de -JB te krijgen. Gehoopt wordt, dat velen aan deze oproep gehoor zullen geven. Aan de olokkernen zal wat me r zelfstandigheid worden gegeven. Het oezwaar wordt gevoeld, dat de "leidende klasse" zo weinig in de BB vertegenwoordigd is. Getracht zal worden, hierin verbetering te brengen. Ook de bedrijfszelfbescherming zal zoveel mogelijk worden be vorderd. Ge organieke sterkte bedraagt 1066 man; de werkelijke sterkte 897 man. In 1957 werden 63 nieuwe leden ingeschreven. De oenoeming van een nieuw hoofd van de dienst bescherming be volking in 1957 blijkt een goede keus te zijn geweest. VLEESKEURINGSDIENSTSLACHTHUIS De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid opende op 12 okto- 1-"er j.1. het nieuwe slachthuisOp de daaropvolgende zondag werd liet door neer dan 10.000 oelangstellenden oezocht. Sindsdien werd het ook door ve le hooggeplaatste bezoekers Dezichtigd; onder meer door de secretaris generaal van het ministerie van sociale zaken en volksgezondheid. De ver eniging yan slachthuisdirecteuren liet haar technische commissie de nieuwe vindingendie hier zijn toegepast, ter plaatse bestuderen. Van alle ^ijden werd grote lof uitgesproken en de vakbladen hebben aan het Roosendaalse slachthuis uitvoerige beschouwingen gewijd. Het blijkt dan ook volledig aan de verwachtingen te beantwoorden. RECREATIE, CULTUUR B.D. In 1957 werd, onder auspiciën van de culturele raad, weer een ge slaagde cursus '/oor amateur-toneelspelers gegeven. De bedoelde raad deed ook twee jeugduitvoeringen geven; een toneelopvoering en een concert door het Rotterdams Philharmonisch Orkest. De aankomst van de Ronde van Nederland en de daaraan verbonden plaatselijke wielerronde werden ook in 1958 een succes. Er weroen in dat jaar, zoals U weet, feesten gevierd ter herdenking va. het duizendjarig bestaan van Nispen en van het zeventigjarig bestaan van de harmonie "Vlijt en Volharding". De raad verleende suosidies aan talrijke organisaties, werkzaam op cultureel en recreatief gebied. GLOBAAL OVERZICHTWAARONDER HET KANAAL Als centrumgemeente van West—Braoant is Roosendaal ten nauwste be trokken bij alles wat verband houdt met de vraagstukken die in dit ge- oieö aan de orde zijn. Vraagstukken die, zoals U zult weten, in hoge mate zijn_toekomstige ontwikkeling en welzijn zullen bepalen. Ten aanzien hier van is 1957 zonder twijfel een belangrijk jaar geweest en er is das wel aanleiding om er even bij stil te staan. Allereerst moet ik herinneren aan de verklaring, welke in maart van net vorig jaar namens onze regering werd afgelegd over de kwestie van het Moerdijkkanaal. De strekking daarvan was, dat Nederland met de verschil lende projecten, die in deze streek moeten uitgevoerd worden, niet langer kan wachten en dat dit aan België was ter kennis gebracht, onder medede ling dat dit wei-licht consequenties zou kunnen hebben voor de oplossing van het Schelde-Rijnprobleem, die in 1954 was bereikt. Het vrijwel onmiddellijk gevolg van deze standpuntbepaling is ge weest, dat het Provinciaal Bestuur van Noord-Brabant een aantal werken ter uitvoering aan de minister van Verkeer en Waterstaat heeft voorge dragen en dat met de voorbereiding van deze werken een begin is gemaakt, terwijl er op de rijksbegroting 1958 voor dit doel aanvangsbedragen zijn opgevoerd. Tot deze werken behoort klaarblijkelijk ook de uitvoering van Rijks weg 17, waarvan het heet, dat er nog in de loop van dit jaar mee zal wor den begonnen. Het spreekt vanzelf, dat ik dankbaar ben voor alles wat wordt onder nomen met het doel, de ontwikkeling van Westelijk-Noord-Brabant en de ^'aarjn geleSen gemeenten te bevorderen, ook bij verschil van inzicht en waardering, dat er kan bestaan over de uitwerking van het een of ander projectEn in dit veroand denk ik dan wel speciaal aan het tracé van Rijksweg 17, dat naar mijn mening bepaald niet het meest aanbevelenswaar- Q103 1S - -Zo- Zo ook ben ik zeer erkentelijk voor de vele positieve mededelingen, welke de Commissaris der Koningin in zijn onlangs gehouden Statenrede, die grotendeels aan de belangen van Westelijk Noord-Brabant was gewijd, heeft gedaan. Met name begroet ik met grote voldoening de aankondiging daarin