94 de zin toegevoegd; "wij stellen u voor om met ingang van 2002, de beoogde bezuiniging in de meerja renraming op te nemen". Dat stond in het voorstel - wat in de commissie aan de orde was - niet opge nomen. Onze vraag is dan ook, waarom doet u dat? Als het al uw opvatting is, waarom komt dat dan zo sneaky in dit voorstel terecht? Waarom is daar niet over gecommuniceerd met de commissie? Tot in het weekeinde kregen wij gewijzigde raadsvoorstellen binnen, maar dit is niet eens als gewijzigd voorstel ingediend. U begrijpt dat POR/GroenLinks dringend antwoord op juist deze vragen wil. Dat heeft niets meer te maken met het Stads- of Streekgewest, dat is gewoon gemeentelijk beleid, althans daarvoor wilt u het laten doorgaan. Maar wat onze fractie betreft, is het zover zeker nog niet. Graag dus eerst wat antwoorden. De VOORZITTER: Dank u. Het woord is aan de heer Verbraak. De heer VERBRAAK: Mijnheer de voorzitter, de CDA-fractie stemt op hoofdlijnen in met de fusie van GGD-en Stads- en Streekgewest. Wij verwachten op termijn van deze fusie zeker een kwaliteitsslag en ook het dienstverleningstakenpakket daar verwachten wij wel het één en ander van. Op termijn zou dan ook nog voordeel ontstaan, genoeg argumenten om de fusie te ondersteunen. Wat wij in ieder geval wel hopen is dat de dienstverlening op locatie - en dan met name de jeugdgezondheidszorg - blijft bestaan. Dat heeft wat ons betreft een hoge prioriteit. Van de commissie voor Volksgezondheid van het Streekgewest en van de wethouder in de commissie hebben wij begrepen dat de perikelen rondom de huisvesting van het hoofdkantoor - de 90.000,- die daarvoor genoemd zijn - dat die in ieder geval voor de gemeenten geen hogere bijdragen op zouden leveren, zodat dat in ieder geval gewaarborgd is. Toen ik vanavond vluchtig de notulen van de commissievergadering doorlas, zag ik dat daar toch een slag om de arm wordt gehouden. Ik zou toch graag van de wethouder daar nog eens het standpunt over horen. Dank u wel. De VOORZITTER: Het woord is aan wethouder Chamalaun. Mevrouw CHAMALAUN, wethouder: Mijnheer de voorzitter, de volgende stap in de fusie van het Streek- en Stadsgewest wat de GGD betreft. Een zorgvuldig voorbereid proces, waar u ook allemaal deelgenoot van bent gemaakt. Regelmatig door uitnodiging van de interim-directeur van de GGD van het Streekgewest. Ook door een voorlichtingsavond dus - wat dat betreft - heeft u zich aardig op de hoogte kunnen stellen. Een fusie die van groot belang is voor alle taken die momenteel toch ook bij de GGD op het bordje komen. Allemaal in het kader van de wet op de volksgezondheid - preventieve volksgezondheid met name. U ziet dat er in ieder geval in deze productbegroting staat dat het uitein delijk goedkoper gaat worden voor de gemeenten in het Streekgewest, maar daar zit met name ook voor mijnheer Swinkels het punt wat de frictiekosten betreft. Wij zijn van het standpunt uitgegaan, met alle gemeenten tezamen, dat zijn dus achttien gemeenten van Stads- en Streekgewest, dat we nu dat voordeel in feite hier nog niet meteen moeten inboeken, maar moeten wachten op wat de frictiekosten uiteindelijk zullen zijn. Die hangen met name toch voor een groot gedeelte af van hoe uiteindelijk de plaatsing zal gebeuren van de verschillende functies. Er wordt dan wel gezegd 95% zal vermoedelijk horizontaal overgaan, maar dat zal de praktijk nog moeten uitwijzen. Ik heb dat naar aanleiding van de opmerkingen die u gemaakt heeft, mijnheer Swinkels, teruggekoppeld naar de voorzitter van het Streekgewest - onze voorzitter van de raad - daar heb ik van begrepen, maar ik hoop dat hij daar zelf zodadelijk ook nog een toelichting op wil geven, dat er in ieder geval gekeken gaat worden: hoe gaan we vanaf het jaar 2000 om met de begroting? Dus wat dat betreft zou daar meer duidelijkheid over kunnen komen. Mevrouw Cormaux, u heeft gezegd dat we toch moeten trachten de vinger aan de pols te houden en hoe doen we dat? Ik heb ook al in de commissie aangegeven dat we juist nu - veel beter dan voorheen - kunnen doen. Waarom? Alle portefeuillehouders van de achttien gemeenten die zitten namelijk in het A.B. en in het A.B. wordt niet alleen het basispakket vastgesteld, maar worden ook met name de begroting en de jaarstukken behandeld. Uiteindelijk ben je natuurlijk als portefeuille houder verantwoording verplicht aan de raad. Dus in die zin denk ik dat het volledig afgedekt is. Mijn heer Verbraak - van het CDA - u vraagt nog eens een keer naar de huisvestingskosten, waar we het hebben over - wanneer Bergen op Zoom dus niet de hoofdvestiging krijgt zo het er nu naar uitziet - dan brengt dat globaal zo een verschil van 90.000,- met zich mee en ik heb toen gezegd dat er alles aan gedaan zal worden om dat op een zo creatief mogelijke manier op te lossen, om dat tekort zo klein mogelijk te houden. Ik heb ook in de commissie aangegeven dat blijkt dat het aantal inwoners die boven de productbegroting per gemeente vermeld zijn, dat daar toch een