- 6 -
De heer DE JONG zegt, dat de mening vari de raad lijnrecht tegenover die
van de stedebouwkundige staat. Van de andere kant deelt spreker de me
ning van burgemeester en wethouders, dat er niets meer aan te veranderen
is. Alle verdere pogingen zou spreker beschouwen als een gevecht tegen
de bierkaai met uitsluitend negatieve gevolgen. Men kan er z.i. maar be
ter in berusten, nu rijkswaterstaat en provinciale waterstaat tegen het
openhouden zijn.
De VOORZITTER zegt, dat dit ook het standpunt van burgemeester en wethou
ders is. Als de raad er echter op staat, kan er nog wel iets gebeuren.
De heer SCHAAFSMA zou in de eerste plaats willen weten, hoe de zaak for
meel ligt. Is er een afwijzing van de directeur-generaal van de rijkswa
terstaat? Kunnen we de mogelijkheden nog uitbuiten door. ons te wenden tot
de minister of tot een geïnteresseerd kamerlid? Voorts herinnert spreker
zich, dat de raad enkele maanden geleden een verordening heeft aangeno
men, waarvan naar hij meent juist de strekking was om gedepueerden als
van Dongen naar mogelijkheid een schadevergoeding toe te kennen.
De heer VOS zegt, dat. het pijnlijke is, dat alles hier legaal is ge
beurd. Rijkswaterstaat heeft alles ter visie gelegd en kan omwille van de
consequenties niet meer op de zaak terugkomen. Alle formaliteiten zijn
in acht genomen en de zaak is trouwens ook tweemaal in de raad geweest.
De heer SCHAAFSMA dacht, dat de verordening juist gold voor legale plan
nen, waaruit uitzonderlijke schade voortvloeide. Als dat inderdaad zo
is, ken van Dongen worden schadeloos gesteld. Van Dongen is pessimis
tisch gestemd; hij vreest, dat het afslaan naar de Heerma-van-Vossstraat
verboden zal worden. Als er een redelijke kans is, dat van Dongen schade
loos wordt gesteld, zou dat misschien een reden kunnen zijn om de ziens
wijze van de heer de Jong te volgen. Is dat niet zo, dan moet naar spre
kers mening al het mogelijke v/orden gedaan om de afsluiting geen door
gang te doen vinden.
De VOORZITTER zegt, dat het ook mogelijk is, van Dongen op een andere
wijze schadeloos te stellen; door hem een andere mooie vestigingsplaats
toe te wijzen. Overigens v/il spreker de verordening eens bekijken. De
afwijzende brief is ondertekend door de heer Wever, waarschijnlijk degene,
die rijksweg 17 aanlegt. De mogelijkheden voor de gemeente lijken wel
zeer zwak.
De heer RADEMAKERS merkt op, dat heel deze discussie in feite voortvloeit
uit het feit, dat we trachten, een fout te herstellen van de stedebouw
kundige, die een nieuwe invalsweg vanuit het westen heeft gemaakt.
De heer VOS zegt, dat de stedebouwkundige geen fout heeft gemaakt, maar
de raad; nl. door het uitbreidingsplan vast te stellen. In verscheidene
steden in Noord-Brabant is men aan het slopen. In onze gemeente kon echter
alles intact blijven. Overal komen nieuwe invalswegen. De tunnel had
vanuit de Wouwseweg nooit bereikt kunnen worden".
De VOORZITTER meent, dat niet van schuld van de raad kan worden gespro
ken, De raad wordt nogal eens bijwijze van verrassing voor een uitbrei
dingsplan gezet. Spreker zweeft het idee voor ogen, aan de voorbereiding-
van een uitbreidingsplan te laten meewerken door een commissie voor de
uitbreidingsplannen. De wethouder heeft gespeeld met de gedachte de com
missie van openbare werken hiervoor in te schakelen, maar dat zou niet
juist zijn. Het is beter, een commissie voor de uitbreidingsplannen te
creëren, die in het voorbereidende stadium al aan de totstandbrenging
van de uitbreidingsplannen meewerkt.