van een speciaal welvaartsplan voor deze streek en de verzekering, dat een kanaalverbinding tussen de ontworpen nieuwe haven van Bergen op Zoom en de Roosendaalse Vliet een d„esideratum is, dat verwezenlijkt MOET worden. Inmiddels echter ligt daar nu weer de verzekering van Belgische zijde (ik denk hier nu met name aan de in enige edities van het Brabants Nieuwsblad van vorige week aangehaalde uitlatingen van de volksvertegen woordigers Delwaide en van Cauwelaert, alsook van minister Larock) dat het advies Steenberghe-Van Cauwelaert NIET wordt losgelaten en dat de Ne derlandse regering daarvan formeel op de hoogte is gesteld. Met andere woorden schijnt dit te betekenendat België op de verwezenlijking van het Moerdijkkanaal zal blijven aandringen en dat op het inleiden van nieuwe onderhandelingen hierover in de komende maanden moet gerekend worden. Onder deze omstandigheden vraag ik mij af, of daarmee niet opnieuw een periode van onzekerheid wordt ingeluid., die de goede voornemens ten aanzien van West-Brabant in het gedrang brengt. Als er iets is dat voor komen moet worden,is het dit. Voor wie mijn uitgesproken voorkeur kent is het duidelijk,dat ik hiermee niet bedoel stelling te nemen tegen de ver wezenlijking van een Moerdijkkanaal. Integendeel, ik blijf onveranderd van mening,dat daarmede ook grote belangen van Roosendaal en West-Brabant zouden worden gediend. Maar als de betekenis van de verklaringenwelke vorige week in het Belgische parlement werden gedaan, werkelijk is,dat onze Zuiderburen aan deze zaak vasthouden, dan mag onzerzijds met de meeste klem worden gevraagd, dat een beslissing hierover zonder verder uitstel wordt nagestreefd. Ik vertrouw, dat U dit standpunt niet enkel zult kunnen billijken, maar het ook nadrukkelijk tot het Uwe zult willen maken. SLOT. Aan het slot van dit overzicht, dames en heren,meen ik te mogen zeg gen, dat 1957 al met al voor Roosendaal een moeilijk jaar was, zonder gro te mogelijkheden. Toch mogen we de toekomst niet te donker zien. Er schuilt m.i. geen overdrijving in de bewering,dat Roosendaal tegen de verdrukking in groeit. Met name het feit,dat België nog steeds op de totstandkoming van het kanaal aandringt, acht ik voor Roosendaal van groot belang. Een eveneens positief en tot voldoening stemmend feit is de aan dacht,die de Mark-Vlietverbinding Leeft. Op de rijksbegroting is daarvoor een bedrag van een miljoen gulden uitgetrokken. De memorie van toelichting laat de uitwerking over aan "de lokaliteit". Het is mij bekend, dat aan de plannen voor die verbinding door de Prov.Waterstaat gewerkt wordt. Verwe zenlijking van die plannen zal tot gevolg hebben,dat ook een gedeelte van de Roosendaalsche- en Steenbergsche Vliet -t.w.het gedeelte vanaf het ver bindingskanaal tot Roosendaal- bevaarbaar zal worden gemaakt voor schepen tot 1350 ton. Roosendaal is nu slechts bereikbaar voor schepen van 5 600 ton;het spreekt vanzelf,dat een vergroting van de capaciteit van de haven een nieuwe bron van welstand voor deze gemeente kan worden.Intussen hoop ik wel,dat de Mark-Vliet-verbinding daar zal komen,waar ze door het Moerdijkkanaal is getraceerdwant wanneer deze noordelijker zou worden aan gelegd -op de plaats nl.,waar de afstand, tussen de Mark en de Vliet het Kleinst is- dan zouden,éls later het kanaal er komtmiljoenen aan geld en .ondereten hectaren grond vergeefs aan die verbinding zijn opgeofferd. Al met al zijn de vorenbedoelde vooruitzichten echter, naar ik meen, in een tamelijk duister heden wel zeer sterke lichtpunten en ik zie daarom voi vertrouwen Roosendaals toekomst tegemoet. Burgemeester en Wethouders zijn U erkentelijk voor de vlotte wijze, waarop gij de gemeente bestuurt spn n, oevordierfn van de goede verhoudingen in Uw collegealsook tus- dp colleS® en het dagelijks oestuur. Ik ben ervan overtuigddat ik me- ■in ÏqS113 allen spreek, wanneer ik uiting geef aan de hoop, dat wij ook vnn-r a ln eendrachtige teamgeest met Gods hulp veel zullen kunnen doen de ons zo dierbare gemeente Roosendaal en Nispen." (Applaus). dl vfrgaÜeringLetreden)^ens de voorlezing van dit overzicht,om 3.10 uur

Raadsnotulen

Roosendaal: 1851-1999 | 1958 | | pagina 8