188 Dames en heren, welkom vanavond bij - op de eerste plaats - de voortzetting van de vergadering van gisterenavond. Daar even naar terugkijkend moet ik u helaas melden dat de Wet van Murphy gisteren heeft toegeslagen, want het is om een of andere reden mislukt om een bandopname te maken. - Er wordt geroepen: "Dan doen we het opnieuw". - De VOORZITTER: Dat kan ook. Als u dan in steno wilt spreken dan is dat een stuk makkelijker. Nor maal gesproken neemt ook de Stadsomroep de uitzending op, maar die hadden een roefeldag giste ren en toen is het erbij ingeschoten. En zo zijn er nog een paar voorbeelden van waar we anders de tekst hadden kunnen vinden. Wij hebben gelukkig uw teksten op papier, als daar substantiële veran deringen in geweest zijn wilt u dat dan toch nog even melden - we gaan uit van niet - en we zullen de tekst van de collegebeantwoording zo goed mogelijk aan de hand van de gemaakte aantekeningen reconstrueren en u een zo goed mogelijk verslag straks voorleggen. Ik heb overigens de stille hoop dat er of nu iemand meeluistert, of u nog iemand kent die het wellicht opgenomen heeft. Hoewel er ook nog discussie is over de vraag: of het nou wel uitgezonden is, maar dat heeft weer te maken met het feit dat sommigen de radio nog op de oude zender hadden ingesteld staan. Dat hoort ook bij Murphy. Na al deze drama's, welkom bij deze voortzetting. We waren gebleven bij de tweede termijn van de bespreking van de Perspectiefnota. Het woord is aan de heer Van Steekelenburg. De heer VAN STEEKELENBURG: Mijnheer de voorzitter, dank u wel. Ik heb de tekst op papier, ik heb hem thuis nog op floppy en hij zit ook nog in mijn geheugen dus we kunnen ons nu geen enkele buil vallen. En die van gisteren ook nog. Dus jammer voor de discussie, maar die zit ook vast nog in de hoofden van eenieder die er gisterenavond aan heeft meegedaan. Daarom ook onze tweede termijn. Ik wil het college hartelijk dank zeggen namens de CDA-fractie voor zijn antwoorden in de eerste ter mijn en ik wil mede naar aanleiding van hun reacties op de ingediende moties en amendementen de zaak portefeuillegewijs behandelen. En ik weersta de verleiding om in te gaan op de bijdrage van de andere partijen aan de eerste termijn gisterenavond, voor zover dat verder gaat dan een stellingname over de door hen ingediende moties. Maar ik moet u nog wel eerlijk zeggen dat de nogal cynische en negatief getoonzette bijdrage van met name de Partij van de Arbeidsfractie in deze raad, bij ons ook op zijn minst verbazing heeft gewekt. In de commissievergaderingen waar ik de PvdA heb gehoord en ook in de commissievergaderingen waar mijn collega's de PvdA hebben gehoord, bemerkten wij een andere toonzetting. Wij zien dan ook met meer dan gewone belangstelling uit naar hun inhoudelijke inbreng en alternatieve oplossingen bij de beoordeling van de voorstellen in het verlengde van deze perspectiefnota. Dat moest ons toch nog even van het hart. Voorzitter, de wethouder van financiën is uitvoerig ingegaan op met name de extra stijging van de OZB en de Zalmsnip. En het zal u niet verba zen dat deze CDA-fractie het met deze CDA-wethouder in grote lijnen eens is. In de eerste termijn hebben wij reeds heel duidelijk aangegeven dat voor ons het principe van een financiering van die verhoging tot 100% van de kwijtscheldingsnorm, dat daarbij ons uitgangspunt is: de zwaarste lasten voor de sterkste schouders. En als deze kwijtschelding - de kosten daarvoor - hoger uitvallen dan de beoogde 2 ton, dan houdt onze solidariteit niet op bij 1%. Wij willen daar ook klip en klaar over zijn en wij hebben dan ook geen behoefte aan het amendement van de WD, ondersteund door de Vrije Lijst. Het amendement (8) van de Partij van de Arbeid over de Zalmsnip en het daarmee toch in lijn