De voorzitter deelt mede dat de bedoeling isom de cantine te vergroten en het andere deel der woning te bestemmen voor de gebruikers der tennis banen. De eerste spreker acht de opbrengst voor de tennisbanen aan de hoge kant maar de voorzitter is van mening dat de exploitatieopzet ook moet uitkomen. De tijd zal uitwijzen of het bedrag goed is. Het lid van Kuijck vindt de subsidie voor de accordeonclub aan de lage kant. Naar de mening van de voorzitter is er geen verzoek om verhoging wat door de heer Heeren wordt tegengesprokenJuist voor de begrotingsvergadering 1972 is er een verzoek ingediend, maar was toen te laat voor dat jaar. Spreker heeft nog geïnformeerd ten gemeentehuize alwaar telefonisch v/erd medegedeeld dat het verzoek voor 1973 niet behoefde te worden herhaald, en dat met de aanvraag rekening zou worden gehouden. De voorzitter zal tijdig voor de volgende vergadering bezien of verhoging mogelijk is. Als men informeert bij andere gemeenten voor de fanfare moet men dit ook doorvoeren voor de accordeonclub, aldus de heer Heeren. Bij hoofdstuk IX deelt de heer Knijpers mede dat de commissie geprobeerd heeft inzicht te krijgen van de stand van zaken. Hij veronderstelt dat de inv/oners van Rijsbergen in goede doenjzijn of drempelvrees hebben. Hij ziet geen tendens in de verhoging der aantallen, behalve voor de W.W.V. dat naar zijn mening een groepsregeling is en met de werkloosheid op en neer gaat. Hij noemt enige getallen, doch twijfelt aan de juistheid der verstrekte inlichtingen. Vooral met het maatschappelijk werk (dat hij een ondoorzich tige instelling noemt) zijn naar zijn mening problemen en zitten er moeilijkheden. Hij noemt hoofdstuk IX overigens merendeel een kwestie van broekzak/ vestzak omdat het rijk toch het meeste terugbetaalt. Tenslotte vindt hij het een eigenaardige zaak dat er toch maar weinig in de uitkering zijn De voorzitter twijfelt aan het lijstje gezien de vele aanvragen in de laatste B en W vergadering. Hij twijfelt niet aan drempelvrees. Moeilijkheden met maatschappelijk werk zijn hem niet bekend en is gelukkig dat er niet veel komen. De voorzitter kan zich niet voorstellen dat Rijsbergen een uitschieter is. De heer Kennis is van mening dat de meeste mensen- en met name de zelfstandigen- zichzelf als enigszins mogelijk is trachten te redden. Hij kent personen die hier tijdelijk, wonen, uitkering genieten en daarna weer vertrekken. We moeten echt blij zijn dat er niet meer zijn, aldus spreker. Er zijn ook aanvragen welke worden afgewezen en die dus niet op het lijstje zijn vermeld, zo deelt de voorzitter mede. Wethouder Nooren deelt mededat het lijstje vermeldt het aantal dat in uitkering is, dus niet het aantal aanvragen. Spreker is het niet eens met de heer Kuijpers dat deze aan de aantallen racet twijfelen. Wethouder Nooren verwacht wel dat het aantal aanvragen belangrijk zal toenemen. Voor de heer Kuijpers blijft hoofdstuk IX overigens toch wel koffiedik zoals hij zegt. Bij hoofdstuk XI deelt de heer Kuijpers mede dat de gemeente moet waken dat de uitgavenkant voor de reinigingsdienst niet veel hoger moet worden dan de inkomstenzijde. Bekeken zal moeten worden of de prijs van de plastic-zakken kan worden verhoogd. In regionaal verband wordt steeds ge sproken over een gezamenlijke aanpak van de vuilverwerking. De heer Kuijpers verwacht zo spoedig mogelijk een nieuwe verordening op de vermakelijkheden- belasting. Er is in vele gemeenten een onbehagen over deze belasting, vooral als het gaat om ontheffing van belasting. De voorzitter verwacht in januari een ontwerp te kunnen aanbieden. De heer Kuijpers vraagt t.a.v. do subsidies om het landelijk collecteplan aan tehouden zo'üat in de toekomst deze kleine subsidie bedragen als sympathiebetuiging kunnen vervallen. De premie voor de verzekering tegen fraude blijkt op een vraag van de heer Kennis voldoende te zijn. Op de vraag van de voorzitter of de begroting rekening houdend met de gemaakte aanmerkingen en wijzigingen- kan worden vastgesteld, deelt de heer Kuijpers mede hiermede accoord te zijn Dnder voorbehoud van een onderzoek naar de vuilnisdienst en bedragen welke

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1972 | | pagina 73