303 Ik zou me dus voor kunnen stellen dat het voor het college een spannende middag is: Zouden de diverse fracties in die finale afweging uiteindelijk accoord gaan met de voorgestelde begroting, zouden er nog wijzigingsvoorstellen komen, en hoe ingrijpend zullen die dan zijn. Een zenuwslopende dag dus voor de verantwoordelijke wethouders. Nee, voorzitter, niet echt want natuurlijk weten we allemaal dat er vandaag helemaal niets op het spel staat We voeren hier een ritueel op, een toneelstukje met een al jaren vaste rolbezetting. Dat het publiek daarbij weg blijft is niet verwonderlijk. De begroting zal ongewijzigd worden aangenomen, de voor het grote publiek bedoelde vestzak editie is al gedrukt en ligt klaar voor verspreiding. Alles is allang afgecheckt en afgesproken. Dat heeft m.i. alles te maken met de politieke cultuur en de politieke getalsverhoudingen in deze raad. Een college dat steunt op 27 van de 35 zetels, dat is de dood in de pot voor de politieke openbare discussie in de raad. Want niet alleen de afloop van dit debat is voorspelbaar, het geldt voor alle debatten in deze raad. Alleen wanneer het gaat om platvloers eigen beboud, vertaald in het met potlood dan wel per stemmachine laten stemmen, wil het hier nog wel eens spannend worden. Maar dat is dus zeer zelden. Op 15 september stelde prof. Elzinga van de gelijknamige staatscommissie, ingesteld om de werking van de lokale democratie te onderzoeken, in een lezing in Den Haag o.a.: "De democratie in gemeentes verkeert in een crisis en bedreigt daarmee de werking van het hele staatsbestel, de politieke partijen voorop." En die stelling werkte hij in zijn lezing verder uit. Troost voor u dat deze uitspraak gedaan werd in zijn algemeenheid en niet speciaal sloeg op alleen Roosendaal. Maar als we deze algemene analyse van prof. Elzinga even koppelen aan onze eigen specifieke lokale situatie, met onze stemverhouding 27 tegen 8, dan denk ik toch dat velen hier het met me eens zullen zijn dat we hier een probleem hebben met als uitgangspunt primaat aan de politiek. Maar in uw voorstellen zie ik weinig plannen om dit probleem te tackelen. Een begin zou kunnen zijn om het debat hier in de raad wat te verlevendigen. De PvdA heeft de suggestie gedaan om in de comissies niet altijd alles al af te bakenen om verplicht tot een advies te komen. De SP sluit zich graag bij die suggestie aan en roept de andere partijen op om dat eveneens te doen. Mijn vraag is daarom concreet: moeten we dan de betreffende verordening niet aanpassen en bent u daartoe bereid een voorstel te doen? Voorzitter, het primaat van de raad ligt ook, althans in theorie, bij de beoordeling van de dekkingsvoorstellen gedaan in deze begroting. Bij de discussie over de Perspectiefnota beweerde u nog bij hoog en bij laag dat de zalmsnip ingezet moest worden als algemeen dekkingsmiddel. Ik herinner u er graag aan dat vanuit de oppositie o.a. ook vanuit de SP, hiertegen fel protest werd aangetekend. Dat mocht echter allemaal niet baten. Argumenten werden niet valide gevonden, het was weer eens gekakel van de oppositie. Helaas is de bandopname van dat debat kwijt, maar ik herinner mij de discussie met u hierover nog als de dag van gisteren. Uw bereidheid om aan de argumentatie van de oppositie tegemoet te komen was nul. Zonder de inzet van de zalmsnip zou de OZB onacceptabel verhoogd moeten worden zo luidde uw redenering. En u werd daarbij massief gesteund door de Roosendaalse Ondernemers, voor wie de OZB steeds een open zenuw lijkt te zijn, en die in de VVD natuurlijk een prima spreekbuis vinden. Maar wat geschiedde? Het is bekend: de minister greep in en als een blad aan de boom draaide het college om en koos een andere oplossing. Ik heb u in de schriftelijke ternijn gevraagd of u vindt dat daarmee uw geloofwaardigheid is aangetast, en u antwoordde daarop ontkennend. En daar wil ik nu toch wel graag de mening van mijn collega's over horen. Om het te verduidelijken :Een voorbeeld: Stel we maken met z'n allen een busreisje. En we komen bij een T-splitsing: Enkele reizigers zeggen "We moeten linksaf want rechts dat gaat niet, dan krijg je ernstige problemen, daar mag je volgens ons helemaal niet in. Kijk maar daar staat het verkeersbord". Maar de chauffeur zegt: "Nee hoor ik weet de weg, we gaan rechtsaf"'. En nauwelijks honderd meter verder wordt de bus gestopt. Oom agent: "Ho chauffeur hebt u dat bord verboden in te rijden niet gezien? U moet terug. Deze weg is absoluut verboden voor bussen". Welaan zou u als passagier dan niet wat gaan twijfelen aan deze chauffeur? Als ik in die bus zat en ik behoorde tot diegenen die van tevoren hadden gewaarschuwd in ieder geval wel. De SP vindt dus wel degeijk de geloofwaardigheid van het college aangetast door deze 180 graden move. De SP komt tot de conclusie dat de raad hier door de wethouder verkeerd is geïnformeerd, en bij het Perspectiefnotadebat op het verkeerde been is gezet. Wij willen daarover de raad een

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1999 | | pagina 157