351
begin 2000 informeren en voorlichting geven en u betrekken in de totstandkoming van de verwezenlijking
van dat rapport.
Als gekeken wordt naar de Schotsbossenstraat kan geconstateerd worden dat daar wel een fietspad ligt,
maar dat aangegeven wordt het fietspad niet te gebruiken. De breedte van die weg is dusdanig en het
gebruik intensief door zwaar verkeer, dat het niet haalbaar is daar een fietspad aan te leggen. Dat geldt
ook, mijnheer Polderman, voor het verdwijnen van fietspaden. Het is de eerste keer dat wij een fietspad,
omdat het de veiligheid niet ten goede komt, niet handhaven. Tot nog toe is niet anders gedaan dan
fietspaden aangelegd. Ik weet dat vele kilometers meer aangelegd zijn dat dat er weggehaald zijn. Wij
werken er hard aan om er fietspaden bij te krijgen. Daarvan is de Kennedylaan een goed voorbeeld.
De VOORZITTER: wenst iemand in tweede instantie het woord?
De heer ELST: er staat niet een bordje slecht fietspad, maar dat fietsers gebruik kunnen maken van de
openbare weg.
De heer POLDERMAN: ik heb niet gezegd dat de wethouder fietspaden afbreekt, maar heb in algemene
zin over dit plan gesproken. Er zijn nog twee punten die ik naar voren wil brengen:
De wethouder zegt dat bij de begrotingsbehandeling 14 dagen geleden, geld beschikbaar was gesteld voor
dat schema waarop ik doelde. Maar al in de vorige raadsperiode heeft hij ons voorgelicht hoe dat er uit zou
zien. Wij vragen er al lang om. Het is van belang om duidelijk te maken welke niveaus wij willen hebben
voor industrieterreinen en woonwijken. Daarmee moet hij haast maken, anders kun je dit soort plannen niet
beoordelen. Het heeft niets te maken met revitalisering en ik vind dat er misbruik gemaakt wordt van
subsidies die beschikbaar worden gesteld om bedrijventerreinen op te knappen.
De VOORZITTER: u raakt daarmee ook de portefeuille van mevrouw Kerkhof, die het project revitalisering
als zodanig trekt.
De heer JONKERS, wethouder: omdat het er slecht uit ziet, is daarvan in 1997 gebruik gemaakt. Ik heb
toen gezegd dat wij daar dan middelen voor beschikbaar moeten stellen. Wij hebben geconstateerd dat
dat f. 50 miljoen was. Wij hebben f.4,5 miljoen in 1999 beschikbaar gesteld om de nodige maatregelen te
nemen. Wij hebben f.4,5 miljoen zeven keer aan u gepresenteerd en wij hebben daar een goede discussie
over gehad. Ik zal u nog een fotocollage doen toekomen m.b.t. zaken waarmee wij bezig geweest zijn en
wat nog moet worden aangepast. Wij hebben afgelopen begrotingsvergadering voor drie jaar geld
beschikbaar gesteld. De prioriteiten hebben wij zelf vastgesteld, evenals de prioriteit m.b.t. Majoppeveld. Ik
geef aan dat wij de f.4,5 miljoen nu aan het gebruiken zijn en heb u aangegeven dat wij u op de hoogte
zullen houden. In 2000 is dat f. 6 miljoen: wij zullen dan met een voorstel komen wat wij daarmee gaan
doen. De schuifjes komen in de loop van 2000 bij u om daarmee vast te stellen voor de komende jaren. Ik
geef graag het woord aan mevrouw Kerkhof die wellicht m.b.t. revitalisering nog iets heeft toe te voegen.
Mevrouw KERKHOF, wethouder: het is jammer dat de heer Polderman niet de tijd heeft meegemaakt dat
de gemeenteraad van Roosendaal het college opdracht gaf om een projectvoorbereiding te maken voor
de subsidieaanvraag van de revitalisering van Majoppeveld. Dat hebben wij namelijk opgedragen
gekregen van de gemeenteraad: zorgen voor een duurzame revitalisering en ook een stuk nieuwe
ontwikkeling op Majoppeveld. Dat projectplan is destijds voor subsidie ingediend en hebben wij royaal
gehonoreerd gekregen. Zowel door de rijksoverheid als door de provincie. Beide overheden hebben onze
subsidie aanvraag beoordeeld en hebben die toekenning gebaseerd op het PVA. Bij de maatregelen die
wij hebben voorgesteld m.b.t. de Schotsbossenstraat moet u zich voorstellen dat die straat dateert uit de
tijd van de wijk Kalsdonk, zo'n 45 jaar oud. Die kent een profilering die nog niet aan de eisen van deze tijd
is aangepast. In die straat hebben in het verleden fietspaden gelegen, die nu volslagen onberijdbaar zijn,
terwijl de functie van die straat is gewijzigd. In de toekomst zal prioriteit gegeven moeten worden aan het
logistiek verkeer dat naar de bedrijven heen en weer pendelt. Er wordt weinig gebruik gemaakt van het
fietspad, waarvoor nu naar het openbare autogedeelte van de straat wordt verwezen omdat de toestand
van het fietspad slecht is. Het voorstel nu is geënt op het praktisch gebruik van de straat. Het oorspron
kelijke profiel met fietspaden stamt nog uit de tijd dat er bijna geen auto's waren. Dan moet je keuzes
maken en dat is in dit geval ook voor de Schotsbossenstraat gebeurd. Overigens mijnheer Polderman,
jammer, dat ik vorige week ziek was, want wij hadden graag in de commissie economische zaken over dit
352
plan gesproken. U heeft een aantal belangrijke aspecten van duurzaam en revitaliserend vanavond in uw
bijdrage genoemd die straks in het plan uitdrukkelijk aan de orde komen.
