10
wat er dan na komt en daarom toch nog - wat mij betreft - een paar kernpunten hier naar voren bren
gen en dat is de paragraaf "armoedebestrijding". Wij vinden dat een gemiste kans. We vinden het een
hartstikke goed plan. We kunnen daar echt 1999 zonder blikken of blozen mee in, maar er zit - wat de
Partij van de Arbeid-fractie betreft - echt wel een smetje op. En dat is dat er geen recht is gedaan aan
de vele discussies die in de commissie SAS - maar ook wel hier in de raad - hebben plaatsgevonden.
De armoedeparagraaf vinden wij onderontwikkeld. Er staan overigens wel een aantal aanzetten in,
maar de Partij van de Arbeidfractie mist echt drie kernpunten: de 100% kwijtschelding, de participatie
van de betrokken mensen en de beleidsmiddelen die er wel degelijk zijn. Zo heeft ons overigens pas
een bezoek van onze Tweede Kamerfractie van de PvdA geleerd - die ook in Roosendaal nog niet
allemaal benut worden - om daar nog eens goed naar te kijken en daar creatief mee om te gaan. Dan
begrijpen we dat dit, met name de participatie betreft van de betreffende personen en die optimale
benutting van de beleidsmiddelen. Daar willen we best met u verder dit jaar over discussiëren. Maar
we hadden het zo aardig gevonden - omdat dit eigenlijk zo'n goede nota is - dat u ook gewoon al aan
gegeven had, om er komend jaar eens extra aandacht aan te besteden. En de 100% kwijtschelding, u
hebt het gehoord in de motie, die wij gezamenlijk ingediend hebben met de SP en POR/GroenLinks-
fractie, want én in de commissie én in deze raad - maar vooral afgelopen commissievergadering -
drong de Vrije Lijst er bij het college op aan om nu eindelijk toch eens te komen met 100%. Wanneer
komen er toch eens initiatieven van u? Het CDA had er wel oren naar en wacht initiatieven af. Hier ligt
dus het initiatief. Ik nodig u graag uit om dadelijk bij de stemming dat als zodanig ook kenbaar te ma
ken. Dank u wel.
De VOORZITTER: Het woord is aan de heer Verschuren.
De heer VERSCHUREN: Voorzitter, met het nu voorliggende "Beleidsplan Abw 1999, met het oog op
de toekomst!" voldoen wij aan onze wettelijke verplichting. Dit beleidsplan is een vertaling van het
lopende verbetertraject binnen de Sociale Dienst en de reeds bestaande actuele beleidsplannen, wel-
ke door deze raad zijn vastgesteld. Het levert ons een heleboel Kerngetallen op waaraan we later
kunnen toetsen of de Sociale Dienst inderdaad datgene doet waarvoor wij de beleidskaders hebben
uitgezet. Dat is heel positief. Wij steunen dan ook het voorstel. Nieuw beleid staat niet in deze be
leidsnota en mag misschien nu ook niet verwacht worden gezien de ontwikkelingen zoals die bij de
Sociale Dienst plaatsvonden en plaatsvinden. Dat is jammer. Stilstand is een zekere achteruitgang,
zeker voor de mensen die uit moeten komen met een minimum inkomen. POR/GroenLinks heeft de
afgelopen jaren meermalen geprobeerd impulsen te geven aan nieuw beleid. Bijvoorbeeld, ons voor
stel om te proberen voor cliënten van de Sociale Dienst collectief een aanvullende ziektekostenverze
kering af te sluiten. In het land wordt bewezen dat dat goed werkt. Onze inspanningen voor een rege
ling van de duurzame gebruiksgoederen zijn bekend en was ook gedeeltelijk gerealiseerd. Nu willen
wij dan inderdaad nadrukkelijk stilstaan bij de inspanningen om te komen tot een 100%-norm voor
kwijtschelding van de gemeentelijke belastingen. Meerdere malen is dat reeds in deze raad gepro
beerd, maar in de laatste vergadering van de commissie SAS maakte de meeste commissieleden
kenbaar inmiddels voor een 100%-norm te zijn. Wij hopen en verwachten dat dit niet alleen met de
mond wordt beleden en dat de motie - die vandaag mede door ons wordt ingediend - raadsbreed ge
steund wordt.
