2 Verder hoe het staat met de invorderingen over 1977. Ook hoe men over 1978 kan voorkomen de rentenadelen m.b.t. de vorderingen van declaraties Tenslotte de invorderingen over 1978, alsmede de post invordering veewet. De voorzitter antwoordt: de opmerking over de controle op sociale zaken gemaakt is onjuist. Reeds enkele jaren gebeurt dit. Hierover zal een brief worden geschreven. Het mutatieregister dient vooraf bijgehouden te worden en niet achteraf. Dit is niet gedaan omdat men rekening moet houden met herberekeningen van salarissen. De staat van de te verhalen posten over 1977 zijn allemaal afgeboekt behalve de post over de veewet. Daarover is gebeld dat de afwikkeling spoedig zal plaats vinden. Dienstjaar 1978. Daar zijn de posten behalve twee weggeboekt, n.l. bij reinigingsrechten staat nog een post open en bij hondenbelasting twee. De declaraties aan de D.A.C.W. en reconstructie St-Bavostraat zijn ingezonden. Ten aanzien van de huurachterstand over 7 maanden is een regeling getroffen met de huurder. De heer van den Bemd heeft bij de stukken een schrijven van gedeputeerde staten zien liggen over de lokatie van de woonwagens, welke door hen is afgewezen. Hij heeft gelezen dat de voorzitter krachtig voor deze lokatie heeft gepleit. Hij zou gaarne de argumentatie vernemen. Verder moet er binnen drie maanden een nieuwe standplaats door de raad worden aangewezen. Nu stelt men voor een lokatie begrensd door de Ettenseweg, de Goudbergselei en rijksweg Breda-Zundert De voorzitter interrumpeert dat hij deze zaak eerst met de raadsleden intern wil bespreken. De heer van den Bemd vraagt of dit een geheime zaak is. De voorzitter antwoordt dat het absoluut geen geheime zaak is, maar hij kan hierop staande de vergadering geen antwoord geven. De heer van den Bemd merkt op dat er bij de fractie toch wel enkele vragen blijven zoals de argumentatie van het besluit en de situering bij het bedrijventerreintje Verder vraagt hij zich af waarom aan de andere kant van de rijksweg richting Oekel, Kaarschot enz. geen enkele lokatie geschikt zou zijn. De voorzitter antwoordt dat het allemaal lokaties zijn die door gedeputeerde staten worden afgewezen omdat zij te ver van de kom gelegen zijn. De door hen geopperde lokatie bij een evt. bedrijventerrein is dichter bij de kom. Na afloop van de vergadering zou de voorzitter hierover willen discussiëren. Vervolgens zou de heer van den Bemd gaarne zien dat er op heel korte termijn een verordening wordt opgesteld en daadwerkelijk de hand aan gehouden wordt dat de loslopende honden niet overal ten koste van het publiek hun behoeften doen. Verder wil hij de sluiproute alsnog met klem onder de aandacht brengen, want er wordt heel veel hiervan gebruik gemaakt. Het is ook te merken in de Gommersstraat en Julianastraat

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1979 | | pagina 43