Tenslotte krijgt de heer Kennis het woord» De heer Kennis kan niet anders dan dank brengen aan onverschillig wie, die medegewerkt heeft tot het totstandkomen van deze begroting» Gezien de omstandigheden, waarbij bedoeld wordt de verbouwing en ver huizing, heb ik niets dan lof over dit werk. Ik. hoop dat de goede verstandhouding, welke er thans bestaat in het belang van -de gemeente, kan worden voortgezet. Ik wil niet verder in details, die zijn hedenavond al uitvoerig aan gehaald, wij weten allemaal wat er moet gebeuren in de gemeente, er is nog veel te doen. De financiën zijn in de regel niet toereikend, maar laat ons de ingeslagen weg voortgaan en proberen te realiseren datgene, wat met de aanwezige middelen mogelijk is» De voorzitter antwoordt de sprekers als volgt: Heren Martens en van den Bemd, Mijn dank voor de algemene beschouwingen» Vanzelfsprekend wil ik gaarne namens het college Uw dank overbrengen aan de ambtenaren die vaak onder moeilijke omstandigheden hebben moeten werken» Het verheugi ons dat U de aangeboden begroting in zijn algemeenheid wilt goedkeuren» De door U geconstateerde vergissing gaat niet helemaal ten koste van de post onvoorzien omdat ook enkele inkomstenposten, door de commissie van financiën geadviseerd, werden verhoogd. Vanzelfsprekend zullen wij het financiële beleid op de voet blijven volgen en U met ons neem ik aan® De kredietbewaking begint goed te functioneren en werpt reeds zijn vruchten af® Aan de kapitaalswerken zal, zoals bekend, in de vergadering van 16 de cember a.s. de nodige aandacht worden besteed. Wat de enquête van de C.A» in de dorpskom betreft kan ik het helaas niet met U eens zijn® Zoals reeds door U opgemerkt, werd het voorstel in de vergadering van "18 maart 1976 door het College teruggenomen in verband met de geringe belangstelling. Op Uw verzoek werd een aanvullend onderzoek gehouden. Doch ook toen was het aansluitingspercentage te gering® Uw opmerking betreffende Koutershof, sportvelden, verbouw gemeentehuis etc. is niet relevant omdat voornoemde werken werden of worden uitge voerd met forse subsidies. De aanleg van een C.A. is echter een rendabere investering dat wil zeggen dat het geheel kostendekkend moet zijn» Het is mij bekend dat momenteel vanuit het particulier initiatief stappen worden ondernomen om te komen tot het aansluiten van de gehele kom. Ik juich dit imtia.tief toe en zie met belangstelling uit naar het re sultaat De door IJ genoemde cijfers van een nabuurgemeente zullen kritisch worden bekeken op de mogelijkheden van toepassing voor onze gemeente» U kunt er van verzekerd zijn dat alles zal worden geprobeerd om de C.A. in de kom verwezenlijkt te krijgen.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1976 | | pagina 35