verschil in zit. Dat kan soms toch nogal een aardig aantal betreffen en dat betekent dan dat die meer aantallen inwoners, omgere kend weer naar de bijdragen, die de gemeenten moeten leveren, ook in die zin alweer het tekort van 90.000,- zullen verkleinen. Dan wat mevrouw Gepkens betreft, ja, ik moet heel eerlijk zeggen - ik 95 kan het niet anders formuleren - dan dat ik onaangenaam verrast ben, dat u daar in het voorstel een andere zin aantreft dan in het voorstel, dat we blijkbaar behandeld zouden hebben in de commissie. Wij hebben het ai eens eerder aan de hand gehad en ik ga niet altijd de teksten helemaal verifiëren, omdat ik er vanuit ga dat die kloppen. Het naar de inhoud toe - zoals hier staat - dat met ingang van 2002 de beoogde bezuiniging in de meerjarenraming opgenomen gaat worden, dan denk ik dat dat in ieder geval een duidelijk besluit is geweest dat we in het college hebben genomen en dat is het be staande beleid. Dus wat dat betreft staat daar in feite niets vreemd en is het niet zo sneaky - zoals u dat formuleert - als u dacht. Ik loop nog even de verschillende opmerkingen door en zou dan aan onze voorzitter van de raad willen vragen of er nog aanvulling te geven is over de begroting voor de GGD met ingang van 1 januari 2000? De VOORZITTER: De intentie van wat mijnheer Swinkels zei over de frictiekosten, onderschrijven we in die zin, dat je uitsluitend de frictiekosten ten laste moet laten komen van het exploitatievoordeel. Niet meer, maar ook niet minder dan dat. De methode die hij aandroeg is - denk ik - ook door andere methoden te vervangen en zelfs betere. U zegt in feite doe het op declaratiebasis en laat de GGD het declareren. Ik denk dat de aanpak moet zijn dat je in feite twee begrotingen maakt, dat is ook onze inzet vanuit het gewest dat je nu een helder onderscheid maakt in de begroting tussen de staande organisatie GGD en de frictiekosten van de GGD als zodanig. En dat afgezet tegen de baten die daar het exploitatievoordeel zijn, zodat je zo ieder jaar exact kunt zien hoe de stand is, dus op die manier ook kunt voorkomen dat er meer geld dan nodig is blijft hangen. Want dat is in feite uw zorg. Die in tentie delen we nog steeds, maar ik denk dat de aanpak een andere zal blijken te zijn. Wenst iemand in tweede instantie het woord? - Mevrouw GEPKENS: Voorzitter, mag ik een korte schorsing voordat we aan de tweede instantie beginnen? - De VOORZITTER: Dat mag. Een minuutje of vijf? Ik schors de vergadering. - De vergadering wordt geschorst van 21.25 tot 21.35 uur. - De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering en de vraag is wie van u wenst in tweede instantie het woord? Achtereenvolgens wensen de heren Van Antwerpen, Polderman, Verbraak, Matthijssen en Swinkels en mevrouw Gepkens het woord. Het woord is aan de heer Van Antwerpen. De heer VAN ANTWERPEN: Mijnheer de voorzitter, dank u wel. Ik moet zeggen dat binnen onze frac tie het zinnetje niet was opgevallen. Nu het vanavond genoemd wordt, is het nadrukkelijk onder de neus gewreven. Hoewel de democratie niet meteen op zijn grondvesten zal schudden door die ene zin, vinden wij toch dat je inderdaad die procedure goed moet blijven volgen. Technisch gezien is er sprake van een ander voorstel. Het gaat ons ook weer te ver om daardoor tegen te stemmen tegen een overigens een fantastische GGD-fusie, zoals wij dat ervaren in kwalitatieve zin. Dus wij zouden aangetekend willen hebben dat wij op dat onderdeel: "wegens het ontbreken van die ene regel", dat procedureel onjuist vinden. Als u nou "zoiets" kunt verzinnen - zal ik maar zeggen - dan vinden wij dat goed. De VOORZITTER: Het woord is aan de heer Polderman. De heer POLDERMAN: Mijnheer de voorzitter, ik kan me daar voor het grootste deel bij aansluiten, ware het niet zo dat ik niet zo warm loop van het voorstel - zo'n uitstekend voorstel is het niet - maar ik heb in de commissie gezegd dat het al zo'n gelopen race is dat je daar eigenlijk nou alleen maar voor kunt zijn, dus wat dat betreft had ik er geen moeite mee. Maar ik ben toch redelijk geschokt dat de wethouder doodleuk zegt: "ik heb dat niet gezien". Kijk, als je als verantwoordelijke wethouder gewoon je voorstellen niet in orde hebt, dan denk ik toch dat er iets niet klopt. Ik neem aan - ik ben er mevrouw Gepkens dankbaar voor dat zij ons erop wijst - dat toch het voorstel gewijzigd is. Om procedurele redenen kun je dit zo gewoon niet maken. Zo gaan we de zaak toch niet besturen? Dus eveneens tegen dit onderdeel omdat het niet zo in de commissie is behandeld. Om procedurele reden moeten we dan ook geacht worden tegen te stemmen. De heer VERBRAAK: Mijnheer de voorzitter, naar aanleiding van het antwoord van de wethouder, zou ik willen vragen of zij hier vanavond toch wil toezeggen dat het bedrag per inwoner - door de ontstane huisvestingskosten in Breda - hier in onze gemeente in ieder geval niet hoger zullen gaan worden. Ik

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1999 | | pagina 50