8.
<2.
mogen vernemen of op waarheid berust de hem gegeven inlichting,
dat op de kaart,die indertijd bij het raadsbesluit tot vaststel
ling der vergoeding werd overgelegd,de grond,waarover het hier
gaat,niet voorkomt.
De heer RIDDERS zegt,dat bij de totale oppervlakte van de
gronden,waarvoor bij verkoop vergoeding aan de gemeente zou zijn
te betalen, ook de strook grond,waarover het hier gaat, is opgenomen,
doch dat op de kaart,waarop de perceelen zijn aangegeven,het onder-
werpelijke perceel niet voorkomt.
Spreker vestigt er de aandacht op,dat er meer perceelen
zijn,die in ongunstige omstandigheden verkeerden en dat de druk
van de gemeentelijke heffing dientengevolge onevenredig is. Hij
zegt,dat Burgemeester en T ethouders niet hebben kunnen overwegen
°f,het noodig is hun prae-advies te herzien,aangezien de omstandig
heid, dat de kaart het raadsbesluit niet dekt,hem eerst sedert den
zelfden morgen bekend is geworden.
De VOORZITTER zegt,dat aan Mevr,Van Wely een brief is ge
schreven, dat ze moest betalen en dat daarop de heer Tiebackx het
bedrag heeft voorgeschoten. Spreker meent,dat Mevr,Van Wely zich
zelf tot den Raad had moeten wenden.
De heer VERHEIJEN vraagt of deze beslissing wel bij den
Raad thuis behoort,omdat Burgemeester en Wethouders,als uitvoer
ders van het raadsbesluit,daarover kunnen oordeelen en beslissen.
De heer RIDDERS zegt,dat in het algemeen waar is,wat de
heer Verheijen zegt,doch dat in dit geval deze zaak in den Raad
moet worden behandeld,aangezien het betreft de teruggave van eene
gedane betaling. Spreker stelt voor het voorstel te renvoyeeren
naar Burgemeester en Wethouders ten einde hun de gelegenheid te
geven dit te herzien.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten.
18. VOORSTEL TOT WIJZIGING DER GEMEENTE-BEGROOTING VOOR 1931.
(Prae-advies no.803)
Het voorstelt van Burgemeester en Wethouders tot wijziging
der gemeente-begrooting voor 195^ voor de beschikbaarstelling van
gelden voor de stichting eener school voor buitengewoon lager on
derwijs, wordt zonder bespreking en hoofdelijke stemming goedge
keurd. (Dossier 69/38)
19. VOORSTEL TOT HET AANGAAN EENER OVEREENKOMST MET L.
BAAIJENS TER VASTSTELLING VAN DE DOOR HEM GELEDEN SCHADE DOOR
GEMEENTE-WERKEN (Prae-advies no.80i|.)
De heer VERHEIJEN zegt,dat bij een vroeger besluit van den
Raad is bepaald,dat akten, als die waartoe thans het voorstel
wordt gedaan,zullen worden medeonderteekend door den Secretaris
en dat daaraan bij dit voorstel geen gevolg is gegeven
De VOORZITTER zegt,dat,sinds de laatste wijziging der Ge
meentewet Is in werking getreden,de Burgemeester de gemeente ver
tegenwoordigt bij alle buitengerechtelijke akten.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna,overeenkomstig
het voorstel van Burgemeester en Wethouders,besloten In de
quaestie omtrent de aan L.Baaijens,smid,alhier,uit te betalen
schadevergoeding in verband met de werken ter verbetering van de
Watermolenbeek, de vaststelling van het bedrag dier schadever
goeding te doen geschieden door drie deskundigen. (Dossier 212/163)
20. ONDERZOEK VAN GELOOFSBRIEVEN.
De VOORZITTER benoemt tot leden eener commissie tot onder
zoek van de geloofsbrieven der nieuw benoemde leden van den Gemeen
teraad de heeren Van Overveld, Haverkamp en Vos en schorst gedu
rende het onderzoek de openbare vergadering.
