-5-
11. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het ruilen van grond met de heer!
P.Geerts, StBavostraat 93» alhier.
In het verleden zijn diverse pogingen ondernomen om met de heer Geerts on
tot een besluit te komen. Tot tevredenheid is thans opnieuw onderhandeld.
Er kan thans een goede hoekoplossing komen bij de Ettenseweg-B.W.Gommersstr
terwijl voldoende grond verkregen wordt voor de reconstructie van de
Ettenseweg. Ook de doorvoèn.ing van de Ettenseweg naar de parallelweg kan
daardoor plaats vinden.
De heer Kuijpers merkt op dat de zinsnede "alsmede de bij ruiling
algemeen geldende en gebruikelijke bepalingen en bedingen en voorts onder
de bijzondere welke burgemeester en wethouders nodig of nuttig oordelen"
zeer rekbaar is en vraagt om zoveel mogelijk de overeengekomen bepalingen
en bedingen op te nemen wat ook verhelderend kan werken bij Gedeputeerde
Staten en bij het opmaken der notariële akte.
Be voorzitter heeft begrip voor deze opmerking doch voegt daaraan toe
dat het bezwaarlijk is om al het besprokene met de heer Geerts in de
overeenkomst op te nemen. Er zal zoveel mogelijk worden gestreefd naar een
duidelijke redactie.
Be raad verklaart zich accoord met het voorstel en besluit dienovereen
komstig.
12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het vaststellen van vergoedingen
voor het gebruik van gemeentelijke sportaccomodaties
Met opzet is het verslag der commissie niet ter inzage gelegd omdat het
gevaar er zou zijn dat de raad niet als eerste zou kennis nemen van de
voorliggende cijfers, aldus de voorzitter, die vraagt om vrijheid inzake
het samenstellen der diverse overeenkomsten. Be heer Kuijpers is voor
vrijheid, doch hij gunt de voorzitter deze vrijheid niet gaarne. T.a.v. het
nieuwe sportpark stelt de heer Kuijpers voor het model van de voetbal
vereniging "Bavel" over te nemen.T.a.v. het oude sportpark kan worden
volstaan met eenvoudige bedingen terwijl voor de gymzaal reeds een overeen
komst bestaat, aldus de heer Kuijpers die voorts verzoekt om in de volgende
vergadering nadat deze overeenkomst gemaakt is, deze voor de raad ter
inzage wordt gelegd. De heer van Kuijck informeert wanneer de loketten op
het sportpark geplaatst worden. Be voorzitter kan hierop antwoorden dat deze
na het gereedkomen der verlichting zullen worden aangebracht.
De raad kan zich verenigen met het voorstel
13. Vaststelling vergoeding Lager Onderwijs Jongens-en Meisjesschool, g.l.o.
over 1970.
De heer Huijbregts ziet dat het bedrag per leerling 125,is en het
verwondert hem dat het schoolbestuur geen verzoek heeft gedaan om dit
bedrag te verhogen. In omliggende plaatsen is het hoger. We moeten met dit
bedrag bij blijven. De heer Kuijpers-als voorzitter van het schoolbestuur-
is zeer blij met de woorden van de heer Huijbregts. Hij zal bij de begroting
een bedrag kunnen lezen waarvan hij achterover slaat. Hij vervolgt dat het
hier gaat om toepassing van artikel 103 der Lager-onderwijswet 1920 waarin
is bepaald dat de raad de voorgestelde vergoeding dient vast te stellen.
Naar de mening van de voorzitter heeft de heer Huijbregts vermoedelijk niet
gelezen dat het hier gaat over 1970, want voor 1971 was het bedrag al hoger.
De raad besluit het ontwerpbesluit vast te stellen.