liggen de amendement (10) van POR/GroenLinks, dat zullen wij - en dat zal u niet verbazen - ook niet steu nen. Natuurlijk is die maatregel voor ons een hele lastige en we realiseren ons dat je het heel goed aan de burgers zult moeten uitleggen wat er met dat geld gebeurt. Maar een andere oplossing zonder dat je de belasting fors verhoogt of een gat van 3 miljoen schiet in je begroting, is voor ons nu niet te vinden. De motivatie daarvoor vindt u al in onze bijdrage aan de eerste termijn en ik wil daar dan nog voor alle duidelijkheid naar verwijzen. Wat betreft de portefeuille financiën dan nog amendement (12) van de SP. Ook dat lijkt ons geen logische keuze bij een doorzichtige en consequente opbouw van je tarieven voor OZB, afvalstoffenheffingen en rioolrecht. Dan moet je daarbij - wat ons betreft - hetzelfde principe hanteren. En het daarvan afwijken lijkt ons dan ook geen logische keuze. Tenslotte motie (1) die wij als CDA hebben ingediend, die is bij monde van de wethouder door het college overgenomen en hoeft wat ons betreft niet in stemming te komen. Al zou het interessant zijn te vernemen wat de oppositie van deze motie vindt. Maar dat mogen ze - wat mij betreft - in hun mondelinge tweede ter mijn zeggen. En hun steun zou ons absoluut niet verbazen. Ten aanzien van de portefeuille van de andere CDA-wethouder De Jaeger kan ik kort zijn. Zijn toezegging om voor het doelgroepenbeleid met name met intermediairs te werken juichen wij van harte toe. En ook allochtone intermediairs kunnen hier een prima rol vervullen. Zijn Wvg-opvattingen duidelijk weergegeven liggen ook in onze lijn. Wet houder Chamalaun heeft namens het bijna voltallige college duidelijk gemaakt hoe zij staat ten op zichte van het behoud. En ik zeg het heel zorgvuldig van het behoud van de ondersteuning, niet van 189 het godsdienstonderwijs, maar van de ondersteuning van het godsdienstonderwijs. Deze vorm van onderwijsbegeleiding is voor de CDA-fractie alleszins verdedigbaar. Het daarover ingediende WD- amendement (2) is voor ons echt een brug te ver en ook het amendement van de Vrije Lijst (6) en vanzelfsprekend ook de motie (7) van de Partij van de Arbeid daarover, daar hebben wij geen be hoefte aan. Als de discussie nog een keer gevoerd moet worden in de commissie, met alle plezier en dan uitvoeriger, maar ik denk dat onze uitgangspunten duidelijk zijn. Ten aanzien van de preventieve logopedie was de wethouder ook heel duidelijk. Haar toezegging om te onderzoeken of dit onder te brengen is bij het onderwijsachterstandenbeleid is voor ons een harde. En wij hopen dat ze daar dan ook op redelijke termijn met voorstellen zal komen. Kom ik aan de portefeuille van wethouder Jonkers. En dat heeft zich volledig toegespitst - behalve dan zijn blijheid met de toegezegde miljoenen en die blijheid delen wij wethouder, want dat is een blijheid die we allemaal hebben - politiek toegespitst op het openbaar vervoer. Uw bijdrage kwam er in onze oren in ieder geval op neer dat u het voorstel van de Roosendaalse Lijst (5) hieromtrent overneemt. We nemen aan dat dat dan ook niet meer in stem ming zal komen, omdat de wethouder het ook heeft overgenomen. De portefeuille van wethouder Hoogendoorn. Daarin is het alleen gegaan - in zijn bijdrage - over het POR/GroenLinks-amendement (9) voor de subsidie van Benegora. Voorzitter, wie is er nu tegen Benegora? Niemand toch? Wij niet, de wethouder natuurlijk ook niet, het POR/GroenLinks al helemaal niet en ik denk niemand in deze raad. Een amendement is echter wel een heel zwaar middel om een subsidie van 1.500,- veilig te stellen. Voor ons hoeft dat niet zo'n amendement, maar wij gaan er natuurlijk ook absoluut niet voor liggen. Dus het mag van ons ingediend worden. Ten slotte de portefeuille van de voorzitter