voor slechts 10 percelen. Het is wel mogelijk maar niet doelmatig.
Dit is misschien voor deze personen een klein voordeel, maar om voor
deze 10 percelen aan administratie op te zetten is teveel eisend.
De heer Goos vindt het onredelijk dat de nieuwe percelen niet meer
worden belast, terwijl andere percelen vroeger wel werden belast.
Da voorzitter geeft varvolgens antwoord op de vragen van de heer
Heeren.
De gemeente heeft bewust gekozen voor de waarde in het economisch
verkeer. Spreker heeft in Brabant nog geen gemeente gevonden, welke
voor de oppervlakte-waarde heeft gekozen. De oppervlakte grondslag
is een ingewikkelde zaak. Het gaat niet individueel, zoals bij eco
nomische waarde, maar per groep. Br zijn 17 verschillende coderingen
om per groep te schatten. Dit is te ingewikkeld. De taxateurs zijn
er ook huiverig van.
De keuze is echter vrij. Indien in de toekomst blijkt dat het tegen
valt, kan de raad van de economische waarde overstappen naar de op-
pervlakte-waarde. Dit kan eens per vijf jaar. Het is echter wél mo
gelijk voor de aangeslagenen, die bezwaren hebben ingediend tegen de
aanslag, dit jaarlijks voor iedere aanslag te doen.
Overigens blijft de totale opbrengst gelijk. De gemeente gaat er
reëel toch wel op vooruit» Bij de invoering in 1976 krijgt de gemeen
te f 26.000,extra, welke nu naar het rijk van de te vervallen be
lastingen gaan (opcenten grond- en personele belastingen)»
De voorzitter is het eens met de heer Kennis, dat de in het concept
weergegeven maxima 12 en 15$ zijn.
voorzitter is het niet bekend hoe het in Engeland gaat, zoals door
de heer Jochems is gesteld. In Nederland is het de bedoeling dat de
gemeenten meer armslag krijgen»
De heer Jochems ziet het als een gevaar, dat in de toekomst bij hoge
re tarieven de ondernemers de kas van de gemeente zullen moeten spek
ken.
voo^zi'fcle*' is echter van mening dat voorlopig het door de heer
Jochems gesignaleerde gevaar in Nederland nog niet bestaat. Het over
grote deel van de gemeentelijke inkomsten bestaan uit de algemene
uitkering en de doeluitkeringen, welke de gemeente ontvangt via het
gemeentefonds. Slechts 10van de gemeentelijke inkomsten komen uit
de plaatselijke belastingen.
De heer Daemen stelt dat de eigen gemaakte kosten, zoals elementen
nota's ook geheel via de automatisering naar de rijksbelastingen kun
nen worden gazonden.
Voorts vraagt hij zich af of het belastbaar bedrag verminderd met de
rioolbelasting niet als grondslag voor de onroerend goedbelasting zou
kunnen worden gesteld.
De heer Kennis vraagt nog of de kosten van taxatie voor de aangesla
gene of voor rekening van de gemeente komen.
De voorzitter beaamt de stelling van de heer Daemen inzake de auto
matisering. Hij hoopt in de volgende vergadering de raad een pre-ad-
vies aan te bieden, waarbij de gemeente zal aansluiten bij de M.W.B.-
C.B.T.het computercentrum Breda-TiIburg. Dan zijn er inzake de on
roerend goedbelasting nog wel drie mogelijkheden. Maar in Apeldoorn