24 komen. Nou ik hoor nu van collega-raadsleden nog andere opties, dus ook wat die financiële zaken betreft zou ik graag nog wat meer van u horen. Dank u wel. De VOORZITTER: Het woord is aan wethouder Chamalaun. Mevrouw CHAMALAUN, wethouder: Mijnheer de voorzitter, dank u wel. Ja, we zitten vanavond weer een stap verder, nu wij dus het projectplan behandelen van het wijkcentrum waar we met z'n allen al lang naar uit hebben gekeken. Een projectplan wat inderdaad vrij lang op zich heeft laten wachten. Maar ik ben blij met de complimenten die u - ook richting de samenstellers - geeft vanavond. Het ziet er goed uit. Het is vrij ruim opgezet wat de tijd betreft en ik had u in de commissie ook toegezegd om te kijken of er een mogelijkheid bestaat om het hier en daar in te dikken. Er is mij meegedeeld dat het inderdaad ruim is, maar juist om op de veilige kant te gaan zitten want er kunnen zich natuurlijk toch gaandeweg weer problemen voor doen waardoor je het vertraagt. Maar de mogelijkheid om het hier en daar in te dikken - zeker ook in de eerstvolgende fase, namelijk de ontwerpfase - die is, zo is mij meegedeeld, is in ieder geval aanwezig. Maar nogmaals, ik heb liever dat we aan de veilige kant zitten - dus zeg toch maar 2001 - dan dat wij naderhand mensen moeten gaan teleurstellen. Maar juist in dat proberen de zaak zelfs nog te versnellen, zit het probleem waar de WD eigenlijk vanavond ook mee zit. In feite - als ik de opmerking van mevrouw Cormaux goed zou mogen vertalen van uw uitdrukkelijk verzoek - ga nog eens opnieuw met, onder andere, het bestuur van de bibliotheek aan tafel zitten, want er bereiken ons signalen dat er een opening gegeven zou worden. U weet - en ik wil eigenlijk die hele voorgeschiedenis niet meer herhalen - en ik wil nog wel nadrukkelijk naar voren brengen, dat het ons erg tegengevallen is dat het niet gelukt is om ondanks een grote inspanning - maar dat geeft u zelf ook aan in uw schriftelijke vragen - om het bestuur ervan te overtuigen dat er een enorme meer waarde gezeten zou hebben in het feit dat zij ook in het wijkcentrum zouden hebben geparticipeerd. Als je dan merkt, dat je toch maanden bezig bent met praten en er blijkt geen win-win-situatie in te zitten, dan moet je op een gegeven moment de knoop doorhakken. Want intussen zijn er weer andere - en dat is met name toch het Stichtingsbestuur Kortendijk - dat natuurlijk vraagt van: "moeten wij maar steeds blijven wachten en praten"? Van de andere kant, beschouw ik het inspreken van de voorzitter van Stichting Kortendijk en het overleg met het bestuur van de bibliotheek niet als verloren tijd. Ik merk nu ook - en dat heb ik afgelopen dinsdagavond ook nog bij monde van de voorzitter van het bestuur van de bibliotheek mogen vernemen - dat zij weliswaar niet meer willen participeren op dit moment in het wijkcentrum Kortendijk, temeer niet omdat het alleen maar opnieuw zou vertragen. Maar er is mij meegedeeld dat, mocht er zich een kans voordoen en mochten partijen zich melden - dan zijn zij ze ker bereid met die partijen aan tafel te gaan zitten. Dus in die zin vind ik - door hier zo nadrukkelijk over te praten en te communiceren en ook door berichten daarover in de media - dat er wel iets los gemaakt is. Dus ik denk dat dat ook naar de ondernemers toe in ieder geval een mogelijkheid biedt om die partijen die dat wensen, aan tafel te laten gaan. Maar ik wil hier héél nadrukkelijk stellen dat de