- 2 - Inzake de notulen van de vergadering van 22 maart 1977 informeert de heer Martens naar de naam van de onderneming. De genotuleerde naam is toen niet genoemd, maar de naam "De Nationale Nederlanden"». De heer Vogels heeft als opmerking dat de naam ASMIspcrt wel bekend, was, maar niet het adres. Hij zou gaarne het adres geschrapt willen zien. De voorzitter antwoordt de heer Martens dat hij op zijn vraag zal antwoorden op de eerstvolgende besloten vergadering, daar het hier gaat om informatie van de besloten vergadering en aan de orde is de notulen van de openbare vergadering. Aan het gestelde door de heer Vogels zal worden voldaan. Vervolgens worden de notulen van de vergadering van 22 maart 1977 vastgesteld. INGEKOMEN STUKKEN EN MEDEDELINGEN. Het heeft de heer Vogels verbaasd, dat hij bij de stukken omtrent de goed keuring van de begroting heeft gelezen, dat gedeputeerde staten van oordeel zijn, dat geen vrijstelling Van betaling van onroerend-goedbelasting t.b.v. schoolgebouwen moet worden gegeven, terwijl daarbij eveneens is gevoegd de goedkeuring van het raadsvoorstel tot vrijstelling. Hij vraagt zich af hoe het nu moet. Het is hem ook opgevallen, dat gedeputeerde staten de mening zijn toegedaan dat de kosten hiervoor door het rijk worden vergoed, zodat de noodzaak tot ontheffing niet aanwezig is. De voorzitter antwoordt dat de schoolgebouwen wel in de belasting moeten worden opgenomen, maar dat daartegenover aan de scholen een compensatie hiervoor wordt toegekend. Daarnaast bestaat de mogelijkheid, dat de gemeente voor deze compensatie een vergoeding van het rijk ontvangt. De heer Goos heeft in de stukken gezien dat gedeputeerde staten alle lof hebben omtrent het investeringsplan, maar dat men het dekkingsplan mist. Dit is een voornaam plan. Dat moet ook eens gedegen bekeken worden. De voorzitter antwoordt hierop, dat financiering eveneens met het investerings plan is ingezonden. Het is door de raad vastgesteld. Vijf werken zijn er uitgehaald. Daarbij is de dekking aangegeven. Ieder jaar moet dit worden herzien over een tijd van vijf jaar. 5. AANWIJZING LID VAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN HET HOOGHEEMRAADSCHAP WEST BRABANT. De heer Kennis stelt dat het gebied van het waterschap De Boven Mark voor het overgrote deel ligt in de groep gemeenten, waarbij Rijsbergen is inge deeld, n.l. 22.000 ha. De waterschappen hebben eveneens hun voorkeur uit gesproken voor Mr. v.d. Weijden. Betrokkene is goed op de hoogte van de waterhuishouding. Hij stelt de heer v.d. Weijden als eerste canaidaat. De heer Martens vindt dat het milieu een belangrijk aspect is. Vandaar dat hij nr. 3, de heer Demmers uit Dongen wil voorstellen. Met deze canai daat komt men ook eens uit de burgemeesters-hoek. Hij vindt het niet wenselijk dat burgemeesters in dergelijke vergaderingen worden gekozen. De heer Goos steunt het voorstel van de heer Kennis.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1977 | | pagina 25