4. Kasgeldleerling. Burgemeester en wethouders stellen den
raad voor om de thans loopende kasgeldleening ad f 50 ooo.
welke op 30 April afloopt, met 3 maanden te verlengen. De
raad besluit hiertoe.
Tevens wordt deze gelegenheid benut om burgemeester en
wethouders te machtigen tot het opnemen van kasgeld tot
een maximum bedrag van f 50 000.- tegen een rentepercentage
van hoogstens 4%.
5. Rondvraag. Het lid H.Voeten brengt nogmaals ter sprake
de afwateringskwestie tusschen hem en Ch.Verschuuren. De
voorzitter meent dat het hier een zuiver privaatrechtelijke
kwestie betreft doch zegt toe zich hierover met Verschuuren
te zullen onderhouden.
Het lid J.v.Kuijck informeert naar den toestand betref
fende de voorgenomen verbetering der Konijnstraat en Lagestr
De voorzitter antwoordt hierop, dat over deze zaak met de
Heide hij reeds is onderhandeld doch dat er momenteel geen
werkloozen zijn om de noodzakelijke eerste verbeteringen in
werkverschaffing te kunnen aanbrengen zooals oorspronkelijk
de bedoeling was. Thans wordt getracht om dit werk door
van Gooi te Oosterhout geheel op kosten der gemeente te
laten uitvoeren. De onderhandelingen zijn hierover reeds
gaande.
Het lid C.Jochems brengt nog eens den weg naar het Helle
gat onder de aandacht en betoogt, dat het thans hoog tijd
wordt dat alles eens goed wordt schoongemaakt. Het hout
moet gekapt worden en eerst dan kan een afdoende verbetering
worden tot stand gebracht. De voorzitter zegt een en ander
toe.
6. Sluiting. Daarna niets meer aan de orde zijnde wordt
de vergadering door den voorzitter met het sluitingsgebed
besloten.
RIJSBERGEN, 25 April 1941.