voortgang van het wijkcentrum Kortendijk niet langer meer gestagneerd mag worden. Daar moeten we echt verder mee gaan als u vanavond als raad, daar verder mee akkoord gaat. Ik loop nog even de andere opmerkingen door, voorzitter. Mijnheer Swinkels heeft ook eigenlijk al zijn zorgen geuit in de commissie waar het gaat over de parkeersituatie. Maar u heeft ook in het projectplan nog eens kun nen lezen, mijnheer Swinkels, dat er in feite - ten behoeve van het buurtcentrum - zo'n 13 parkeer plaatsen extra bijkomen. Er is natuurlijk wel onderzoek naar gedaan en als je dan ziet dat het vooral - met name 's avonds - bezet wordt door mensen die met de auto komen, dan zouden de parkeerplaat sen van zowel het winkelcentrum als die extra parkeerplaatsen die er bij komen eigenlijk voldoende moeten zijn. Als we dan kijken naar de wensen, die er bij de overige commissieleden lagen over de toename van de fietsenstalling - ook iets mijnheer Wamsteker - wat zeker in de volgende fase, in de ontwerpfase, meegenomen zal worden. De verruiming van de fietsenstalling en de wensen van het CDA, bij monde van mijnheer Verbraak,- om te kijken voor de busroute - maar daar geef ik zodadelijk toch graag even het woord aan wethouder Jonkers voor - dan zouden de parkeerplaatsen op dit mo ment voldoende moeten zijn. Dus die zorgen kan ik op dit moment niet met u delen. Wat betreft de andere opmerkingen, dan is het met name toch nog de financiële stand van zaken. Ik moet zeggen mevrouw Gepkens, u wijst mij op iets in het voorstel dat ik niet gezien had, maar ik heb ze nu net naast elkaar liggen. Het klopt inderdaad dat onder "consequenties" dat stukje eruit gevallen is en er staat nu dus in: "zie projectprogramma onder 11 en 12". U had inderdaad nadrukkelijk gevraagd, wij zend ook op de situatie bij het Tolbergcentrum, of er in ieder geval ook rekening gehouden kan wor den met financiële middelen voor beheer, schoonmaak agogische ondersteuning en dergelijke? Ik heb dat laten natrekken en ik zou van u willen zien - door daar even op te reageren - of u dan niet mijn memo heeft aangetroffen in de map. Want ik heb voor de commissieleden een memo in de map laten doen, waarin wij zeggen - en dan zal ik hier even kort samenvatten - dat na de brand van het Heisteeke de exploitatielasten van de begroting zijn gehaald, natuurlijk van het SIW. Die zijn daar 25 weggevallen omdat daar geen buurtcentrum meer was. De overige kosten - ook voor de agogische ondersteuning - die hebben wel degelijk nog altijd op de begroting van het SIW gestaan. En als wij voor het jaar 2001, wanneer dan de agogische ondersteuning, beheer en dergelijke nodig zijn en wij in het jaar 2000 met de contractbesprekingen met elkaar aan tafel zullen komen te zitten, dan pas kun je zien wat er nu precies nodig is. De producten die we inkopen of de subsidie die daar voor staat of die voldoende is. Dat stond ook op de korte memo, maar ik begrijp uit uw reactie, dat u die niet gezien heeft. Dan denk ik voorzitter, dat ik alles gehad heb en ik kijk nog even naar wethouder Jonkers of hij nog wil reageren op de afslag van de Koraaldijk of dat dat iets is wat te zijner tijd besproken wordt? De VOORZITTER: Het woord is aan wethouder Jonkers. De heer JONKERS, wethouder: Mijnheer de voorzitter, ik kan erg kort zijn. We hebben de dienstrege ling per 30 mei vastgesteld en in de komende vergadering - aanstaande woensdag - wordt die verder behandeld. We hebben de