90 commissie niet verleiden om een datum te noemen waarop dat gerealiseerd zal worden. Het mag duidelijk zijn dat POR/GroenLinks daar met smart op zit te wachten. Niet voor niets dienden we al in februari - vorig jaar - een initiatiefvoorstel in over de capaciteit op de afdeling Onderwijs. Voorzitter, op één onderdeel van deze "sluitende aanpak" willen we nog even terugkomen. Eerlijk gezegd is dat er bij ons - door de behandeling in twee commissies - even tussenuit gevallen. Het geldt tegelijkertijd ook voor het volgende agendapunt bij het concretiseren van het onderwijsachterstandenplan. Dat punt betreft de rol van ouders in het geheel. In de beide voorstellen wordt vooral de nadruk gelegd op in stellingen die van alles met - of voor - jongeren doen of gaan doen. Maar ouders horen daar natuurlijk gewoon bij. Zeker bij die 85% van de jongeren die zonder problemen volwassen worden en aan het werk komen. Maar ook bij die maximaal 15% waar wel iets aan de hand is, moeten ouders onderdeel uitmaken van het oplossen van de problemen. Je kan en mag ze niet aan de zijlijn zetten, wat ons betreft. Dank u wel. De VOORZITTER: Het woord is aan mevrouw Cormaux. Mevrouw CORMAUX-EENINK: Mijnheer de voorzitter, dank u wel. Ook de WD heeft in de commissie de waardering uitgesproken voor deze uitstekende nota en we hebben geconstateerd dat er twee zaken zijn die aandacht behoeven. Mevrouw Gepkens heeft er al op gewezen. Het is een serie van voorzieningen, als één van de schakels weg zou vallen of minder zou functioneren, dan ontstaat er een probleem en er moet bijzonder veel aandacht aan geschonken worden, dat dat niet gebeurt. Het tweede punt waar wij in de commissie uw aandacht voor gevraagd hebben is het personele gevolg van deze nota. Constaterend dat de leerplichtambtenaar - eigenlijk één informatieplaats, op dit mo ment al weinig is - eigenlijk een beetje onderbezet is en nu een nota waarin een behoorlijk aantal ta ken bij die leerplichtambtenaar, extra op de schouders gelegd wordt. We hebben toen gezegd, als de personele consequenties niet aangepakt worden dan is het een prima nota, maar daar houdt het dan mee op. Dan gaat die ook de la in want dan kan die echt niet goed uitgevoerd worden. Ik was eigenlijk een beetje verbaasd over de formulering in het commissieadvies, waar u zegt dat de commissie en thousiast is over de kwaliteit van de nota, maar het betreurt dat de personele uitbreiding - die nodig is om het beleid te realiseren - nog niet volledig gegarandeerd is. Naar mijn gevoel is het door de com missie veel sterker uitgesproken - niet dat ze het betreuren - maar gewoon dat de commissie die ga rantie wil hebben, dat die personele consequenties ook genomen zullen worden en daarom was naar mijn gevoel - maar ik hoor graag uw reactie - het commissieadvies zoals het verwoord lag bij de stuk ken, niet zoals het uitgesproken was in de commissie. Dank u wel. De VOORZITTER: Het woord is aan de heer Swinkels. De heer SWINKELS: Mijnheer de voorzitter, in deze notitie wordt de regierol van de gemeente wegge zet, de verschillende instrumenten op elkaar afgestemd en is een plan van aanpak gemaakt. Het ma ken van het wettelijk verplichte jaarlijkse leerlingenverslag is nog niet van de grond gekomen. Dit vindt de fractie van de Vrije Lijst zorgwekkend. Wij zijn van mening dat ook nu weer eens is aangetoond dat de bezetting op onderwijs te gering is, om al deze taken naar behoren te kunnen uitvoeren. Aangezien de gemeente niet beschikt over een goed leerlingenadministratiesysteem, kan men ook niet over de juiste informatie beschikken op basis waarvan maatregelen genomen moeten worden. Daarom zou de fractie van de Vrije Lijst er voor willen pleiten deze investering nog dit jaar uit te voeren. Dank u wel. De VOORZITTER: Het woord is aan wethouder Chamalaun. Mevrouw CHAMALAUN, wethouder: Mijnheer de voorzitter, dank u wel. Het onderwerp "Sluitende aanpak jongeren", waar een uitvoerige nota van besproken is - zowel bij collega wethouder De Jae ger, als ook in de commissie WOC - heeft opnieuw door de verschillende sprekers vanavond alle complimenten gekregen en ik was ook blij dat de vorige keer de steller van de nota, die ook nog eens in ontvangst heeft kunnen nemen. Wij hebben hier een product geleverd dat er in ieder geval mag zijn. Dat wil niet zeggen dat het ook zomaar vlekkeloos uitgevoerd zal kunnen worden, maar het spreekt hier over een volledige