380 Uw raad stemt vanavond nog niet in met het vormen van een bestemmingsreserve. Wij hebben dat alleen als overzicht toegevoegd. Dat voorstel zullen wij u pas doen op het moment dat wij inderdaad de verkoop kunnen realiseren en dan is de beslissing aan u om er al dan niet mee in te stemmen. Ik neem dat laatste terug ik heb me vergist: het besluit is inderdaad instellen van een bestemmingsreserve. Ten aanzien van de consequenties als je die 2 ton wil veilig stellen. Wat de gemeente zou willen storten in het fonds voor de Volkshuisvesting als wij dat al van plan zouden zijn geweest. De kwestie is door de CDA-fractie aan de orde gesteld en ik heb u ook het antwoord namens het college gegeven, nl. dat als de aandelen verkocht kunnen worden, de opbrengst kan worden gegenere erd en er geen voorstel van het college komt om deel te nemen aan het stimuleringsfonds. De VOORZITTER: wenst iemand in tweede instantie het woord? De heer VAN STEEKELENBURG: ik verzoek een ogenblik schorsing. De VOORZITTER: ik schors de vergadering voor 3 minuten; daarna zegt hij: ik heropen de vergadering en geef het woord aan de heer Van Steekelenburg. De heer VAN STEEKELENBURG: voor de CDA-fractie is vanavond aan de orde of wij besluiten tot verkoop van de aandelen Bouwfonds Nederlandse Gemeenten. Wij zijn er in de commissie duidelijk over geweest en vinden het niet nodig het vanavond nogmaals te herhalen, een duidelijk ja. Het amendement van de PvdA is voor ons niet aan de orde. Wij hebben het vanavond niet over een bestemming en niet over de OZB. Ik denk dat wij bij de voorjaarsnota en de begrotingsbehandeling op een uitstekende manier aan kunnen geven wat wij willen. Wij hebben nu geen behoefte aan dit amendement. De heer POLDERMAN: ik kan me aansluiten bij de opmerkingen van de heer Van Steekelenburg. Ik heb in de commissie gezegd dat ik vóór deze verkoop was. Mijn voorkeur was om dat geld te oormerken en het voor de volkshuisvesting te bestemmen. U doet dat niet en laat het in het midden. Wat dat betreft vind ik het amendement van de PvdA te eenzijdig. Ik wacht uw voorstel af en ik kom er op terug. De heer POSTHUMUS: de RLPR kan zich aansluiten bij de heer Polderman. Wij zijn akkoord met dit voorstel en wachten de verdere voorstellen omtrent de invulling af en hebben geen behoefte aan het amendement van de PvdA. De heer VERAART: aansluitend op de vorige sprekers heeft de VVD geen behoefte aan het amendement van de PvdA. Wij sluiten ons graag aan bij het collegevoorstel en wachten de voorjaarsnota af voor het bestemmen van de middelen. Mevrouw STROOP: de bedoeling van dit amendement is de 8% extra OZB voor het jaar 2000 terug te draaien en de bestemming te reserveren bij de voorjaarsnota. Wij gaan er vanuit dat de opbrengst van de aandelen ten gunste zal komen van de burgers. Wij trachten hiermee alleen de 8% van het lopende jaar terug te draaien. Als niemand behoefte heeft aan het amendement zullen wij het niet in stemming brengen, maar wij wilden dit toch graag gezegd hebben. De heer VERSCHUREN: wij zijn vóór het voorstel inzake de bestemmingsreserve. Wij denken dat wij op termijn iets voor de burger kunnen doen. Daarmee zeg ik meteen iets over het amendement van de PvdA nl. dat wij er niet in mee zullen gaan. Wij hebben nadrukkelijk tegen de OZB verhoging gestemd en waren van mening dat je je uitgavenniveau omlaag moet brengen. Dat is de enige manier om iets aan je OZB te doen. Daarom stemmen wij vóór dit voorstel, zij het, dat wanneer het amendement van de PvdA in stemming wordt gebracht, de POR/GL-fractie verdeeld zal stemmen. De heer HERTOGH: wij zijn tegen het amendement. Mevrouw KERKHOF, wethouder: het gaat meer om het amendement dan over het voorstel. Want voor het voorstel heb ik de steun van de raad om de aandelen Bouwfonds te verkopen om een forse opbrengst te genereren. Aangezien het standpunt van de Delftgroep duidelijk is, zien wij geen verdere belemmeringen. Als het loopt zoals verwacht dan worden de 85% aanmeldingen ruimschoots gerealiseerd en dan zal ABN 381 AMRO haar bod gestand moeten doen. Een forse opbrengst die in de bestemmingsreserve gaat. Mevrouw Stroop, ik begrijp uw intenties. Die zijn goed bedoeld, maar het is niet de route die wij met elkaar kiezen. Als er in het lopende jaar opbrengsten gegenereerd worden dan bestemmen wij die bij de voorjaarsnota. Dan bepaalt de raad nader de prioriteit en zo willen wij dat graag houden. Dat betekent dat ik het amendement van de PvdA ernstig ontraadt. De VOORZITTER: wil mevrouw Stroop het amendement nog in stemming brengen? Mevrouw STROOP: laten wij het toch maar in stemming brengen. Er wordt gestemd.- Het door mevrouw Stroop namens de PvdA-fractie ingediende amendement wordt in stemming gebracht en de uitslag van de stemming luidt: het amendement wordt met 4 stemmen (van de PvdA- fractie en mevrouw Buisman) vóór en 29 tegen, verworpen. - De VOORZITTER: ik constateer dat het collegevoorstel hiermee is aanvaard. De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders. 7e. Voorstel nr. 186: Gemeentegarantie Parkeer Beheer Roosendaal B.V. inzake investering parkeergarage Mill-Hill Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de RAAD conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 7f. Voorstel nr. 187: Garantiestelling lening RBC De heer VAN STEEKELENBURG: niet in vijf zinnen maar in zes punten het CDA standpunt over de garantstelling RBC .Voor ons is die garantstelling een zaak waarmee wij instemmen. Het project Kalsdonk dat daaraan ten grondslag ligt is de basis van dit traject, de rode draad die door alle besluiten die daarvan in het verlengde liggen, terug te vinden is. Dat heeft de noodzaak van de garantstelling nog eens benadrukt. Nieuwe voorzieningen die wij mogelijk maken, leveren een kwalitatieve impuls aan de stad Roosendaal en dat is hoogst noodzakelijk om ook de komende eeuw op dit gebied aan te kunnen. Het feit dat RBC een bedrijf is. Wij als gemeente zijn er niet om bedrijven een garantstelling te geven, maar RBC is geen gewoon bedrijf. RBC, een bedrijf met zijn wortels in de Roosendaalse samenleving functioneert in de betaald voetbalorganisatie met een relatie tussen de lokale overheid en de betaald voetbalorganisatie. Vandaar dat het m.i. mogelijk moet zijn voor dit bedrijf als gemeente garant te staan. Bij minder dan f.6,85 miljoen is er geen project RBC waarvoor wij ons garant stellen zo is in het voorstel naar voren gekomen. De reden is daarin eveneens aangegeven. Voor ons is die f.6,85 miljoen een acceptabel geheel. De waarborg m.b.t. deze garantstelling is m.i. goed dichtgetimmerd. Wij stemmen in met het garant staan voor een bedrag van f.6,85 miljoen om een lening te verstrekken aan de Roosendaalse Boys Combinatie. De heer WAMSTEKER: vorig jaar is reeds aan de orde geweest het voorstel beheer- en ontwikkelingsvisie Kalsdonk en daar waren wij zeer enthousiast over. Daar hebben wij ook mee ingestemd, o.a. met de bood schap te gaan onderhandelen met RBC o.b.v. een gemeentegarantie van maximaal f.5 miljoen. Met die machtiging van de raad bent u de onderhandeling ingegaan. Ook andere fracties hebben gezegd f.5 miljoen maximaal. Met de uitplaatsing van RBC op die basis zou Kalsdonk ontwikkeld kunnen worden: wij waren daarmee akkoord. Nu constateren wij dat in het raadsvoorstel RBC te kennen geeft een iets groter stadion te bouwen en daarvoor is een extra investering nodig van f.1,85 miljoen. Voorzitter, die wens gaat van RBC uit. Voor de RLPR gaat dit een brug te ver. Na uitgebreide af- en overwegingen en de argumenten in de commissie hebben wij besloten niet akkoord te gaan. Onze gemeente heeft nog andere verantwoordelijkheden dan die t.o.v. RBC. Daarom stellen wij nog steeds die grens van f.5 miljoen en kan onze fractie niet instemmen met dit voorstel.

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1999 | | pagina 197