De VOORZITTER: Het woord is aan wethouder De Jaeger.
De heer DE JAEGER, wethouder: Mijnheer de voorzitter, ik moet heel voorzichtig zijn, als ik mijnheer
Van Antwerpen goed beluisterd heb. Ik ben toch uitermate content met de instemming van de raad en
met de kwaliteit die deze nota uitstraalt. Dat is toch een compliment, niet zozeer naar mij persoonlijk
maar meer naar de organisatie die dat gewoon voor elkaar gekregen heeft - de schrijver met zijn me
dewerkers - en ik denk toch dat dat in ieder geval een heel belangrijk signaal is. Zeker ook als we
kijken welk verlengde het heeft, waar het zal moeten plaatsvinden, dus in die zin, dank voor uw in
stemming. Dat zal zeer zeker ook bij de sector in goede aarde vallen. Al het andere hebben we toch
uitvoerig met elkaar in de commissie besproken en zeker waar uw ongeduld wordt gemeld met be
trekking tot de armoedebestrijding. De kwalificatie van een gemiste kans of ik had misschien wel wat
meer verwacht, die kan ik op zichzelf wel begrijpen, maar u weet dat wij ten aanzien van het armoe
debeleid met elkaar nog een discussie te gaan hebben. Dat is u ook toegezegd in het kader van het
verlengde van de minimamonitor. Dus wat dat betreft voel ik me niet zo erg aangesproken - wel aan
gespoord - om daar mee te komen, laten we helder en duidelijk zijn. Wat betreft de 100% kwijtschel
dingsnorm, zou ik bijna zeggen: die voel je op je sokken aankomen, want daar zijn we al zolang met
elkaar over aan het praten en daar zijn nadrukkelijk bewegingen in als het gaat om het anders denken
ggkd de wijziging van "kerngetallen" in "kengetallen"
li
daarover. Maar ik kan hier - vanaf deze collegetafel - natuurlijk op dit moment niet direct reageren als
het gaat over hoe het college over die motie denkt. Dan zou ik toch graag een korte schorsing willen
hebben, om even met elkaar te kunnen beraadslagen, zodat u in de tweede termijn daar fatsoenlijk
mee om kunt gaan. Wat het overige betreft denk ik toch dat het in de etalage zetten betreft van onze
mogelijkheden. U hebt in de nota ook kunnen waarnemen dat we daar de komende tijd nadrukkelijk
mee aan de gang gaan. Suggesties uwerzijds of je via Stadserf of anderszins via gerichte mailing naar
cliëntengroepen toe de mensen wilt bereiken, zullen zeker worden geïntensiveerd en daar zullen we
met de commissie ook nadrukkelijk over praten en zal ook zeer zeker worden betrokken bij het verder
intensiveren van het armoedebestrijdingbeleid. Dan zeg ik toch tegen mijnheer Polderman, die zegt
het een hartstikke mooie nota - u doet zichzelf eigenlijk een beetje tekort als ik kijk naar de ambities
die daar in worden opgesomd - maar ik denk toch, gezien de ervaringen van de afgelopen jaren en
het hele traject dat we met elkaar hebben afgelegd en tot waar we nu gekomen zijn, waar uw commis
sie ook uitvoerig over gesproken heeft, dat het goed is om inderdaad haalbare doelstellingen met el
kaar te formuleren en daar met gepaste terughoudendheid ook naar te kijken en te zorgen dat we die
doelstelling ook halen. Ik denk dat mijnheer Hermans dat terecht heeft gezegd, wat we opschrijven dat
moeten we ook doen en ook goed gaan doen. Ik denk dat daar de komende tijd de forse inspanningen
op moeten blijven gaan en ook druk op de ketel moet blijven, om daar de kwaliteitsslag te blijven ha
len. Wat ons betreft - ook wat het college heeft aangegeven - is toch dat de beleidsnota die nu op tafel
ligt, toch een document is met een hoog kwaliteitsgehalte. In ieder geval een goed stuk waar de ko
mende jaren de afdeling ook op kan voortborduren. Er liggen een aantal goede uitgangspunten, goe
de bouwstenen en ik denk dat het goed is om het proces wat dat betreft met de commissie en de raad