De heer BROOS vraagt enige verduidelijking omtrent de toekomstige situ
atie bij de tunnelingang.
Deze wordt gegeven door de heer VAN BERGEN, referendaris ter secretarie.
De VOORZITTER zegt toe, dat hij zal terugkomen op de kwestie van de com
missie voor de uitbreidingsplannen. Hij heeft daarvoor graag enig
- respijt -
- 7 -
respijt. Ten aanzien van punt 6 van de agenda ziet spreker geen heil in
een stemming. Hij wil de zaak v/el aanhouden en nog eens contact opnemen
met rijkswaterstaat, maar hij zal daarheen gaan met het idee, dat het
niet zal lukken. Overigens zal ten aanzien van van Dongen de mogelijkheid
tot toepassing van de schadevergoedingsverordening, c.q. de mogelijkheid
van een schadeloosstelling op andere wijze worden bezien.
7. ALSVOREN BETREFFENDE VOLDOENING VAN DE AANSLAG 1957 VAN HET "HOOGHEEM
RAADSCHAP DE BRABANTSE BANDIJK" (PRAE-ADVIES NO. 402).
De heer SCHAAFSMA gaat met het voorstel v/el accoord, maar hij v/il toch
erop wijzen, dat, als Breda ophoudt, ook wij gedupeerd zijn. En dit is
dus afhankelijk van de stemming in de gemeenteraad van Breda. Belastingen
worden overigens in het algemeen uiterst moeilijk terugbetaald.
De heer VOS, wethouder, zegt,dat het eerste dwangbevel aan Breda uit is.
Bergen op Zoom heeft al betaald. Spreker heeft aan de gemeentesecretaris
van Bergen op Zoom gevraagd, waarom Bergen op Zoom zo vlot betaalde,
waarop deze antwoordde, dat, nu Breda, aan het procederen is, het geen zin
heeft om een gelijke procedure als Breda aan te gaan.
De heer SCHAAFSMA merkt op, dat dit aan zijn standpunt niets verandert.
De heer VOS gelooft niet, dat Breda zal ophouden.
De VOORZITTER zegt, dat het standpunt van de heer Schaafsma toch juist
is. Het lijkt hem wel goed, dat we Breda nog op dit risico wijzen. 0Ok
al bestaat er op het ogenblik in Breda een zeer hardnekkige stemming.
Met deze aanvulling wordt het onderhavige voorstel zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
8, ALSVOREN TOT INSTELLING VAN EEN COMMISSIE VOOR DE STRAFVERORDENINGEN
(PRAE-ADVIES MO. 403).
De heer RAMPAART acht het wenselijk, dat in deze commissie mensen met des
kundige scholing zitting zullen hebben. Hij draagthiervoor de heren
Schaafsma en Braat voor.
Het heeft de VOORZITTER verbaasd, dat in Roosendaal nog geen dergelijke
commissie bestond. Zo moet er eigenlijk zijn. Spreker zelf is voorzitter,
maar hij is geen jurist; hij zal het daarom v/el pleizierig vinden, als er
vakmensen inkomen.
Hierna v/ordt overgegaan tot stemming.
Bij de eerste stemming blijken te zijn uitgebracht:
14 stemmen op de heer de Jong,
7 stemmen op de heer Braat en
1 stem op de heer Schaafsma.
De heer de Jong is benoemd. Hij verklaart desgevraagd, zijn benoeming
a„an te nemen.
Bij de tweede stemming blijken te zijn uitgebracht:
21 stemmen op de heer Braat en
1 stem op de heer Schaafsma.
Deheer Braat is benoemd. Hij verklaart desgevraagd, zijn benoeming aan
te nemen.
Bij de derde stemming blijken te zijn uitgebracht:
14 stemmen op de heer Noorman,
6 stemmen op de heer Schaafsma en
2 stemmen op de heer Goossens.
De heer Noorman is benoemd. Hij verklaart desgevraagd, zijn benoeming
aan te nemen.
- Bij -