A fcrvl- -5- bestemmingsplannen is hierover nog niet ingelicht. Het heeft hem verbaasd dat de een wel heeft uitgebreid en de ander niet. De voorzitter antwoordt hierop dat er bij de provincie geen bezwaren waren voor t Oekeltje mi s rekening werd gehouden met de pijpleiding. Anders staat het met de camping van de heer van Alphen. De raad heeft in oktober 1971 een voorbereidxngs- besluit genomen dat door burgemeester en wethouders is doorgezonden naar Den Bosch alwaar door de P.P.D. wordt geadviseerd. De heer van Alphen is later met de brief van de provincie bij de gemeente geweest waarin staat dat zijn verzoek om een exploitatievergunning is aangehouden, totdat het bestemmingsplan -is gewijzigd. Een telefonisch onderhoud tussen de voorzitter van de raad en de provinciale griffie heeft direct daarop geen verVolg gehad. Later ontving de heer van Alphen van de griffier der staten een schrijven met de mededeling niet afwijzend te staan tegenover de exploitatie der camping en dat van Alphen reeds voorbereidingen kon treffen om kampeerders te ont- vangen. De voorzitter heeft daarop een onderhoud gehad met de heer van oer Harten (lid van G.S.) met de vraag waarom de gemeente geen bericht krijgt en onder overlegging van afschriften der correspondentie van de provincie met de heer van Alphen. Op 17 juni j.l. kwam er een schrijven van de P.P.D. aan de gemeente met diverse bezwaren en het advies omnhet voorbereidingsbesluit niet verder in procedure te brengen. Bezwaren kunnen er pas worden ingediend door belang hebbenden als het ontwerp-bestemmingsplan ter inzage wordt gelegdEind juli ontving de heer van Alphen weer een brief van G.S. met de mededeling aa' ingevolge^irtikel 8 van de provinciale kampeerverordening een eenvoudige vergunning van burgemeester en wethouders het kamperen kan toelaten. Blijkens mededeling ter griffie bleek dit mogelijk voor hoogstens 2 x 24 uur en niet voor ongveer 400 caravans. De voorzitter peilt de mening van de raad om het ontwerp-bestemmingsplan in procedure te brengen. De heer Kuijpers vraag hoever het staat met dit plan waarop wethouder Rombouts mededeelt dat dit klaar ligt voor de procedure. Burgemeester en wethouders wachten evenwel op bericht uit Den Bosch als vervolg op het mondeling onderhoud. Daarna zal de commissie bestemminsplannen bij elkaar komen. De heer Kuijpers vraagt zich af waarom van Alphen geen caravans heeft geplaatst op/»Het zou niet juist zijn om op te treden tegenover van Alphen en 't Oekeltje laten rusten die ook zonder verdunning is verder gegaan. Destijds is afgesproken om de procedure gelijktijdig te laten beginnen. Besloten wordt dit thans te doen. De heer van Kuijck informeert naar straatverlichting bij 't Oekeltje. Blijkens mededeling van de voorzitter is dit onmogelijk wegens ontbreken van kabel. Het lid Goos vraagt waarom de opgemeten Oude Postbaan niet wordt voorzien van sloten, nu de scheidingonbekend is. Wethouder Nooren antwoordt dat nog steeds gewacht wordt op situatie-tekeningen welke van die straat bij het kadaster zijn aangevraagd. De heer Goos vraagt om invoering van een voorrangs kruising Ettenseweg-HellegatwegDe voorzitter deelt hierop mede, dat dit destijds door de provincie is afgewezen. Wel wil het gemeentebestuur waarschuwingsborden plaatsen. Zijn volgende vraag is of de archivaris reeds aandacht heeft besteed aan de misleidende straatnaamgeving bij Jacobs. Het verzoek is reeds aan de archivaris doorgegeven. De bewoners van de IJzermolenweg -aldus de heer Goos- hebben een brief geschreven over verharding. Wethouder Nooren antwoordt dat deze brief aan burgemeester en wethouders in het college is behandeld-. Nagegaan zal worden op welke manier verbetering mogelijk is. Tot slot van de rondvraag waarschuwt de heer Braspennincx het gemeentebestuur om voorzichting te zijn met Breda te gaan onderhandelen inzake de Galderse Meren. Breda belooft veel, maar komt winig na, naar de mening van dit raadslid. Niets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter deze vergadering met het gebed. Aldus vastgesteld in zijrLopenbare vergadering van 9 3 Kt 13/ DE RAAD VOORNOEM De Voorzitte/:

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1972 | | pagina 44