- 5 - Wij stellen voor om een post van f 5»GG0t—- op te nemen voor culturele manifestaties, In het verleden is gebleken dat er voor dergelijke zaken steeds begrotingswijzigingen noodzakelijk waren, We denken aan de bijen- tentoonstelling, festiviteiten van gilden, eventueel de boerendag enz. Mocht er aan het eind van het jaar een overschot zijn dan zou dat restant gereserveerd kunnen worden voor de aankoop van kunstwerken, die op de diverse pleinen en plantsoenen geplaatst zouden kunnen worden» De begroting op zich ziet er goed uit» Alleen zou het o,i, gemakkelijker werken als de bijlagen apart werden bijgeleverd. Het sou het opzoeken en terugzoeken vergemakkelijken. Daar de commissie financiën haarvwerk grondig verricht, zullen er nog maar weinig op- of aanmerkingen gemaakt worden. Het vaststellen van het investeringsplan zal dan ook zeker zo belangrijk zijn. Met het plan buitengebied zijn dit twee zeer belangrijke zaken die ons dit jaar nog te wachten staan. Vooruitlopend op de behandeling van het investeringsplan, kunnen we nu reeds stellen dat het verharden van de zandwegen, ontwatering van de Boven Mark en uitbreiding van het gasnet zaken zijn die een hoge prioriteit verdienen. In deze tijd is samenwerking met andere gemeenten een niet te missen schakel in het bestuurlijk vlak. Het Stadsgewest is daar een produkt van» We moeten er alleen voor zorgen dat zo'n instituut niet een geld- en papier- verslindend bedrijf wordt. Een pas op de plaats is dan ook o»i. een zeer redelijke wens, die gelukkig door vele andere plaatsen wordt gedeeld» Dat de toenadering van Etten-Leür en ook Oosterhout nieuwe problemen met zich mee zal brengen ligt voor de hand, We zullen er attent op moeten zijn, dat de lastenverzwaring ook een verbetering van het dienstenpakket tot gevolg heeft. Mijnheer de Voorzitter, Ik ben aan het eind gekomen van deze algenme beschouwingen. Wat het volgend jaar brengen gaat is voor iedereen nog een gesloten boek. Ik hoop dat we de laatste periode in dezelfde verstandhouding kunnen afmaken en dat we in de resterende tijd nog veel voor de Sijsbergse gemeenschap kunnen doen. Ds voorzitter beantwoordt de sprekers in eerste instantie. De heer Martens heeft gesteld dat hij over het algemeen geen grote problemen heeft met de voorliggende begrotingen. Dat betekent dat het college hiermede erg tevreden kan zijn. Ook de voorzitter heeft behoefte om de samenstellers en niet op de laatste plaats de afdeling financiën te danken voor het vele werk dat verricht moet worden om dit werk op tijd gereed te hebben. Het blijft een begroting. Er kunnen posten bij zijn die ondanks de kredietbewaking zullen overschrijden, andere posten zullen weer een overschot hebben. Alles uitgeven wat op de begroting staat .is riskant omdat men steeds bedachtmoet zijn op tegenvallers, zoals hoofdstuk IX sociale zaken. Het investeringsplan, dat in de volgende vergadering aan de orde komt, is naar het oordeel van de^ voorzitter belangrijker als beleidsvisie voor de toekomst dan een begrotingsbehandeling omdat in de begroting"diverse posten vooraf vastliggen» j^en investeringsplan getuigt van een bepaalde visie voor een bepaalde gemeente. Wat herbestratingen betreft kan de voorzitter opmerken, dat zowel voor het buitengebied als voor het gebied binnen de bebouwde kom een subsidieaanvrage bij de D.A.C.W. ligt9

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1977 | | pagina 97