- 5 -
Blijkt dat men genoeg gewicht in de schaal kan leggen bij de planologen
omtrent andere lokaties dan kan het besluit nog worden herzien.
De voorzitter antwoordt dat het voorbereidingsbesluit inhoudt een afbakening
van een gebied. Wanneer men tot de conclusie komt dat men een ander geschikter
terrein kan vinden dan kan een en ander worden gewijzigd.
Hij blijft vasthouden om deze twee bedrijven voor Rijsbergen te behouden.
Door het uitstellen tot oktober geeft men een ander de kans om zaken te doen.
Mevrouw van den Bemd vraagt zich af of men dan niet beducht moet zijn voor
makelaars e.d. indien men voor de andere terreinen geen voorbereidingsbesluit
neemt. Vooral nu iedereen hiervan op de hoogte is.
De voorzitter antwoordt dat alleen het afgebakend gebied dat nu aan de orde
is bekend is, maar andere lokaties niet.
Mevrouw van den Bemd repliceert dat in de achterbanvergadering, welk openbaar
is hierover is gepraat.
De voorzitter antwoordt dat hij het jammer vindt dat dergelijke interne zaken
openbaar worden gemaakt, want dan kan men niet meer onderhandelen. Men maakt
het hierdoor alleen maar moeilijk, zowel in de onderhandelingspositie wat aan
koop batreft als wat prijzen betreft.
Mevrouw van den Bemd is het hiermede niet eens. Er blijft overigens nog een vraag
rijzen. In 1978 is dit perceel aan de Ettenseweg afgewezen. Zij vraagt op grond
waarvan
De voorzitter antwoordt dat er toen juist geen voorbereidingsbesluit op dat
perceel lag. Dat was het enige punt.
Mevrouw van den Bemd repliceert dat zij niet heeft gesteld, dat zij geen
voorstandster is voor het nemen van een voorbereidingsbesluit, maar dat men
ook op de andere percelen een voorbereidingsbesluit zou moeten leggen. Dat
kan geen kwaad.
De voorzitter heeft begrepen dat zij eerst een vergadering van de commissie
R.O. wil houden en dan daarna een voorbereidingsbesluit nemen. Daar heeft
hij toch bezwaren tegen.
Wat de andere percelen betreft is hij de mening toegedaan dat men daar eerst
de commissie R.O. over zou moeten horen en daarna eventueel een voorstel aan de
raad doen.
De heer van den Bemd merkt op dat de voorzitter de zaak in zijn eigen straatje
schuift. Hij vindt ook dat de voorzitter naar de fracties in de raad moet
kijken.
De voorzitter antwoordt dat hij niets schuift in zijn eigen straatje. Hij zit
hier voor het algemeen belang. Hij zit om werkgelegenheid voor Rijsbergen te
behouden
De heer van den Bemd repliceert dat zij ook voor het algemeen belang zitten.
De voorzitter besluit de beraadslagingen en vraagt wie stemming verlangt.