Na heropening der vergadering,des voormiddags te 11.50,rap
porteert de heef5 VAN OVE VELD namens de Commissie:
dat tegen de verkiezing zelve van de op 25 Juni 1931 be
noemd -.ver klaar de leden van den Raad dezer gemeente bij de Commis
sie geene bedenkingen zijn gerezen;
dat
dat het is gebleken,dat de benoemd-verklaarden hunne ge
loofsbrieven tijdig hebben ingezonden en dat die geloofsbrieven
geheel in orde zijn;
dat de commissie verder, voor zoover zulks haar mogelijk
is,heeft vastgesteld;
dat de benoemd-verklaarden voldoen aan de in artikel 21
der gemeentewet voor het raadslidmaatschap gestelde vereischten,
dat zij geene bij artikel 25 dier wet met het raadslid
maatschap onvereenigbaar verklaarde betrekkingen bekleeden en
dat tusschen den Burgemeester en de benoemd-verklaarden
of tusschen deze laatsten onderling geen bloed- of aanverwant
schap In den eersten of tweeden graad bestaat, en
dat,op grond van het vorenstaande,de commissie voorstelt
te besluiten tot toelating als lid van den Raad van de
heeren F.C.C.Broos, A.J.M.de Bruijn, ff.P.M.van Gilse, G.K.Konings,
H.Leeuw, A.C.van Osta, M.P.van OverveTd, J.Ridders, A.P.Romsom,
A.Smits, L.Theunisse, Th.P.Tiebackx, C.A.Valkenburg, J.Verhei jen,
J.7- Vermunt, Jac ,A. Voeten, A. C.Walravens, H.C.Welling en P.H.van
't Westende.
Zonder hoofdelijke stemming wordt,overeenkomstig het voor
stel der commissie,besloten. (Dossier 159/1 53
21 MEDEDEELING VAN INGEKOMEN STUKKEN
De VOORZITTER deelt mede,dat sedert de vorige vergadering
inkwamen:
a. Schrijven d.d. 2 Juli 193^ van den directeur der Kath.
1eugdvereehiging alhier,met dankbetuiging voor de verleende sub
sidie
Besloten wordt dit schrijven voor kennisgeving aan te
nomen.
b. Verzoek d.d. 7 Juli 193^ van het bestuur van het Genoot
schap tot Opvoeding alhier om verhooging van het subsidie voor
zijne bewaarscholen.
Besloten wordt dit verzoek te behandelen bij de gemeente-
begrooting voor 1932.
c. Besluit van Gedeputeerde Staten van Noordbrabant:
1. d.d. 15 Juli 1931,G nr.81houdende goedkeuring van het
raadsbesluit van 30 Juni 193^ tot wijziging van de gemeente-be
grooting voor het dienstjaar 1931
2. d.d. 15 Juli 195^»Gr nr.233 tot verdaging van de beslissing
op het raadsbesluit van 30 April 193tot aankoop van grond van
o.J.Roovers voor de verbetering der Molenbeek;
3. d.d. 15 Juli 1931G nr.368,houdende goedkeuring van het
besluit van den Raad der gemeente Wouw van 12 Juni 1931 tot het
instellen van eene veemarkt in die gemeente;
d. Schrijven van Gedeputeerde Staten van Noordbrabant d.d,
3/ ,G nr. 195,met toezending van een uittreksel uit het
oninkli jk besluit van 27 Juni 193^ waarbi j goedkeuring is ver
leend aan het raadsbesluit van 30 April 1931 tot wijziging van
de verordening op de heffing van marktgelden (afschaffing van
marktgelden voor de veemarkt)
e* hericht van den Voorzitter van het Centraal stembureau
•u. 18 Juli 193^>dut alle op 25 Juni j.1. benoemd verklaarde
leden van den Raad dezer gemeente hebben bericht dat zij hunne
benoeming aannemen.
De stukken sub c,d en e worden voor kennisgeving: aange
nomen.
f. Verzoek d.d. 23 Juli 1931 van J.J.San Jeveren,te Breda,
directeur van een Pui- en Glazenwasscherij en Schoonmaakdienst
om ontheffing van het bepaalde in artikel 22 van de Algemeene
Politieverordening.
De VOORZITTER zegt,dat aangezien bij voldoening aan dit
verzoek gelijke ontheffing diende verleend te worden vo< r de
schilderspatroons en particulieren,die hunne gevels en glazen
wenschen te wasschen en eene dergelijke ontheffing gelijk kan
worden geacht aan een algeheele schrapping van het artikel uit
de Algemeene Politieverordening,Burgemeester en Wethouders voor
stellen dit verzoek voor kennisgeving aan te nemen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten.