Men moet ter plaatse komen. En als men komt dan moet er ook iets
gebeuren. Van de volksvertegenwoordigers heeft Rijsbergen geen enkele
steun te verwachten. Dat is een kwalijke zaak.
Nog niet zo lang geleden is de Nota Bejaardenbeleid in de Kamer behandeld.
Er is een motie ingediend om van de 7% norm af te komen. De Staats
secretaris geeft daar antwoord op, dat hij medio 1985 de 7% norm wil
herzien en dan wordt door de regeringspartijen met deze visie akkoord
gegaan.Dit zijn betreurenswaardige feiten.
Het voorstel van het college om de verblijfsrecreatie tot twee
kampeerterreinen te beperken heeft de instemming van de raad.
Er is een verzoek binnengekomen voor een derde recreatiepark, waarvan
aan de raadsleden een copie van het verzoek is gezonden. Voor het college
is het duidelijk dat aan vestiging geen medewerking kan worden verleend.
Het kamperen bij de boer is eveneens een zaak waaraan, alhoewel dit
reeds in het bestemmingsplan is geregeld, geen medewerking moet worden
gegeven. Anders zou men het gevaar kunnen lopen dat men het doel van het
in banen leiden van de verblijfsrecreatie voorbij schiet.
Het bouwen van twee woningwetbouwcontingenten is helaas niet gelukt.
Er is met de aannemer gesproken over het bouwen van het contingent
1978 en 1979. Er is verder nog geen overeenstemming over 1979.
Ook de nota verkoop woningwetwoningen is helaas nog niet gereed.
Wat de heer van den Bemd opmerkt inzake het wijzigen van de taktiek m.b.t.
makelaars en aannemers, zou hij willen vernemen hoe dit zou moeten.
Er is deze dagen een schrijven binnengekomen over het rioolgemaal. Er
schijnt toch enig schot in te zitten.
De heer Jochems heeft een vergadering van kleine gemeenten van het
stadsgewest bijgewoond. Rijsbergen heeft een limiet gekregen voor de
bouw van 40 woningen. In het buitengebied bestaat de mogelijkheid om
te bouwen. Stel dat er daar 35 woningen worden gebouwd. Dan blijven
er nog 5 woningen over. Zijn vraag is of de kleine kernen in het Stadsgewest
niet gezamenlijk druk kunnen uitoefenen om meer bouwmogelijkheden te
krijgen. Zo houdt men een gemeenschap nooit leefbaar met 40 woningen.
De heer van den Bemd onderschrijft de woorden van de heer Jochems. Als het
stadsgewestelijk niet kan is het misschien beter om met de zuidelijke
gemeenten rond de tafel te gaan zitten.
Als aannemers of makelaars komen om vrij te bouwen dan moeten ook de
woningwetwoningen op tafel komen. Dit gebeurt misschien wel maar
het is hem niet bekend.
De voorzitter antwoordt dat druk uitoefenen ook wel gebeurt. Waar spreker
bang voor is dat is wanneer men het bouwtempo niet kan volgen direkt
in de problemen komt met het voorzieningen niveau, zoals scholen, winkels
ed. Met de kleinere gemeenten zal men rond de tafel moeten gaan zitten
om na te gaan wat hieraan te doen is. Men zal een behoorlijk tegenwicht
moeten leveren t.a.v. Breda, Etten en Oosterhout.
Makelaars kunnen wanneer men binnen een goed gekeurd bestemmingsplan
wil bouwen in feite zonder medewerking van de gemeente dit doen. Maar zover
is men hier nog niet. Gepoogd zal worden om daarvoor een stokje te
steken Maar het zal ook in de toekomst een moeilijke zaak blijven om
de woningwetwoningen gebouwd te krijgen.
De heer Goos denkt dat een en ander wel geregeld zal worden in de nieuwe
wet vervreemding landbouwgronden, welke dit najaar de Kamer zal passeren.
De conclusies zullen aan het Stadsgewest worden medegedeeld.