ketenbenadering - zoals mevrouw Gepkens zegt - wanneer er één schakel niet functioneert, dan is het de vraag hoe het verder moet gaan. Maar wat hier vanavond weer aan de orde gesteld wordt, is die spin in het web, die taak van die leerplichtfunctionaris. U heeft in het raadsvoor stel kunnen zien wat de consequenties daarvan zijn in personele zin en er staat daar in ieder geval, dat die keuze voor die personele consequenties meegenomen wordt in het IME-onderzoek. Ik weet dat u nadrukkelijk heeft gezegd dat u daar zorgen over heeft, mevrouw Cormaux en ook de andere commissieleden. Maar ik moet u zeggen dat, ook al wordt - zoals het hier geformuleerd staat - de 91 consequentie meegenomen, dat wil niet zeggen dat er natuurlijk geen maatregelen zijn getroffen op dit moment, om de taak naar behoren uit te voeren. Die garantie die kan ik u in ieder geval geven. Het is niet zo dat wij daar in die zin geen maatregelen hebben getroffen. Daar wordt alles aan gedaan, maar uitvoering en de juiste invulling van deze functionaris, daar krijgt u te zijner tijd voorstellen van en - zoals mevrouw Gepkens aangaf - daar heeft u mij de vorige keer geen datum voor horen noemen en die geef ik vanavond ook niet. Maar zodra wij daar meer informatie over hebben, kom ik daar bij u op terug. De VOORZITTER: Wenst iemand in tweede instantie het woord? Neen? Akkoord. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 8.b Voorstel nr. 52: Uitwerking Onderwijsachterstandenplan 1999/2000. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 8.c Voorstel nr. 53: Lokaal zorgbeleid kansspelverslavinq. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 8.d Voorstel nr. 54: Ontwikkelingskader beeldende kunst in de openbare ruimte. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 8.e Voorstel nr. 55: Verkoop wijkcentrum De Berqspil. De VOORZITTER: Wie wenst daarover het woord? Het woord is aan de heer Polderman. De heer POLDERMAN: Mijnheer de voorzitter, even kort. Want ik heb in de commissie ook al gezegd dat ik hier niet mee akkoord kan gaan. Helaas. Het is een beetje een fundamentele discussie en na afloop van de commissie heb ik ook nog met enkele beoogde eigenaren - met bestuursleden van de Stichting Huisvesting Tolberg - daarover kunnen discussiëren. Maar het gaat toch om de vraag, hoe je die privatisering in feite moet waarderen. Ik denk dat als je dat in zijn uiterste consequentie doorrede neert dat je kunt zeggen van: nou, dan moet je het zo organiseren dat je elke lantaarnpaal in het openbaar gebied gewoon aan de mensen - die daar het licht van hebben - in eigendom geeft. Pas dan organiseer je dat mensen er verantwoordelijk voor zijn. Ik vind dat een onjuist signaal. Ik vind dat het op dat moment van de gemeenschap is en dan is eigenlijk iedereen daar verantwoordelijk voor. Je kunt wel zeggen dat als je het aan een aantal mensen geeft, die zich daar dan bijzonder verantwoor delijk voor voelen en dan is het beter gegarandeerd, dat het onderhoud beter is. Ik vind dat dus ge woon een verkeerd signaal naar de maatschappij. Want nogmaals, in zijn deze uiterste consequentie kun je alles wel gaan privatiseren. Ik ben daar dus op tegen en ik vind dat hier een stap te ver gezet wordt. Dus wat mij betreft - u geeft het zelf in de stukken ook aan - er zijn voor- en nadelen. Ik ben door uw stuk niet overtuigd dat de voordelen groter zijn dan de nadelen. Dus ik zou zeggen, hou het gewoon in eigendom. Vandaar dus mijn stellingname dat ik hier tegen dit voorstel zal moeten blijven. De VOORZITTER: Het woord is aan wethouder Chamalaun. Mevrouw CHAMALAUN, wethouder: Mijnheer de voorzitter, ik hoef er eigenlijk niets meer aan toe te voegen, want ik ken de mening van mijnheer Polderman. Hij heeft die ook zo in de commissie ver woord en ik kan hem toch niet tot andere ideeën brengen. De voor- en nadelen staan inderdaad ge noemd en mijnheer Polderman is van mening dat je het beter kunt verhuren. De VOORZITTER: Dank u wel. Mag ik dan constateren dat de raad instemt, zij het dat de heer Pol derman geacht wil worden tegengestemd te hebben? Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen (zie het besluit tot 26e wijziging van de gemeentebegroting van het dienstjaar 1999). - De heer H.J. Polderman van de SP-fractie wenst de aantekening dat hij geacht wil worden tegen dit voorstel te hebben gestemd. -

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1999 | | pagina 48