- 674 - Wij kennen een veelheid van tarieven en heffingen, waarop dat mogelijk is. Het reinigings- en rioolafvoerrecht betreft een categorie die nauwelijks vermijdbaar is. Toch zitten we bij lange na niet op het profijtbeginsel. Als ik bij andere plaatsvervangende kopstukken dan collega de Bruijn het oor te luisteren leg, kom ik toch tot de conclusie, dat we in Roosendaal op een erg laag dekkingspercentage zitten, zeker ook ten aanzien van die tarieven. Vandaar, dat ik het aandurf U te vragen ook daarvoor enige méérverhoging toe te passen dan de normale 4%. Waarom doe ik dat? Niet om de burger onnodig op kosten te jagen. Dat is zeker niet de bedoeling van dit college. Wij vinden wel de tijd aangebroken, dat we ook een beetje moeten terugnemen van de voordelen die de Roosendaal se burger al jaren heeft gehad, ten opzichte van andere burgers in andere steden. U doet enige bezuinigingssuggesties in het eerste verhaal die ik niet helemaal kan delen, maar daarop heb ik al geantwoord. In de motie staan een paar andere zaken vermeld die ik liever wil behandelen als ik op de motie inga. U pleit zelf in Uw verhaal voor een ruimere toepassing van het profijtbeginsel. Anderzijds (en daarin zie ook weer een discrepantie) bent U tegen een verhoging van de doelheffing, zoals een riolerings- en een reinigingsheffing nu eenmaal is. Dat is een doelheffing. Als we daarop het volle profijtbeginsel moeten toepassen, wordt 100% gedekt en wij zitten hier nog maar amper op 50%. Er zit dus een discrepantie in de toe passing van het profijtbeginsel die niet helemaal onverklaarbaar is gezien, zoals U het zegt, het onderscheid tussen vermijdbare en onvermijdbare uitgaven. Toch is 50% laag. Ik verwijs weer even naar de hoofdlijnen van beleid, zoals die zijn samengesteld en afgesproken. Daarin staat onder punt 60, dat van de burgers een reë'le eigen bijdrage wordt gevraagd voor de diensten die de overheid verricht. Nu is er een interpretatie mogelijk van wat een reële eigen bijdrage is. Is dat 50%, is dat 51% of is dat 85%, zoals het regeringsvoornemen is, of is dat 100%? In punt 59 van de hoofdlijnen van beleid staat, dat we schoksgewijze verhoging moeten zien te voorkomen en dat de tariefsbijstellingen moeten gebeuren door een zuinig, efficiënt uitgavenbeleid en daardoor de tarieven tot het uiterste beperkt moeten blijven. Het woord "trendmatig" staat er niet in overigens, maar dat terzijde. Juist met de riolerings- en reinigingsheffing is het vrijwel niet mogelijk (maar daarvoor wordt het uiterste geprobeerd, dat zeg ik er wel bij) door een zuinig en efficiënt uitgavenbeleid de kosten te beperken. Dat laatste proberen we. Desondanks blijven we toch op een gering dekkingspercentage zitten. Als ik daar dan het regeringsbeleid tegen afzet, dat vrij concreet op ons afkomt (en het rijksregeeraccoord heeft in haar voornemen staan, dat het profijtbe ginsel in veel sterkere mate moet worden toegepast, ook door gemeenten), als ik dan nu de tarieven beperk, zoals die in de motie wordt voorgestaan, zal ik misschien al in februari naar deze raad moeten terugkeren en zeggen: "ik moet nu toch verhogen", maar zou dat niet het geval zijn, dan moet ik dat misschien over één of twee jaar doen en dan moeten de tarieven wel schoksgewijze worden aange pakt. Dan kom ik wel in strijd met de hoofdlijnen van beleid. - 675 - Ik vraag derhalve mij de ruimte te geven tegenvallers te kunnen opvangen en de hoofdlijnen van beleid op dat punt te mogen uitvoeren. U zegt: "we hebben nu een meevallertje van een bedrag van 185.000,--". Dat is waar. Er is één zonnestraaltje doorgebroken. Ik ben alleen bang, dat het bij dat ene zonnestraaltje zal blijven. Veel meer meevallers zijn er niet te verwachten. Ik heb wel een aantal sombere wolken aangekondigd. Niet dat ik iedereen pes simisme moet aanpraten, hoewel een wethouder van financiën in eerste instantie pessimistisch moet zijn, en dan niet méér dan noodzakelijk, maar ik wil toch waarschuwen voor overdreven optimisme. Tegenover één zonnestraaltje staan heel wat donkere wolken. U hebt ze zelf aangegeven. Ik heb die van rijkswege in eerste instantie aangegeven. Sommige al erg concreet, sommige nog niet concreet. Dat kan ook nog niet. Daarop komen we in de loop van dit jaar nog wel terug. Ik kan wel zeggen, dat de 5 ton die wij in onze begroting hebben verwerkt als rijksverhoging in de bijstandsuitgaven inderdaad, zeker de laatste dagen, wat onzekerder zijn geworden dan wij aanvankelijk hadden ingecalculeerd. Niet, dat wij er in samenwerking met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten niet naar blijven streven om dat ieder geval te krijgen, maar het is onzekerder geworden. Wel heel zeker is het bedrag van 135 miljoen, dat in het rijksregeeraccoord staat en dat gekort gaat worden op het gemeentefonds. Dat betekent heel globaal aangegeven voor Roosendaal 10 gulden per inwoner die we vrijwel zeker minder krijgen. Daartegenover staan dan deze aanvullende voorstellen, waarvan ik in eerste instantie al gezegd heb, dat dat ongeveer 7 gulden per gezin is en ik spreek nu al over een korting van 10 gulden per inwoner. Die maatregel is al vrij concreet. Misschien, dat ik zelfs buiten deze verhoging al naar U moet terugkomen met andere maatregelen dan nu al zijn aangekondigd. Ik denk, dat ik de motie en de onderdelen daaruit al vrij uitvoerig heb behandeld. Het zal U uit dit verhaal voldoende duidelijk zijn, dat ik U zou willen ver zoeken de motie terug te nemen of als U de motie handhaaft ik U in ieder geval ten sterkste zou willen ontraden de motie aan te nemen. Ik kom aan de legesheffing garantieverklaringenIk heb de commissie voor de plaatselijke belastingen een notitie toegezegd over dit onderwerp. Ik wil zeker mijn toezegging gestand doen, dat die notitie er komt. Maar uit de antwoorden van het college, met name uit de antwoorden van collega de Jong moge U duidelijk zijn, dat U daarvan niet bij voorbaat mag verwachten, dat het college beleidswij zigingen zal voorstellen, althans niet bij voorbaat. Dat een en ander in een notitie zal worden verwerkt, blijf ik U toezeggen, temeer omdat de vorige discussie over dit punt toch al enige jaren oud is en de omstandigheden iets zijn veranderd. U spreekt over de saldireserve. Dat hoort in mijn vorige verhaal thuis. Ik heb er nog geen antwoord op gegeven. Het doel van de saldi reserve is fluctuaties op te vangen, sparen in goede jaren en daarvan gebruikmaken in magere jaren. De beschikking over de saldireserve is beperkt tot l/30e gedeelte van die reserve. Dat hebben we ook dit jaar gedaan. Tot dat maximum hebben wij gebruik gemaakt van die saldireserve en dat is ook opgenomen in de gewone dienst. Een groter beroep daarop doen is niet mogelijk. Het is in theorie wel mogelijk als je artikel-12-gemeente bent, maar zonder de artikel-12-status geeft de provincie

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1982 | | pagina 343