De VOORZITTER: kan ik constateren dat men instemt met het voorstel, waarbij de heer Polderman
geacht wil worden te hebben tegengestemd?
Behoudens de SP besluit de RAAD zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burgemeester
en wethouders (zie het besluit tot 61e wijziging van de gemeentebegroting voor het dienstjaar 1999).
6d. a) Initiatiefvoorstel RLPR-/WD-fractie inzake Zegestede;
b) voorstel B en W inzake Zegestede.
Mevrouw GEPKENS: voorzitter, kan de vergadering voor een paar minuten worden geschorst om de
toegevoegde stukken te kunnen lezen?
De VOORZITTER schorst de vergadering voor 10 minuten, heropent deze om 21.15 uur en zegt:
aan de orde is agendapunt 6d. Voor wat betreft de procedure: kunt u ermee instemmen dat wij het voorstel
meteen in behandeling nemen? Akkoord? Wie mag ik het woord geven over het voorstel en hetgeen door
het college daaraan is toegevoegd?
De heer ADRIAANSEN: dank u voorzitter, over het initiatiefvoorstel van Zegestede van de RLPR en WD
het volgende: de uitvoering van het vierde scenario kunnen wij onderschrijven, maar hebben moeite met
de wijze waarop de gemeente de communicatie naar de nabestaanden heeft vormgegeven. Behalve de
brieven die de vorige keer op de lijst van ingekomen stukken terecht zijn gekomen, staan ook deze
raadsvergadering nog eens tien brieven over hetzelfde onderwerp op de C-lijst. Tijdens de afgelopen
commissievergadering beheer en verkeer bleek bij de insprekers hoe gevoelig deze kwestie ligt.
Veel van de door de nabestaanden geuite klachten komen op hetzelfde neer. Een uiterst zakelijke wijze
van benaderen, hetgeen zeker de schoonheidsprijs niet verdient. Andere zaken die naar voren komen zijn
de betalingsregeling voor de nabestaanden, het verplaatsen van de graven, de behoefte aan de nodige
communicatie en de termijn van betaling. Op het laatst genoemde punt wil onze fractie terugkomen. Na
ontvangst van de eerste brieven en na bespreking in de commissie beheer en verkeer en de toezeggingen
van de wethouder om de communicatie te verbeteren, zijn op 11 november j.l. met een vergelijkbare
zakelijke brief mensen die niet tijdig reageerden, aangemaand.
Voorzitter, waarom nu nog zo'n brief, gehoord hebbend de gevoeligheden in de commissie beheer en
verkeer en de vele reacties? Voor ons waren genoemde redenen aanleiding tot het initiatiefvoorstel.
Nabestaanden de broodnodige informatie verschaffen en de termijn waarop gereageerd kan worden,
verlengen tot een halfjaar. Bovendien zal de betalingsregeling onder de aandacht gebracht moeten worden
en met de omzetting van de graven deze niet te verplaatsen. Dat is wat wij in het voorstel vragen.
Inmiddels hebben wij kennis genomen van het voorstel van het college. Wij zijn voor het overgrote deel
tevreden met uw standpunten en kunnen die voor een groot gedeelte delen. Toch hebben wij naar
aanleiding van uw voorstel nog een aanvullende vraag. U geeft aan een betalingsregeling te willen treffen.
Hoe verhoudt het zich nu tot de reeds gedane toezegging voor een gespreide betalingsperiode van 24
maanden. Er zijn inmiddels betalingsregelingen getroffen voor 24 maanden. Wij gaan ervan uit dat in
plaats van 12 maanden, in uw voorstel 24 maanden had moeten staan.
Voorzitter, het is belangrijk dat over de betalingsregeling in het Stadserf goed wordt geïnformeerd. U komt
met het voorstel om een persoonlijk gesprek te voeren. Als iedereen voor een persoonlijk gesprek in
aanmerking kan komen zal dat ook moeten worden gecommuniceerd in Stadserf, dan is het wat ons
betreft voldoende. Er is immers niets zo persoonlijk als een gesprek.
Alvorens het voorstel over te nemen willen wij eerst antwoord op de vraag m.b.t. de 24 maanden, of zoals
u aangeeft, de 12 maandenperiode en wachten daarvoor het antwoord van de voorzitter af.
De heer BLEIJENBERG: het initiatiefvoorstel dat wij samen met de RLPR indienen is wat de WD-fractie
betreft zo helder als mogelijk. Wij zijn van mening dat het beheerplan van de begraafplaats Zegestede
zoals het in de raad van november 1997 is vastgesteld, een juiste keuze is geweest. Alleen het tot
uitvoering brengen van het beheerplan laat wat te wensen over. Vandaar dat wij nu vragen om een wat
meer menselijke benadering en om betrokkenen duidelijk voor te lichten over het beleid dat de gemeente