van deze raad en daarin heeft u - als ik het goed heb begrepen - over de rekenkameronderzoek motie (4) van de Roosendaalse Lijst gezegd: ik laat die beslissing aan de raad en er komt in het jaar 2000 rondom de begroting de discussie over het rekenkameronderzoek. En wat ons betreft zouden wij op dat ogen blik een combinatie willen maken met alle onderzoeken die op dat ogenblik ongetwijfeld al gestart zijn, of van start gaan of lopen. Er is dan een prima combinatie te maken, ik denk dat ervaringen met het rekenkameronderzoek rondom het onderwijs en de decentralisatie van het onderwijs, dat die - heb ik begrepen - raadsbreed toch zijn gewaardeerd. En dat het nu vooral wat prematuur is om nu al te zeg gen we gaan dat maar een keer in de twee jaar doen. Ik stel voor om bij de discussie rondom de be groting daarover een besluit te nemen en een combinatie te maken. En dat impliceert dat we dus het amendement van de Roosendaals Lijst om het formeel nu al af te schaffen of in ieder geval het maar een keer per twee jaar te gaan doen, dat we dat niet zullen ondersteunen. Voorzitter, ik wil het hier in tweede termijn namens de CDA-fractie bij laten. Dank u wel. De VOORZITTER: Dank u. Het woord is aan de heer Teusink. De heer TEUSINK: Mijnheer de voorzitter, dank u wel. Wij streven toch naar een hele korte tweede termijn. Zoals we al in de eerste termijn hebben betoogd blijft de WD van mening, dat de behandeling van P2000 in tijd erg is samengedrukt en op het moment van presentatie niet erg gelukkig was. En dat heeft niets met leestijd te maken, wel hoe je met zo'n takenonderzoek omgaat. Wij wijzen nog maar eens op het tijdtraject van de taakgroep van de vorige kerntakendiscussie. Hoe wij daar als WD ver der mee omgaan hebben wij u gisteren gezegd. En daar laat ik dat voor dit moment bij. Betreffend een aantal maatregelen van technische aard, maakt u bezwaar tegen de onder andere door onze fractie gebruikte term "boekhouden". Het zijn echter wel voor een belangrijk deel degelijke maatregelen van administratieve aard, voorzitter, die gedeponeerd zijn. En die maatregelen vergen naar ons idee niet zo heel veel inspanning in vergelijking met andere. De 1% maatregel OZB en kwijtschelding, minima beleid. De WD handhaaft haar amendement, waar u aanvankelijk ook 1% voldoende vond. En met die discussie komt u dus nog terug naar de commissie. De toezegging hadden wij al van u tijdens de commissiebehandelingen en graag zeggen wij, wij krijgen nog te beoordelen wie onder de regeling valt is toen in die commissie aan ons gezegd. We hebben gisteren ook wat vragen gesteld en die kunnen dan ook aan de orde komen en uiteraard speelt daarbij ook mee hoe de betalingscapaciteit moet worden berekend. Welke mogelijkheden heeft de gemeente wel en welke heeft ze niet, maar ook de samenhang tussen bijvoorbeeld kwijtscheldingsbeleid en bijzondere bijstand. Dus graag terug die discussie. De tariefdifferentiatie. Onze visie daarover is gisteren helder uiteengezet vinden wij. Kan het eigenlijk wel, vroegen wij u? Ja, zei u toen, dat kan. Maar onze zorg is, dat er procedures lopen tegen de manier waarop en het principe van. Is dat zo vragen wij? En we gaan er vanuit dat u ook dat mee neemt in de komende discussie. Roosendaal is de sterkste zakenstad. Vonden ook wij. En toen zei u ja, dat is niet de verdienste van het college. Dat klopt. Maar de gemeente bepaalt wel op vele terrei nen beleid. Beleid waarop andere bedrijven hun vestigingsbereidheid baseren. En dat gaat gelukkig in Roosendaal erg goed. Maar het OZB-beleid is zo'n factor in de vestigingsbereidheid. Ook de infra structuur van bedrijventerreinen is zo'n factor. Dus ga daar vooral zorgvuldig mee om, dat is de zorg

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1999 | | pagina 98