247 als stadsrandgebied, de omgeving Buijenstraat, de Passenberg en een strook langs de A-17. De POR/GroenLinks-fractie vindt het geen goede zaak om nóg een gebied als zodanig te bestemmen. Zeker niet omdat het hier om een kwetsbaar gebied gaat met een hoge natuur- en landschappelijke waarde. Bovendien weet je niet wat in de verre toekomst mogelijk de ontwikkelingen in Laagveld zijn. Als je ooit besluit - met een zeer waarschijnlijke tegenstem van POR/GroenLinks - om daar toch tot woningbouw over te gaan, krijg je dezelfde situatie met het bedrijf zoals het nu is in Weihoek. Conclu sie. Dat is, dat wat betreft POR/GroenLinks, een verhuizing alleen mogelijk is naar een bedrijventer rein. Als echt alleen de verkoopprijs van de grond het probleem is, is het de vraag of je daar geen oplossing voor kunt vinden omdat je met betrekking tot Laagveld de huidige bestemming handhaaft en alle mogelijkheden openhoudt. Tot zover. Getekend 19 juli 1998 Kees van de Sande, Joost Verschu ren en Annette Gepkens". Daar wil ik het bij laten. Dank u wel. De VOORZITTER: Het woord is aan wethouder Hoogendoorn. De heer HOOGENDOORN, wethouder: Mijnheer de voorzitter, dank u. Mevrouw Buisman refereert aan de laatste vergadering van de commissie ROS. In die commissie hebben we dit punt aan de orde gehad, waarbij inderdaad is gewezen op het overleg dat destijds heeft plaatsgevonden op die bewuste zaterdagmorgen in juli vorig jaar was het, geloof ik. Daar zaten mevrouw Gepkens en ik ook bij. Toen is uitgelegd wat de bedoeling was en toen is ook gewezen op eventuele mogelijkheden. Er is later ook van de Provinciale Planologische Commissie een goedkeuring voor gekomen omdat het hier gaat om een kem-rand-zonegebied en in dat geval mag zo'n bedrijf daar ook geplaatst worden. Dus wat dat betreft is er qua ruimtelijke ordening eigenlijk geen probleem. Ik zei het al het is helemaal geen pro bleem. Ik zou wat betreft de ontwikkeling van Weihoek, het woord willen geven aan de voorzitter. De VOORZITTER: Het woord is aan mevrouw Kerkhof. Mevrouw KERKHOF-MOS, wethouder: Mijnheer de voorzitter, ik twijfel of het nog zinvol is om terug te gaan naar de geschiedenis van de ontwikkeling van Weihoek. In ieder geval constateer ik een aantal argumenten, die feitelijk onjuist zijn in het betoog dat mevrouw Buisman nu voorleest. Mevrouw Buis man betrekt daar bijvoorbeeld het feit bij dat het bedrijf milieuvervuilend zou zijn. In principe is geen enkel bedrijf, mevrouw Buisman, milieuvervuilend, omdat door de milieuvergunning zodanige voor- schiften worden gesteld dat iedere schade, of hinder, of overlast wordt voorkomen. En dat geldt na tuurlijk ook voor de toekomstige vestiging van het landbouwmechanisatiebedrijf Kerstens en Voeten B.V., als dat gaat om de locatie waarvoor hier vanavond een voorbereidingsbesluit moet worden ge nomen. Overigens: het bedrijf kent ook een herstelafdeling van landbouwvoertuigen, maar er zullen zodanige voorwaarden worden gecreëerd in de milieuvergunning, dat van hinder op zichzelf, zoals u dat kennelijk wel ervaart, geen sprake zal zijn. Ik geef toe dat de aanblik van de bedrijfsvoering rond Weihoek daar niet altijd voldoende vertrouwen in heeft gegeven de afgelopen jaren, maar dat zal in ieder geval op de nieuwe locatie wel degelijk het geval moeten zijn. Ik denk dat het niet verstandig is om de hele voorgeschiedenis nog eens te herhalen. Ik weet dat u destijds bij het zaterdagochtend- overleg zeer indringend aanwezig bent geweest - zoals trouwens alle fracties - en dat we dit punt met elkaar in groot vertrouwen hebben besproken en dat ik u destijds heb gemeld dat de optie was de uitplaatsing naar de locatie waarvoor vanavond een voorbereidingsbesluit wordt voorgesteld. En het college is gehouden zich aan afspraken te houden. We hebben daar ook - zoals de heer Hoogendoorn ook al zegt - de Provinciale Planologische Commissie om advies voor gevraagd en die stemt gezien de locale situatie, de agrarische kern-randzone daar ook mee in. Verantwoord dus. Dank u wel, voor zitter. De VOORZITTER: Wenst iemand in tweede instantie het woord? Het woord is aan mevrouw Buisman. Mevrouw BUISMAN: Voorzitter, nog kort. Trouwens, wethouder Kerkhof-Mos, ik hoor dat u ook nu van milieu bent? Ik begrijp niet zo goed waarom u nu antwoordt, want het ging eigenlijk over een vraag die ik had aan mijnheer Hoogendoorn, die kennelijk niet duidelijk was dat wij tegen dit punt waren. En ik heb hem dat de vorige keer in de commissie uitgelegd en ik heb dit nu even ondersteund met deze brief om duidelijk te maken wat onze bedoelingen waren. Meer niet. Dank u wel. De VOORZITTER: Mag ik constateren, dat u instemt met de voorbereidingsbesluiten en dat de POR/GroenLinks-fractie op punt c geacht wil worden tegengestemd te hebben? Dan is dat aldus be sloten. 