Het was een restzetel, waarvoor door alle fracties hard om is gevochten0 Het is de zuidelijke gemeenten gelukt om die rest-zetel te bemachtigen. Daaraan mag men niet het recht ontlenen aan twee zetels in het dagelijks bestuur.Ook het aantal inwoners geeft daar geen aanleiding toe. In feite ontstaat de situatie dat de zuidelijke gemeenten deze zetel gaat inleveren voor uitbreiding van het stadsgewest, Oosterhout, Etten-Leur en het land van Heusden en Altena. Een dagelijks bestuur van tien leden is al meer dan groot genoeg. Gaat men het groter maken kan men zich afvragen of het slagvaardig geheel blijft. Deze vrije zetel komt niet tercht bij Etten-Leur of Oosterhout, maar straks op 1 januari 1979 bij het Land van Heusden en Altena. Dit is overeengekomen en was een voorwaarde van het Land van Heusden en Altena om toe te treden. Een belangrijk aspect is ook nog dat wanneer Etten-Leur en Oosterhout niet toetreden en een neen van Rijsbergen zou betekenen dat de onderhandelingen opnieuw moeten beginnen en dat de toetreding dit jaar niet meer plaats vindt, kost de gewestraad 80.900,00. Als de raad zou besluiten artikel 16, lid 1, niet te wijzigen dan wordt in feite het hart uit het gehele wijzigingsvoorstel gehaald. Etten-Leur en Oosterhout zullen dan niet toetreden tot het stadsgewest per 1 september 1978 en dan zal wederom een eindeloos en uitzichtloos overleg geopend moeten worden. Hij vraagt zich af wie dan nog zin heeft om deze onderhandelingen te beginnen. De financiële consequenties houden ook in dat de beide gemeenten voor alle volle jaren dat zij deelnemen een financiële last van x 80.000,00 voor het stadsgewest berokkenen. Dit alles overziende zou hij een dringend beroep op de raad willen doen ook artikel 16, lid 1, in de gewijzigde vorm over te neme n. De heer Jochems vindt dat de heer Geene een prachtig betoog heeft gehouden, maar wel het vuur aan de schenen heeft gelegd door als het ware te stellen het kan niet anders dus het moet. Hij wil enkele kanttekeningen maken want zo eenvoudig als het wordt voorgesteld is het toch niet. Het is niet zo dat het voorstel zou luiden dat de claim moet worden gelegd op de tv/ee zetels. Per inwoner zouden de kleine gemeenten in het zuiden niets hebben in te brengen. Daar ligt het grote bezwaar. Indien de grote gemeenten het altijd voor het zeggen zouden hebben, dan konden de kleine gemeenten wel opdoeken. Dan is er ook geen stadsgewest nodig, want "men" maakt het wel uit, de mensen met het grote inwonertal. Speciaal in de zuidelijke gemeenten en het land van Heusden en Altena, welk kwa structuur met elkaar overeenkomen, is nog wat anders aan de hand dan alleen maar weinig inwoners. Hij kan zich voorstellen dat 10 d.b. -leden uit verschillende kernen komen, dat deze de specifiek dezelfde problemen op tafel leggen, maar de twee uit de zuidelijke gemeenten en het land van Heusden en Altena komen ook met specifieke problemen n.l. de agrarische sector.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1978 | | pagina 61