- 13 zo al enige bedenkingen tegen het stadsgewest. Hij ziet het stadsgewest als een intergemeentelijke hulpstructuur, waar best wat administratie te pas komt, maar toch meent hij dat er in deze streek wat geautomatiseerde administraties zijn, waar dit klein werk best bij kan. Hij denkt aan het C.B.T. waar mogelijk nog een overcapaciteit zit. Hij ziet dit punt niet zitten. De motivering is nauwelijks steekhoudend. De ontwikkeling gaat heel snel. Misschien gaat leasen minder kosten dan aanschaffen. Bovendien brengt een dergelijke apparatuur consequentiekosten met zich mede zoals aanpassing van programma's e.d. Hij kan dit alleen maar zien als het naar zich toehalen van een administratie, waarvan te weinig bekeken is of die elders kan worden ondergebracht. Zo lang dit niet is geschied is hij tegen het voorstel. De heer Martens kan de gedachtengang wel volgen. Hij zit namens de gemeente in het M.W.B. Wil het stadsgewest meegroeien met wat het voorstaat, dan is hij voorstander voor de aanschaf van deze apparatuur voor wat het stadsgewest wil en moet doen. Een punt van overweging blijft bestaan of het stadsgewest niet ondergebracht kan worden bij het M.W.B.-C.B.T.-verband. De praktijk is overigens dat voor alle bedrijven 55% een gangbare start is, want het groeit toch automatisch uit en deze computer zal daar geen mogelijkheid voor bieden om mee te groeien als stadsgewest voor de diensten die zij voor de gemeenten, aangesloten bij het stadsgewest doen. Er zijn twee problemen die er spelen, of wel uitbreiden van deze computer of het werk onderbrengen bij het M.W.B.-C.B.T.-gebied. Dan zal dit ook zo aan het Stadsgewest moeten worden aangeboden. De voorzitter antwoordt dat het door de heer Martens voorgestelde onderzoek is geweest. Er is overleg gepleegd tussen het stadsgewest en het M.W.B.- C.B.T. over de aanschaf van deze officecomputer. Daarbij komt nog wanneer van de diensten van het C.B.T. gebruik zou worden gemaakt dat de jaarlijkse lasten minstens 2000,00 tot 4500,00 duurder worden. De bezetting van 55% is de meest gangbare norm, daarbij moet nog komen de bedrijfsgeneeskunde, de jeugdtandzorg en de ambulancerechten. Bovendien is het op dit ogenblik zo als men dit apparaat in huis heeft dat doorlevering korter is dan wanneer dit via het C.B.T. moet lopen. Wanneer men deze kosten niet neemt voor deze aanschaf worden zij echter alleen hoger. De afschrijving is bepaald op 5 jaar. Het kostenpakket is in overleg met het C.B.T. opgesteld en goedkoper dan wanneer het via het C.B.T. zou lopen. De personele consequenties zijn in het voorstel verwerkt. In het voorstel is geen uitwerking van personeel voorzien. De heer Vogels vindt dat een computer moet worden ingeregeld en bijgestuurd. Dat kost mankracht. Hij vraagt de verzekering dat het geen extra mankracht zal opleveren. De voorzitter antwoordt dat deze verzekering niet zwart op wit staat. Voor 1979 speelt dit niet. Voor 1980 kan dit eventueel ontdekt worden in de begroting van het stadsgewest 1980 en bovendien in de gemeentebegroting. De heer Vogels voegt daar aan toe dat men dan weer zal tegenwerpen dat geen bezwaar is gemaakt dat tot aanschaffing wordt overgegaan en dat nu ook de uitbreiding van het personeel moet worden goedgekeurd. Dan moet aldus de voorzitter besloten worden onder conditie dat geen uitbreiding van personeel het gevolg zal zijn. De heer Verpaalen vindt dat de door de voorzitter gegeven informatie bij de stukken had behoren te zitten. Dan mist men enige motivering. Nu deze motivering niet is gegeven kan hij hiermede niet instemmen. 4

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1979 | | pagina 54