248 Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen (zie de besluiten FEFPA/117a, FEF- PA/117b en FEFPA/117c). - De drie leden van de POR/GroenLinks-fractie wensen de aantekening, dat zij geacht willen worden tegen onderdeel c van het raadsvoorstel te hebben gestemd. - 5.c Voorstel nr. 125: provinciaal uitvoerinasproaramma monumenten 2000. De VOORZITTER: Wie wenst daarover het woord? Achtereenvolgens wensen de heer Adriaansen en mevrouw Brooijmans het woord. Het woord is aan de heer Adriaansen. De heer ADRIAANSEN: Mijnheer de voorzitter, onze fractie gaat akkoord met het voorstel om op de valreep nog de prioriteitenlijst vast te stellen van het uitvoeringsprogramma monumenten. Wij vinden het vreemd dat dit als nagekomen stuk op de agenda terecht is gekomen en dat hierover geen be spreking in de commissie heeft plaatsgevonden. Dit temeer omdat het een jaarlijks ritueel betreft en u andere jaren wel tijdig de juiste procedure heeft gevolgd. Uw voorstel om dit raadsvoorstel achteraf in de commissie ROS voor te leggen vinden wij onlogisch omdat hier vanavond reeds over wordt beslo ten. Voorzitter, ik denk dat we dat kunnen concluderen en wij willen u ook verzoeken om in het vervolg bij dergelijke aanvragen iets zorgvuldiger te handelen. Dank u wel. De VOORZITTER: Dank u. Het woord is aan mevrouw Brooijmans. Mevrouw BROOIJMANS-VAN WAES: Mijnheer de voorzitter, ook het CDA vindt dat u rijkelijk laat bent met dit voorstel, temeer daar de subsidieaanvraag voor 1 oktober bij de provincie moet liggen. En 1 oktober is nog een paar uur van ons af. Ik heb in het verslag van de monumentencommissie gele zen, dat als het één dag te laat is, je de subsidie kunt vergeten. We lopen dus best wel een risico als we deze stukken zo laat op onze tafel krijgen. Wellicht dat u nog een bode snel stuurt straks met de stukken naar Den Bosch? De VOORZITTER: Het woord is aan wethouder Hoogendoorn. De heer HOOGENDOORN, wethouder: Mijnheer de voorzitter, het zal aan ons liggen of we dat van avond nog naar de provincie kunnen faxen, maar ik denk dat we dat best halen. Ik geef toe dat het achteraf nog eens aan de orde stellen van dit voorstel in de commissie ROS natuurlijk overbodig is, dat is duidelijk. Als we dat vanavond met elkaar besloten hebben dan hoeft dat misschien niet meer. Maar als u daar prijs op stelt kunnen we er alsnog in de commissie over praten? Maar het is eigenlijk niet helemaal zinvol meer, dat geef ik de heer Adriaansen mee. Wat nou de reden is van dat nu nog op stel en sprong dit vaststellen. Ik wil niet zeggen, dat het op stel en sprong is gebeurd, er is een goed voorstel aan u voorgelegd. Ik kan u wel zeggen, dat door het vertrek van onze betrokken be leidsmedewerker er met betrekking van dit stuk wat vertraging en laat ik het maar gewoon zeggen, er wat druk op is komen te staan. We hebben inmiddels een nieuwe medewerker en die heeft dit voortva rend opgepakt en die heeft ons er ook op gewezen dat je voor 1 oktober dit plan bij de provincie moet hebben liggen. Er is gewoon een uitstekend plan aan u voorgelegd, u heeft dat gelukkig als zodanig ervaren en wat dat betreft: dank voor de ondersteuning en we zullen dat vanavond nog naar de pro vincie faxen. Dank u wel. De VOORZITTER: Wenst iemand in tweede instantie nog het woord? Neen? Dan is conform besloten. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 6.a Voorstel nr. 118: gemeentegarantie Stichting Schouwburg De Kring. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen (zie het besluit FEFPA/118a). 6.b Voorstel nr. 119: (belastinalverordeninaen parkeeruitvoerinasplan. De VOORZITTER: Wie wenst daarover het woord? Het woord is aan mevrouw Knappers.

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1999 | | pagina 128