ook goed te volgen en wat dat betreft elk jaar proberen, de lat weer een stukje hoger te leggen. Al
moeten we daar wel goed realiseren dat het ook moet kunnen binnen de mate van het mogelijke. Ik
blijf toch ook in dit verband weer stellen dat daar, waar wij als gemeente de lokale vrijheid hebben om
een stukje eigen beleid in te vullen, uiteraard ook weer afhankelijk blijven van het landelijk beleid. Er
zijn ontzettend veel bewegingen op dit terrein. Hoe daar de komende tijd mee omgesprongen moet
worden, welke intensiveringen er wel of niet zullen plaatsvinden, hoe bepaalde taken en verantwoor
delijkheden van de afdeling moeten worden gepositioneerd, moet dat binnen of buiten de Sociale
Dienst, dat geeft nogal wat onrust. Niet alleen voor de medewerkers, maar ook voor degenen die daar
vanuit andere hoofde bij betrokken zijn. Dus wat dat betreft moeten we ook de stapjes die we zetten
binnen het Algemeen Bijstandsbeleid ook heel weloverwogen, maar wel groot genoeg zetten. Ik denk
dat het erg belangrijk is om dan goed in de gaten te blijven houden. Ik wil nog even terug komen op
mijnheer Polderman, die zegt: klantvriendelijk en als u dan kijkt wat u in feite gaat doen, dat staat toch
een beetje op gespannen voet, laat ik voorzichtig formuleren. Van twee dingen één, ik denk dat wij
nadrukkelijk proberen toch richting onze cliëntengroepen en onze klanten - om het zomaar te noemen
- hen zo goed mogelijk te helpen en behulpzaam te zijn om te komen tot een uitkeringssituatie waar zij
gewoon recht op hebben. Daar moeten we ook niet te moeilijk over doen, maar aan de andere kant
moeten we ook zorgen dat er inderdaad voldoende informatie wordt aangedragen op grond waarvan
we dat ook kunnen beoordelen. U moet niet vergeten, dat wij ook nog steeds worden gecontroleerd -
en terecht. Er zijn spelregels voor bepaald, er zijn voorschriften die we na moeten komen en ik denk
dat we in ieder geval moeten pogen aan de voorkant - dat is ook het uitgangspunt geweest van een
aantal jaren geleden - om de zogenaamde poortwachterfunctie ook goed in te vullen. Maar ook op een
zodanige manier dat het ook voor de cliënt zelf inzichtelijk is. Je moet een aantal zaken gewoon aan
reiken op grond waarvan een aantal zaken ook goed beoordeeld kan worden. Rechtmatig, maar wel
doelmatig en als u een beetje terugdenkt aan uw eigen initiatief in de tijd rondom het bekende giroglu-
ren, dat is in ieder geval niet de bedoeling. Maar men moet nog steeds wel kunnen aantonen dat men
qua inkomsten en uitgaven toch zodanig heeft gefunctioneerd de afgelopen tijd, dat daar geen gekke
dingen hebben plaatsgevonden. Dat is iets anders dan wat indertijd heeft plaatsgevonden dan het
girogluren met betrekking tot het kopiëren van allerlei bewijsstukken. Daar hebben we duidelijke af
spraken over en dat mag dus ook niet meer gebeuren. Het beleid van Sociale Zaken is er nog steeds
op gericht om mensen die er recht op hebben te ondersteunen en te helpen bij datgene wat zij nodig
hebben om inderdaad zo snel mogelijk weer zelfstandig te kunnen functioneren en zeker waar het
gaat om onze inspanning rondom het non-verbruik. De komende tijd zullen we daar inderdaad nog
fors op blijven investeren, maar u kent ook daar weer het spanningsveld. Enerzijds actief naar buiten
toe treden betekent aan de ander kant ook dat je daar een forse instroom krijgt, hetzij dan inderdaad
ook echt zo. Voorzitter, ten aanzien van de motie die dus ingediend is door mijnheer Polderman na
mens de Partij van de Arbeid, de SP en POR/GroenLinks, lijkt het mij verstandig om nu even te schor
sen zodat we even met elkaar kunnen praten over de motie, hoe we daarmee omgaan als college.
De VOORZITTER: Dan schors ik de vergadering voor luttele minuten.
6/<'