147 Maar het is helemaal geen buitengebied, althans, als je een beetje internationaal wilt denken. Het zijn woningen die tegen de bebouwde kom van Essen liggen. De normen en bedragen die je aan deze bewoners moet vragen, moeten volgens de SP dan ook de normen en bijdragen zijn die gelden voor bebouwd gebied. Voorzitter, over twee weken hebben we Europese verkiezingen. Als we iets simpels als dit niet met elkaar adequaat kunnen oplossen, dan heb ik een zwaar hoofd in die Europese sa menwerking. Of moet ik het juist zien als illustratief voor een ongelimiteerde bureaucratie en smeer gelden e.d. die met de Europese politiek verbonden schijnen? Dat zou dan toch wel erg letterlijke "ri- oolpolitiek" worden. Voorzitter, ik heb uit de stukken sterk de indruk gekregen, dat onze Belgische vrienden hier een aardig slaatje uit proberen te slaan. Via ambtelijk overleg hebt u dat wel een beetje kunnen indempen, maar naar mijn idee nog volstrekt onvoldoende. Ik vind het al met al een veel te dure oplossing voor de betrokken bewoners. En de suggestie dat, als ze niet vrijwillig hun bijdragen willen betalen, dat het dan via baatbelasting opgelost moet worden, vraag ik me af of dat juridisch een haalbare zaak wordt. Want ik denk dat als bewoners dat aan gaan vechten - en ik zou ze dat zeker adviseren - dat we dan als gemeente aan het kortste eind kunnen trekken. Dan zal de gemeenschap het op moeten hoesten. Daarom is mijn voorstel, "gaat u terug naar het gemeentebestuur van Essen en probeert u nog eens opnieuw over de prijs te onderhandelen en te praten". De aansluiting op zich, dat vind ik natuurlijk een goede zaak, maar de financiering die u daar bij voorstelt, absoluut niet. De VOORZITTER: Het woord is aan wethouder Jonkers. De heer JONKERS, wethouder: Mijnheer de voorzitter, dank u wel. Ik heb in de commissie ook al getracht om mijnheer Polderman van de SP - ik zeg dat uitdrukkelijk "SP" - te overtuigen... - De heer POLDERMAN: Mijnheer de voorzitter, waarom uitdrukkelijk? - De heer JONKERS, wethouder: Mijnheer de voorzitter, omdat u van de Socialistische Partij bent en dat u tegen de milieumaatregelen bent die wij willen gaan nemen. Ik was even verbaasd. - De heer POLDERMAN: Mijnheer de voorzitter, ik heb uitdrukkelijk gezegd dat ik de aansluiting op zich een goede oplossing vind, alleen uw financiering deugt gewoon niet. - De heer JONKERS, wethouder: Mijnheer de voorzitter, ik vind het te moeilijk om die woningen te ver plaatsen om ze daardoor verder van de grens te krijgen. Ik denk dat wij daar gewoon riolering aan moeten leggen. Ik wil nog iets over het buitengebied zeggen. In het GRP bij buitengebied staat: "te vens die woningen die 40 meter afgelegen zijn van de bestaande rioleringen". - De heer POLDERMAN: Mijnheer de voorzitter, dat zijn ze dus niet. Dat is juist het hele punt. - De heer JONKERS, wethouder: Maar mijnheer Polderman, de gemeente Essen heeft daar riolering liggen. Op die grens liggen woningen in een kom van 40 meter. Wanneer daar riolering komt, komt de volgende 40 meter weer aan de beurt. Zo komen wij aan die 14 woningen. Ik dacht eigenlijk - en zo heb ik het ook van de andere commissieleden begrepen - dat het toch een goede zaak was. U praat over het ambtelijk overleg, maar het overleg is ontstaan door het regulier overleg, dat de colleges van Roosendaal en Essen met elkaar hadden. Ik was er echt blij mee dat dan kon, want ik zou van u - terecht - wat verwacht hebben wanneer wij dat niet zouden doen. Veronderstel dat wij dat niet met Rucphen doen, veronderstel dat wij dat niet met Bergen op Zoom doen, veronderstel dat wij dat niet met Steenbergen doen, dan zou u terecht een vinger op kunnen wijzen en zeggen van, "waar bent u mee bezig, want stem het op elkaar af'. Gelukkig kan het ook internationaal en daarom ben ik blij dat wij - bij het overleg met de colleges - besloten hebben om dit samenwerkingsverband aan te gaan. Als u zegt dat de Belgen de kous op de kop trekken en maar wat doen, dan weet u dat wij dat in het voor stel hebben voorgerekend, wat het zou kosten als wij daar riolering aan moeten leggen. Wij zijn door te onderhandelen tot de basis gekomen, dat het voor beide partijen aanvaardbaar was. Ja, compro missen afsluiten, dat is altijd naar elkaar toe praten en kijken of dat beide partijen daar redelijk tevre den mee zijn. En dan de knoop doorhakken en dat hebben wij gedaan. De VOORZITTER: Wenst iemand in tweede instantie het woord? Het woord is aan de heer Polder man. De heer POLDERMAN: Mijnheer de voorzitter, voor zover ik het verhaal van de wethouder kon volgen heeft hij mij helaas niet kunnen overtuigen. Dus ik blijf bij mijn tegenstem. 