dienstregeling vastgesteld voor 1999 en 2000 en ik denk dat het altijd mo gelijk is om die voorzieningen te evalueren wanneer het gebouw klaar is. Al is het ook duidelijk dat de dienstregeling in ieder geval nu nog samen met de BBA - of samen met de provincie gemaakt - dat dat in de verdere toekomst in ieder geval zeker een zaak wordt voor de Provincie. Maar we zullen er alert op zijn en misschien kunnen we dat te zijner tijd ook nog meenemen. De VOORZITTER: Wenst iemand in tweede instantie het woord? Achtereenvolgens wensen de heren Polderman en Wamsteker en de dames Cormaux en Gepkens het woord. Het woord is aan de heer Polderman. De heer POLDERMAN: Mijnheer de voorzitter, ik had me in eerste termijn ook al aangemeld maar kennelijk mijn vinger niet hoog genoeg opgestoken, omdat u het niet gezien had. Nou, was mijn vraag niet zo heel erg ingrijpend. - Er wordt iets geroepen. - De heer POLDERMAN: Mijnheer de voorzitter, dat laat ik voorbij gaan als het niet zo heel belangrijk is. Eigenlijk had ik maar één brandende vraag, voorzitter, over dit punt. Op zich is het prima dat het nu na zes jaar eindelijk doorgaat, maar die brandende vraag gaat over de brandverzekering. Ik heb in de exploitatie gezien dat we daar toch ver aan tekort komen en eigenlijk is mijn vraag wat de lessen zijn die we daar in de toekomst uit trekken? Want ik zie dat u nu opnieuw - wat betreft de huisvesting voor de verzekering - 1.100,- opvoert per jaar. Maar als ik zie wat we nu uiteindelijk hebben gekregen, dan is dat dermate weinig, dat ik me afvraag van "ja, wat er ook gebeurt", maar dat gaat dus niet altijd op, geloof ik. Misschien kunt u dat toelichten. De VOORZITTER: Het woord is aan de heer Wamsteker. De heer WAMSTEKER: Mijnheer de voorzitter, dank u wel. In de eerste plaats mijn dank voor de ant woorden van de wethouder. Met name wat betreft de verruiming van de fietsenstalling. Maar ook wat betreft, de agogische ondersteuning, die als ik het goed begrijp toch gewoon regulier door zal gaan in het wijkcentrum "Dijkcentrum" laat ik het zo maar even noemen. Dan, voorzitter, toch nog een opmer king voor de WD. Ik moet eerlijk zeggen dat de raadsvragen ons toch wel een beetje verrast hebben. Zeker gezien de commissievergadering die er aan vooraf is gegaan. En als ik het commissieverslag lees - dat verslag is nog niet goedgekeurd, maar dat is meestal niet zo'n probleem, want die worden goed gemaakt - dan staat daar dat mevrouw Cormaux van oordeel is dat er geen wijkcentrum ge bouwd moet worden, omdat elke wijk recht zou hebben op een wijkcentrum. Om die reden dus niet, zij stelt daar grote vraagtekens bij en we weten wel hoe dat in de commissie gegaan is. Mevrouw Cor maux die wist niet hoe snel ze op haar woorden moest terugkomen en zeggen dat ze het toch eigen lijk niet zo bedoeld had en dat ze eigenlijk bedoelde een behoefteonderzoek om te kijken hoe zo'n wijkcentrum nu eigenlijk ingedeeld moet worden en welke behoeften daar ingevuld moeten worden. Nauwelijks tien dagen later, komt de WD dan met voorstellen om juist de bibliotheek in dat wijkcen trum te huisvesten, wat ze eerst niet gewild had en wat de bibliotheek zelf ook niet wilden en waar al overleg over geweest is. Dat allemaal zonder daaraan vooraf een behoefteonderzoek te laten gaan en dat vind ik niet zo erg consequent. De VOORZITTER: Het woord is aan mevrouw Cormaux.

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1999 | | pagina 14