rr - 10 - er 2~z VOORSTEL TOT DELEGATIE AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VOOR HET NEMEN VAN verkeersmaatregelen binnen de bebouwde kom»_ np vieer van den Bemd stelt dat het reglement, waarover het voorstel spreekt niet bij de stukken ter inzage lag» Hij zou gaarne geïnformeerd worden omtrent de bepalingen in dat reglement» De heer Vogels is principieel tegen het delegeren van taken aan burgemeest en wethouders"welke bij de raad thuishoren, indien dit niet strikt nood- zakeliik is en geeft als voorbeeld, wat uit deze vergadering blijkt onder runt waar 'ook door burgemeester en wethouders zeer terecht een besluit is genomen, wat zeer noodzakelijk was en achteraf de goedkeuring van de raad is gevraagd» Hii ziet niet in waarom in dit geval dit ook niet zou kunnen» De neer Vogels verklaart zich tegen dit voorstel» De voorzitter geeft als antwoord op de heer van den Bemd, dat hij thans niet dë"be"schikking heeft over het reglement. De bepalingen, waarover het handelt houden bevoegdheden aan burgemeester en wethouders in om bepaalde'verkeersmaatregelen, zoals parkeer- en wachtverboden in te stellen pprrri ohtnffsve^keei* te bepalen enz© Met betrekking tot het gestelde door de heer Vogels antwoordt de voorzitter dat hii zich wel in de gedachtegang van hem kan verplaatsen. Maar het colleee kan niet verkeersmaatregelen nemen en achteraf de goedkeuring van de raad vr ten, Het is een besluit krachtens delegatie aan het college of een besluit van de raad.» De voorzitter stelt dat indien de raad de bevoegdheid aan zich wenst te houden, het college dit niet zal bestrijden. De raad besluit niet tót delegatie over te gaan. 2k. VASTSTELLING VOORBEREIDINGSBESLUIT "BEBOUWDE KOM ZUID-WEST". De heer van den Bemd wil eerst vernemen, alvorens dit voorstel te be- spreken," waar het dollege denkt na de voltooiing van het plan Hooiberg te gaan bouwen» De voorzitter ie van oordeel, dat het plan Hooiberg eerst over 15 jaar "1 n voltooid. Hij kan nu echt niet zeggen waar men dan de uitbouw van Hi sbergen El leggen. Niemand zal hierop een zinnig antwoord kun nen peven, omdat over een bepaald aantal jaren het beleid weer geheel anders kan zijn. De bedoeling is het gebied, waarover het voorstel spreekt, te voegen bij het buitengebied. De be°r van den Bemd vindt het vreemd dat men dit plan nu terugdraait. De voorzitter vindt dat men de juiste grenzen moet vaststellen. Het is een-afronding van het bestemmingsplan buitengebieo.. De heer Goos vraagt hoe men de kosten, gemaakt voor deze bestemmingsplan nen, uit de' begroting kan halen. De voorzitter stelt dat dit »n plan is van 1964 en dat alle kosten zijn betaald. Het voorbereidingsbesluit wordt vervolgens vastgesteld.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1976 | | pagina 12