148 De VOORZITTER: Mag ik dan constateren dat de raad instemt en dat de heer Polderman geacht wil worden tegengestemd te hebben? Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen (zie het besluit tot 32e wijziging van de gemeentebegroting van het dienstjaar 1999). - De heer Polderman van de SP-fractie wenst de aantekening dat hij geacht wil worden tegen dit voor stel te hebben gestemd. - 8.a Voorstel nr. 79: Vaststelling bestemminsplan "Recreatiepark De Stok-fase 1". De VOORZITTER: Wie wenst daarover het woord? Achtereenvolgens wensen de dames Buisman en Henken het woord. Het woord is aan mevrouw Buisman. Mevrouw BUISMAN: Voorzitter, de hoofddoelstelling voor dit bestemmingsplan heeft u als volgt ge formuleerd: "het realiseren van een recreatieve en ecologische geleidingszone, langs de westzijde van Roosendaal". Kennelijk verstaat de POR/GroenLinks-fractie iets heel anders onder deze formulering. Wat we zien is dat een ecologische verbindingszone verloren is gegaan. Verder kunnen vrijstellingen leiden tot het vergroten van percelen, die van tevoren niet afgesproken zijn. En dan hebben we het nog niet over - misschien - de spoorplannen. Die spoorlijn met gevaarlijke stoffenvervoer? Al deze plannen nemen geen keer. Ondertussen is het ontwerpbestemmingsplan nog niet in een procedure gebracht. Wanneer is het zover, vragen wij ons af. Kortom de POR/GroenLinks is tegen dit voorstel. Dank u wel. De VOORZITTER: Dank u. Het woord is aan mevrouw Henken. Mevrouw HENKEN: Mijnheer de voorzitter, ik kan u namens de CDA-fractie zeggen dat wij akkoord gaan met dit bestemmingsplan. Wij hebben het zeker gewaardeerd dat u de inspraakprocedure hele maal heeft afgelopen en alle burgers van Roosendaal de kans heeft gegeven om te zeggen over dit recreatieplan, wat zij nodig achten. Als wij dat hele verhaal bekijken dan kunnen wij toch wel stellen dat Roosendaal heel erg blij is met de ontwikkelingen die aan de westzijde van onze stad plaatsvin den. Wij hebben in de commissie voor Financiën - met name - toch nog wel even gekeken naar de financiële onderbouwing van het hele plan en wij hebben daarmee op dat moment gewezen op de mogelijke risico's die er in zouden kunnen sluipen. Er zijn hele grote bedragen mee gemoeid. Gelukkig - als we het totaalplaatje zien - dan moeten we vaststellen dat dat uiteindelijk zal leiden tot een positief saldo. Overigens waarderen wij het dat er bij een bestemmingsplan zo'n uitgebreid exploitatieplan ligt, dat is in het verleden wel eens anders geweest. Maar in dit geval is dat zo. Dat risico zal met name naar voren komen, wanneer er teveel uitgaven worden gedaan, in relatie tot het inkomstenpatroon. Vandaar dat wij het van een heel groot belang vinden om alleen maar uitgaven te doen, als ze inder daad gedekt worden door inkomsten. Althans, wanneer dat in termijnen - in de tijd gezet - redelijk lijkt. Wij zijn in de commissie geïnformeerd, over de concrete initiatieven - want daar gaat het natuurlijk om - om zodoende te kunnen peilen, of wij met een haalbaar verhaal bezig zijn en dat zijn we. Daar zijn we zeker tevreden over. Dat was het, we gaan dus akkoord met uw plan. De VOORZITTER: Dank u. Het woord is aan wethouder Hoogendoorn. De heer HOOGENDOORN, wethouder: Mijnheer de voorzitter, dank u. Mevrouw Buisman, u stelt de vraag of de procedure wel helemaal is afgelopen. Wij stellen vanavond een bestemmingsplan vast, dus wij zitten echt in het kader van de totale procedure in een eindfase. Mevrouw Henken heeft in feite ook al verteld, dat de procedure heel zorgvuldig is gevolgd en we zijn nu op het moment dat we het gaan vaststellen. Dat betekent dat hierna het college van Gedeputeerde Staten zijn goedkeuring nog moet geven. Daar gaat misschien een maand of vijf overheen. Ik weet het niet, misschien korter. Dan wordt het nog eens een keer ter visie gelegd en dan gaat het in werking. Zo zal het lopen, dat is de uiteindelijke afloop van de procedure. Uw opmerkingen over de recreatie en de ecologische verbin dingszone die daar kapot zou gaan, daar krijgt u een eindje verderop in onze agenda, het voorstel om - met name - in dat gebied een behoorlijke investering te gaan doen op het gebied van een ecologi sche verbindingszone en nieuwe natuur. Dus ik denk dat die opmerking misschien een beetje voorba rig is. U zult straks wellicht helemaal tevreden zijn als we dat voorstel aan de orde krijgen. Ik vind dus dat we een behoorlijke goede impuls gaan geven aan nieuwe natuur daar en die ecologische verbin-

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1999 | | pagina 77