- 5 - voorzichtig worden met de verkoop van woningwetwoningen. Dat is een van de belangrijkste punten welke in de nota moeten komen. Anders krijgen we alleen maar een vertaling van enquêtecijfersmaar dit raakt niet de essentie van het al of niet verkopen van woningwetwoningen en de doelstelling welke daaraan ten grondslag ligt. Wethouder Nooren stelt voor om op korte termijn de nota op te stellen, de nota aan de leden toe te zenden uiterlijk 3 weken voor de geplande raadsvergadering, of een extra vergadering. Nog antwoordend op een vraag van de heer Goos wordt de prijs van de woning bepaald op de prijs van de door het ministerie te bepalen bedrag. De heer Verpaalen merkt nog op dat wanneer de nota selectief-vestigingsbeleid tegelijk zou kunnen worden behandeld met de nota verkoop woningwetwoningen de raad reeds een avondvullende vergadering heeft. De woningen worden hierna verkocht. 8. TOEKENNING UITKERING I.V.M. NACALCULATIE TREND 1978 AAN HET GEMEENTEPERSONEEL. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 9. AFWIJZING SUBSIDIEVERZOEK VORMINGSINSTITUUT WEST-BRABANT. De heer Verpaalen merkt op dat in het voorstel wordt gesproken over een subsidie verzoek over het jaar 1978. Hij is van oordeel, dat dit 1977 zou moeten zijn. Wethouder van Kuijck antwoordt dat in de briefwisseling staat 1977. Het verzoek is in december 1977 binnengekomen. Maar indien men het verzoek goed leest handelt het over 1978. Er is verder voor 1979 geen aanvrage binnengekomen. Indien nodig zal een eventueel verzoek alsnog aan de raad worden aangeboden, waarna kan worden besloten of al of niet subsidie over 1979 kan worden toegekend. Vervolgens wordt het subsidieverzoek afgewezen. 10. AF^IJZIGING SUBSIDIEVERZOEK STICHTING STUURGROEP BRABANT EEN. De heer Goos vindt dat gezien de belangstelling voor het tekenen van de lijst van de Stuurgroep Brabant Een:-.en tevens voor het programma, waarin ook aandacht wordt besteed aan de zelfstandigheid van de gemeenten beneden 10.000 inwoners, het gerechtvaardigd om een eenmalige subsidie toe te kennen van 500,00 als bijdrage in de kosten van de aktiviteiten die deze stuurgroep onderneemt voor behoud van één Brabant en de zelfstandigheid van de kleine gemeenten. De heer Verpaalen heeft wel begrip voor de motivering die het college aanhaalt om deze eenmalige subsidie af te wijzen. Hij zou, gezien ook het feit dat zo'n groot aantal Brabanders achter het streven staat om Brabant één te houden en gezien het feit dat men ook lokaal in grote getale achter dit streven staat, gezien de vlotheid waarmede de intekenlijsten worden ingevuld, met de heer Goos willen meegaan en toch aan deze stichting een eenmalige subsidie willen toekennen. De heer Vogels is het mede de stellingname van de vorige sprekers niet eens. Ook zijn fractie is een grote voorstander van Brabant één en staat achter het werk van de stichting. Hij vindt dat de verantwoordelijkheid ligt bij de individuele raadsleden. Als men van mening is dat Brabant één moet blijven

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1979 | | pagina 17