwetwoning, welke hoger liggen dan
de huur van de ambtswoning, vindt hij dat aan het verschil iets moet worden
gedaan.
De heer Vogels vindt het sociaal moeilijk te verkopen, dat een ambtswoning van
een burgemeester minimaal gelijk moet zijn aan de hoogste huur van de
woningwetwoningen. Hij zou die koppeling erg graag maken.
De heer Verpaalen merkt op, dat er nu verschillende uitgangspunten naar voren
komen. Hij wil deze kwestie verwijzen naar de commissie financiën. Hij wil
komen tot een weloverwogen oordeel. Dit moet niet gebeuren zonder alle ten
dienste staande gegevens.
De heer van den Bemd zou liever een hogere huur zien dan het voorstel van de
heer Vogels.
De voorzitter wil het voorstel verwijzen naar de commissie.
De heer van den Bemd merkt op dat reeds in 1974 of 1975 door het college is
toegezegd dat dit punt door het college nader zou worden bekeken. Toen is
dit punt ook de commissie financiën aan de orde gesteld.
De heer Verpaalen vraagt wat de jaarlijkse beschikking van de minister inhoudt.
De voorzitter antwoordt dat deze beschikking inhoudt de inhoudingen op de wedde.